Belastingrecht in Hoofdlijnen
Auteurs:
I.J.J. Burgers, H.J. Bresser, Willemein Grooten, F.J.P.M. Haas, M.H. Hogendoorn, Redmar Wolf
10e druk, 2021
ISBN: 9789013159226
Samenvatting van het gehele boek.
• HOOFDSTUK 1 Belastingen in Nederland
• HOOFDSTUK 2 Inkomstenbelasting
• HOOFDSTUK 3 Loonheffingen
• HOOFDSTUK 4 Vennootschapsbelasting
• HOOFDSTUK 5 Erfbelasting en schenkbelasting
• HOOFDSTUK 6 Omzetbelasting
• HOOFDSTUK 7 Formeel belastingrecht
• HOOFDSTUK 8 Belastingen en Europa
• HOOFDSTUK 9 Internationaal belastingrecht
, HOOFDSTUK 1 Belastingen in Nederland
Inleiding
In Nederland omvat de overheid het Rijk, de provincies en de gemeenten (decentrale overheden), de
waterschappen en de instanties die de wettelijk verplicht gestelde sociale verzekeringen uitvoeren.
In Nederland wordt verschil gemaakt tussen belastingen en premies. Sociale premies zijn bedoeld
om allerlei volks- en werknemersverzekeringen, zoals de WW en Bijstand, te bekostigen, terwijl
belastingen terechtkomen in een algemene pot voor het bekostigen van allerhande overheidstaken.
Tevens maakt de overheid onderscheid tussen directe (winst en vermogen) en indirecte
belastingen (goederen en dienstentransacties): het verschil tussen beide wordt gemaakt doordat de
eerste direct drukken op de belastingplichtige en bij de tweede deze worden afgewenteld. In
hoeverre dit onderscheid in de praktijk ook daadwerkelijk op gaat, heeft te maken met
marktomstandigheden op het moment van belastingheffing. Tevens heeft deze indeling zijn
juridische betekenis inmiddels verloren.
Belastingen en premies: een overzicht
Art. 104 GW stelt dat er voor het heffen van belastingen een wettelijke basis nodig is; dit beginsel is
niet verwonderlijk, als men bedenkt dat reeds in de 18e eeuw Amerikaanse kolonisten in opstand
kwamen tegen de Britse kroon. Men vond namelijk dat men te veel belasting moest betalen, zonder
dat daar enige vorm van inspraak tegenover stond. Dit beginsel zorgt er ook voor dat
belastingheffing een financieringsmethode is die uniek is voor de overheid: geen andere instantie
kan of mag dit doen. De overheid gebruikt dit financieringsinstrument om allerhande taken uit te
oefenen die anders moeilijk te financieren zijn, omdat er vaak geen directe relatie bestaat tussen
diegene die de taak uitvoert en de mensen die ervan profiteren; denk bijvoorbeeld aan de nationale
defensie, het milieu, het houden van toezicht etc.
In Nederland omvat de overheid het Rijk, de provincies en de gemeenten (decentrale overheden), de
waterschappen en de instanties die de wettelijk verplicht gestelde sociale verzekeringen uitvoeren.
In Nederland wordt verschil gemaakt tussen belastingen en premies. Sociale premies zijn bedoeld
om allerlei volks- en werknemersverzekeringen, zoals de WW en Bijstand, te bekostigen, terwijl
belastingen terechtkomen in een algemene pot voor het bekostigen van allerhande overheidstaken.
Tevens maakt de overheid onderscheid tussen directe (winst en vermogen) en indirecte
belastingen (goederen en dienstentransacties): het verschil tussen beide wordt gemaakt doordat de
eerste direct drukken op de belastingplichtige en bij de tweede deze worden afgewenteld. In
hoeverre dit onderscheid in de praktijk ook daadwerkelijk op gaat, heeft te maken met
marktomstandigheden op het moment van belastingheffing. Tevens heeft deze indeling zijn
juridische betekenis inmiddels verloren.
Wat zijn belastingen?
Iedere heffing die door de wetgever als belasting wordt aangemerkt is een belasting. Belastingen
kunnen gezien worden als een onvrijwillige afdracht die niet gecompenseerd wordt door een directe
tegenprestatie, welke haar grondslag vindt in de wet en die niet mag worden aangemerkt als
straf. Het is dus een:
• Verplichte betaling aan de overheid.
• Het levert geen individueel aanwijsbare tegenprestatie.
• Het berust op voor ieder geldende wetgeving.
• Het is geen straf.