SAMENVATTING SOCIALE PSYCHOLOGIE
Vonk, R. (2017). Sociale Psychologie. Amsterdam: Boom Uitgevers.
INLEIDING IN DE SOCIALE PSYCHOLOGIE
Hoofdstuk 1: Sociale psychologie
1.1 Sociale invloed
- De sociale psychologie gaat over de inhoud die mensen, al dan niet bedoeld, op elkaar
uitoefenen.
1.1.1 Psychologie van het dagelijks leven
- Mensen zijn groepsdieren, oftewel sociale dieren. Ze leven samen met anderen, in paren
en in groepen. Sociale psychologie gaat over de beïnvloeding tussen mensen. In zekere
zin gaat sociale psychologie dus over het hele dagelijkse leven.
1.1.2 Definitie sociale psychologie
- Sociale psychologie is de wetenschappelijke studie van de manier waarop de gedachten,
gevoelens en gedragingen van mensen worden beïnvloed door de werkelijke of
voorgestelde aanwezigheid van andere mensen.
Wetenschappelijke studie
- Sociaal psychologen maken gebruik van systematisch onderzoek met vaak zeer
geavanceerde methoden om het denken, doen en voelen van mensen te doorgronden.
Gedachten, gevoelens en gedragingen
- Sociaal psychologen zijn niet alleen geïnteresseerd in het uiterlijke zichtbare gedrag van
mensen, maar ook in de onzichtbare processen die zich ‘tussen de oren’ van mensen
afspelen. Het achterliggende idee is daarbij dat gedachten en gevoelens weer van
invloed zijn op gedrag. Er zijn echter ook veel gedragingen die automatisch tot stand
komen. Ook is het zo dat mensen zich vaak niet helemaal bewust zijn van hun eigen
gedachten en gevoelens.
Invloed
- De invloed die mensen op elkaar hebben is overal, de hele dag door.
Werkelijk of voorgesteld aanwezigheid van andere mensen
- Mensen worden niet zozeer beïnvloed door wat anderen feitelijk vinden, maar door wat
ze denken dat anderen vinden, dat wil zeggen, door hun eigen interpretaties van het
gedrag van anderen.
1.1.3 Kuddedieren
- In de westerse samenleving vinden we individualisme en autonomie weliswaar van groot
belang, maar we laten ons veel meer door anderen beïnvloeden dan we denken.
- We zijn met z’n allen het nageslacht van mensen die bij de groep bleven, zich aanpasten
aan elkaar en het belangrijk vonden om erbij te horen en een groepslid te zijn. Deze
need to belong zit nog altijd ingebakken in de hedendaagse mens en beïnvloedt ons
sociale gedrag. Zulke behoeften, die in de loop van de evolutie van de mensen zijn
ontstaan doordat ze overlevingswaarde hadden, zijn meestal niet bewust, maar ze zijn
wel diep verankerd in onze instincten.
Sociaal afstemmen
- Social tuning is het onbewust op elkaar afstemmen van gedrag, gedachten en
gevoelens.
- Het kameleon-effect is het overnemen van elkaars bewegingen en mimiek. Dit effect is
, sterker als mensen elkaar mogen en als ze bij dezelfde groep horen.
- Automatische imitatie is een kenmerk van alle sociale dieren. Deze dieren beschikken
over zogenaamde spiegelneuronen, die ervoor zorgen dat ze datgene wat ze zien
automatisch nadoen. Spiegelneuronen zijn hersencellen die de activiteiten en
ervaringen van anderen weerspiegelen in het eigen brein. Wanneer we andere mensen
waarnemen, worden in ons eigen brein de bijbehorende hersengebieden geactiveerd. De
weerspiegeling in ons eigen brein kan tot uiting komen in een zichtbare reactie, maar
een weerspiegeling kan ook optreden zonder dat het zichtbaar is aan iemands gedrag.
- Bij alles wat we waarnemen vindt automatische belichaming plaats in ons eigen brein:
ons lichaam stimuleert de ervaringen van een ander.
- Empathie Door de weerspiegeling in ons eigen brein weten we wat anderen ervaren,
ook als we het zelf niet rechtstreeks meemaken. Het versterkt de groepsband en
bevordert samenwerking. De spiegel voor de ervaringen van anderen schept een heel
directe band tussen mensen en helft om het gedrag van anderen razendsnel intuïtief te
begrijpen.
- Automatische imitatie is niet gebonden aan een ervaring. Wel is het zo dat bewegingen
meer intensief worden gekopieerd door mensen die meer ervaring hebben met die
beweging. Sociale imitatie kan ook soortoverschrijdend zijn.
- Niet alleen beïnvloeden we elkaars stemmingen en gedragingen als we samen zijn, dit
gebeurt al wanneer we alleen maar aan iemand denken.
- Het automatisch imiteren en afstemmen bevordert groepsprocessen, zoals goede
samenwerking en het gevoel dat je elkaar begrijpt.
Sociale besmetting
- Imitatie werkt blijkbaar als een soort sociale ‘lijm’. Conformisme is de neiging om ons
aan te passen anderen. Daarnaast is er ook sprake van emotionele besmetting,
elkaars emoties overnemen.
Beïnvloeding
- Omdat imitatie de onderlinge band bevordert, kun je er ook je voordeel mee doen als je
mensen wilt beïnvloeden. Imitatie is in zekere zin een vorm van vleien, want als je
mensen imiteert, gaan ze je aardiger vinden. Overigens hoef je dat niet bewust te doen,
want als de ‘klik’ tussen mensen goed is, gebeurt het vanzelf. Als de klik er niet is, kun
je het beter niet doen, want dan kan het er toe leiden dat je minder aardig wordt
gevonden.
,HET ZELF
Hoofdstuk 2: Het zelf
- Het geheel van processen, gedragingen, gedachten en gevoelens die samen uitmaken
hoe mensen hun eigen persoon ervaren, wordt door psychologen het zelf genoemd.
Zelfkennis zijn de ideeën en de gevoelens die mensen over zichzelf hebben. Motieven
spelen een rol bij het functioneren van het zelf. Interpersoonlijke aspecten van het zelf is
hoe het zelf is verweven met het gedrag van de mensen om je heen en hoe je jezelf
presenteert aan anderen.
2.1 Zelfkennis
- We maken voortdurend gebruik van onze zelfkennis. Mensen hebben allerlei ideeën over
hun eigenschappen, de oorzaken van hun gedrag, hoe ze bij anderen overkomen en over
hoe hun toekomst eruit zal zien.
- Het vermogen om expliciete zelfkennis op te bouwen veronderstelt dat je een bepaalde
mate van bewustzijn hebt van jezelf. Zelfbewustzijn ligt daarom aan de basis van
zelfkennis. De organisatie van zelfkennis gaat over verschillende facetten van onszelf en
over de verschillende rollen die we vervullen. Zelfwaardering betreft de vraag of je
positief of negatief tegen jezelf aankijkt.
2.1.1 Zelfbewustzijn
- Pubers hebben vaak een hoog zelfbewustzijn. Ze malen over hoe hun gedrag overkomt
en bedenken na elk gesprek wat ze anders hadden moeten zeggen. Dit is een vorm van
publiek zelfbewustzijn, waarbij iemand zichzelf bekijkt door de ogen van een
denkbeeldig publiek. Pubers denken ook vaak na over wie ze zijn, wat ze voelen en wat
het allemaal betekent. Dit is privé zelfbewustzijn, waarbij iemands aandacht is gericht
op de eigen ‘binnenkant’.
- De mate van zelfbewustzijn van mensen varieert ook nogal naar gelang de
omstandigheden waarin ze zich bevinden. Mensen worden meer zelfbewust als ze weten
of denken dat anderen hen kunnen waarnemen. Het zelfbewustzijn gaat ook omhoog als
mensen zichzelf zien in een spiegel of op een video, of als ze hun eigen stem horen via
een geluidsopname.
- Vindingrijke onderzoekers zijn erin geslaagd een test voor zelfbewustzijn te ontwikkelen
voor niet-menselijke dieren. Deze zogenoemde vlekkentest maakt gebruik van
spiegels. Elk wezen dat over zelfbewustzijn beschikt zou immers in staat moeten zijn
zichzelf te herkennen in een spiegel.
- Een van de functies van het zelfbewustzijn is door je eigen reacties te observeren en aan
te nemen dat soortgenoten net zo zijn als jij, kun je ook van alles leren over je
omgeving en je eigen gedrag daarop aanpassen. Een andere functie van zelfbewustzijn
bij mensen is dat het ze in staat stelt hun gedrag af te stemmen op sociale normen. Ze
kunnen hun gedrag en gevoelens vergelijken met hoe ze vinden dat ze zouden moeten
zijn (het ‘ought self’) of zouden willen zijn (het ‘ideal self’). Verhoogd zelfbewustzijn
zorgt ervoor dat mensen hun normen en waarden beter naleven.
Piekeren en depressie
- Een verhoogd zelfbewustzijn kan ook nadelige gevolgen hebben, zoals het onderbreken
van gedragsroutines. Als mensen onder druk staan, neemt hun zelfbewustzijn vaak toe,
, waardoor ze routinetaken ineens slechter doen dan anders. Dit wordt ook wel
bezwijken onder druk genoemd. Een tweede nadeel van een verhoogd zelfbeeld is dat
het kan leiden tot angstige of depressieve gevoelens.
- Dat een hoog zelfbewustzijn lang niet altijd prettig is, zou kunnen verklaren waarom
zoveel beroemde mensen alcoholproblemen hebben. Uit onderzoek is gebleken dat met
name publiek zelfbewustzijn gerelateerd is aan alcoholmisbruik.
- Bij verlegen mensen maakt een te hoog zelfbewustzijn vaak dat ze zich geremd voelen,
terwijl alcohol helpt te ontremmen: de zogenoemde ‘vloeibare extraversie’ die
ontstaat als je een slok op hebt.
- Algemeen blijkt dat mensen die veel over zichzelf nadenken (die chronisch een verhoogd
privé zelfbewustzijn hebben) meer piekeren en vaker depressief zijn. Er valt echter niet
stellig te zeggen wat oorzaak en gevolg is. Piekeren is ongezond. Het maakt mensen
bezorgd en tobberig, laat hun gedachten in kringetjes ronddraaien en doet ze vooral
redenen bedenken waarom er niks aan te doen is. Dat maakt mensen passief en houdt
het piekeren in stand. Bovendien neemt het een deel van het werkgeheugen in beslag,
waardoor iemands prestaties minder worden.
Zelfreflectie en mindfulness
- Een gezondere vorm van over jezelf nadenken is zelfreflectie, waarbij iemand op een
beschouwende manier naar zichzelf kijkt, accepterend en zonder zichzelf te veroordelen,
dus vanuit een meer onbevangen houding, geïnteresseerd en nieuwsgierig.
- Een bijzondere vorm van zelfreflectie is mindfulness, een bewustzijnstoestand waaraan
veel positieve effecten toegeschreven. Bij mindfulness neem je een open, receptieve
houding aan waarbij je met je aandacht in het hier-en-nu bent. Je registreert je
waarnemingen, je gedachten en gevoelens precies zoals ze opkomen, zonder erover te
oordelen en zonder te proberen iets te veranderen. Bij mindfulness kijk je heel gefocust
naar alles wat zich aandient in je bewustzijn. Je neemt daarbij een meta-perspectief in
door van buitenaf te kijken naar je ervaringen, waardoor je je er niet mee identificeert.
Een mindfulness-training kan leiden tot minder stress, piekeren, eenzaamheid,
depressie, pijnklachten en het overwinnen van een verslaving en het heeft positieve
effecten op onder meer stemming, concentratievermogen en werkgeheugen, gezondheid
en het immuunsysteem.
2.1.2 Bronnen van zelfkennis
Introspectie
- Mensen hebben informatie over zichzelf die ze niet over anderen hebben: ze kunnen
naar binnen kijken: introspectie plegen. Het eigen innerlijk lijkt een behoorlijke
betrouwbare bron van zelfkennis. Toch blijkt dat in veel gevallen nogal tegen te vallen.
Niet alleen omdat we onszelf vaak voor de gek houden, maar ook omdat veel van onze
zelfkennis impliciet en onbewust is.
- Het feit dat we zoveel informatie onbewust verwerken, betekent dat onze mogelijkheden
tot introspectie veel beperkter zijn dan we zelf vaak aannemen. Daardoor vergissen we
ons weleens als we denken te weten waarom we de dingen doen die we doen.
- Telling more than we know (Nisbett en Wilson) Dat mensen, wanneer ze vertellen wat
hun beweegredenen zijn voor bepaalde handelingen of keuzes, dingen zeggen die ze niet
kunnen weten en die ze ter plekke verzinnen, omdat het aannemelijk lijkt.
- Hoe komt het dat we onze eigen drijfveren in feite niet kennen? Heel veel dingen die we
doen, zoals beslissingen, keuzes en reacties zijn gedelegeerd naar het onbewuste. Dat is