1a. Kotler (2017) beschrijft diverse vormen van betaalde media die bedrijven inzetten om hun
boodschap(pen) over te kunnen brengen. Eén van die vormen is reclame.
Wat houdt dit begrip in?
Reclame: Elke betaalde vorm van niet-persoonlijke presentatie en promotie van ideeën, producten of diensten
door een met name genoemde afzender. (2p)
1b. Volgens Kotler (2017) moeten er vier belangrijke beslissingen gemaakt worden bij het opstellen van
een reclamecampagne (zowel online als offline).
Noem 2 beslissingen en licht ze toe.
Doelstellingen formuleren: het bepalen van communicatiedoelstellingen en omzetdoelstellingen.
• Reclamebudget vaststellen: welk budget kan/gaat er uitgegeven worden aan reclame?
• Reclamestrategie ontwikkelen: de reclameboodschap en het reclamemedium bepalen.
• Evaluatie van de reclamecampagne: de evaluatie van de reclame en de rentabiliteit van de reclame-investering.
(1p per beslissing en 1p per uitleg)
1c. Bedrijven kunnen kiezen uit veel beschikbare media als ze reclame willen maken. Kotler (2017) noemt
6 belangrijke mediavormen. Twee vormen daarvan zijn: tijdschriften en digitale & sociale media.
Geef bij iedere vorm één voordeel en één beperking.
• Tijdschriften:
o Voordeel: Sterke geografische en demografische selectiviteit, geloofwaardigheid en prestige, reproductie van
hoge kwaliteit, lange duur, een exemplaar wordt door meerdere mensen gelezen
o Beperking: lange tijd tussen reclame en aankoop, een gedeelte van de oplage wordt niet verkocht, geen
garantie op positie
• Digitale &
sociale media:
o Voordeel: hoge selectiviteit, lage kosten, directheid, interactieve mogelijkheden
o Beperking: relatief lage impact, publiek heeft controle over de exposure
(2p per vorm
totaal 4p)
2a. Kotler (2017) spreekt over de marketingcommunicatiemix.
Wat houdt dit begrip in?
Marketingcommunicatiemix: het mengsel van reclame, sales, promotie, pr en persoonlijke verkoop, waarmee een
bedrijf zijn marketing- en reclamedoelstellingen probeert te verwezenlijken. (2p)
2b. Kotler (2017) spreekt over geïntegreerde marketingcommunicatie.
Wat houdt dit begrip in?
Geïntegreerde marketingcommunicatie: via de verschillende communicatiekanalen wordt één duidelijke,
consistente en overtuigende boodschap over de organisatie en haar merken gebracht.(2 punten)
2c. Een manier om klanten te werven via betaalde kanalen is affiliate marketing (Visser, 2018).
Leg uit wat affiliate marketing is en geef een voorbeeld van affiliate marketing.
Affiliate marketing: een manier van online marketing waarbij de webwinkel (adverteerder) de affiliate
(uitgever/webmaster) betaalt voor elke bezoeker, lead of sales die hij genereert via zijn/haar website,
nieuwsbrieven of zoekmachine campagne. Voorbeeld: startpagina.nl
zij maken op hun homepage gebruik van diverse affiliate links. (2 punten)
2d. Een andere manier om klanten te werven, is via eigen kanalen (Visser, 2018). Hiervoor is
zoekmachinemarketing een ideale manier.
, Welke twee vormen van zoekmachinemarketing zijn er? Licht ze toe en noem per vorm een voordeel.
• SEO: zoekmachineoptimalisatie. Het optimaliseren van een website voor bepaalde zoekacties, zodat de
website zo hoog mogelijk in de resultaten van een zoekmachine getoond wordt.
o Voordelen:
? Voor bezoekers die klikken wordt niet betaald aan Google.
? Een betere vindbaarheid betekent vaak structureel meer verkeer.
• SEA: zoekmachineadverteren. Het plaatsen van advertenties die worden getoond als iemand een specifiek
ingekocht zoekwoord intikt.
o Voordelen:
? Er is direct resultaat
? Er zijn duidelijke kosten/baten
? Er zijn goede meetmogelijkheden
? Er is veel vrijheid in het aanpassen van advertenties
1p per vorm
1p per voordeel
4p totaal)
3a. Volgens Kotler (2017) kan het communicatieproces worden toegelicht aan de hand van 9 elementen.
Twee elementen uit dit proces zijn coderen en decoderen.
Licht deze elementen toe en geef een voorbeeld.
Coderen: het proces waarbij een boodschap of een gedachte in een symbolische vorm wordt gegoten.
Voorbeeld: het reclamebureau van Samsung combineert woorden en beelden tot een advertentie waarmee de
bedoelde boodschap wordt overgebracht.
Decoderen: het proces waarbij de ontvanger een betekenis toekent aan de door de zender gecodeerde
symbolen. Voorbeeld: de consument ziet de advertentie voor mobiele telefoons van Samsung en interpreteert de
woorden en beelden.(2p per uitleg
4p totaal)
3b. Kotler (2017) spreekt over de fasen van koopbereidheid, de fasen die een consument doorloopt
voordat hij/zij tot de uiteindelijke koop overgaat.
Noem de fasen en leg iedere fase kort uit.
Fase 1: Bekendheid. De doelgroep kan het product helemaal niet kennen, of alleen de naam of weet alleen een
paar dingen van het product. De organisatie probeert in deze fase bekendheid op te bouwen.
Fase 2: Kennis. De doelgroep is zich er bewust van dat het bedrijf/product bestaat, maar dat is alles. Het bedrijf
moet erachter zien te komen hoeveel mensen uit de doelgroep iets weten over het bedrijf/product.
Fase 3: Waardering. De doelgroep kent nu het product, maar wat vindt de doelgroep ervan? Als de doelgroep
een negatieve houding heeft t.o.v. het product, dan moet het bedrijf dat eerst oplossen voordat het bedrijf verder
kan gaan met de ontwikkeling van de marketingcommunicatie.
Fase 4: Voorkeur. In deze fase moet de voorkeur van de consument worden opgewekt door de kwaliteit, de
waarde en andere positieve kernmerken van het product te promoten.
Fase 5: Overtuiging. In deze fase ga je de potentiele koper overtuigen dat dit product het beste voor hem/haar is.
Je gebruikt hierbij een combinatie van instrumenten uit de promotiemix.
Fase 6: Aankoop. De doelgroep is overtuigd, maar heeft de aankoop nog niet gedaan. Consumenten kunnen
verleid worden om de laatste stap te zetten, de daadwerkelijke aankoop. Dit kan d.m.v. actieprijzen of kortingen.
(6 p
1p per fase)
De belangrijkste attributen waarmee een retailer zich volgens vele bronnen kan positioneren zijn:
product, prijs, plaats en promotie. Om het grote aanbod te kunnen managen delen retailers de producten
in de regel in assortimentsgroepen. Assortimenten zijn onder andere te categoriseren als breed/smal,
diep/ondiep. Ook wordt wel gesproken van de lengte van het assortiment. Het assortiment van het ene
bedrijf kan langer zijn dan het assortiment van het andere bedrijf.