Deze samenvatting bevat alle hoofdstukken en collegeaantekeningen die je moet kennen voor het eerste deeltentamen. Bij elk onderdeel staan handige afbeeldingen ter verduidelijking!
Samenvatting neurobiologische
achtergronden van opvoeding en
ontwikkeling - deel 1
Pedagogische Wetenschappen jaar 2
2021
,2
Onderdelen:
Online hoorcollege (dinsdag)
Soms aanvullend materiaal op Brightspace (donderdag)
Deeltentamen A mc 30% (29/9): H1 ,2 ,3 ,11 + online info
Deeltentamen B mc 70% (3/11): H4 t/m H10 + online info en literatuur
Inhoudsopgave
College 1.................................................................................................................................................3
Inleiding & voorbereiding (H1)...........................................................................................................3
De geschiedenis..............................................................................................................................3
Het sociale brein.............................................................................................................................3
College 2.................................................................................................................................................4
De basis: zenwustelsel, hersenen, hersencellen, actiepotentiaal en synaps (p. 26-28 & 37-41)........4
Het zenuwstelsel............................................................................................................................4
De hersenen...................................................................................................................................4
Neuronen & prikkeloverdracht.......................................................................................................6
Hersengebieden behorend bij het sociale brein...........................................................................10
College 3...............................................................................................................................................10
Methoden (H2).................................................................................................................................10
Meten van gedrag en cognitie: psychologische meetmethoden..................................................10
Neuro-maten................................................................................................................................11
Genetica.......................................................................................................................................15
Hormonen....................................................................................................................................16
College 4...............................................................................................................................................17
Hersenontwikkeling, plasticiteit & evolutie (H3 & H11)...................................................................17
Ontwikkeling van het zenuwstelsel; prenatale ontwikkeling........................................................17
Plasticiteit.....................................................................................................................................21
Evolutie.........................................................................................................................................21
Bijlage - antwoorden op vragen uit college 1.......................................................................................24
, 3
College 1
Inleiding & voorbereiding (H1)
De geschiedenis
Sociale neurowetenschappen = probeert met behulp van neurale mechanismen, methodes en
theorieën te begrijpen hoe de gedachten, gevoelens en gedragingen van individuen door de (fysieke
of niet-fysieke) aanwezigheid van anderen worden beïnvloedt. Het is een subdiscipline van de sociale
psychologie, maar is ook nauw verbonden met de cognitieve psychologie (= bestudeerd mentale
processen zoals denken, spreken, plannen) en de neurowetenschappen. De mate en de plek van de
hersenactiviteit heeft vaak een verband met de gedachtes die iemand heeft. De term sociale
neurowetenschappen ontstond in 1992 en de subdiscipline in 2000, maar onderdelen van dit gebied
werden al eerder bestudeerd door andere disciplines. Door nieuwe technieken en methoden weten
we meer over de neurale activiteiten, maar er is nog veel werk aan de winkel. De ecologische
validiteit (=een aanpak of meetmethode die ook geldig is buiten het laboratorium) kan nog verbetert
worden. Stanley & Adophs zeggen: We weten veel over het hersennetwerk, maar om in de
toekomst de (sociale) informatiestroom door de hersenen te kunnen begrijpen moeten we meer
weten over de details van elk hersenonderdeel en de weg die de informatiestroom aflegt. Sociale
processen zouden begrepen en gebestudeerd moeten worden op het interactielevel van mensen.
Het sociale brein
Bij cognitieve activiteit zijn vaak meerdere hersendelen en -gebieden actief, door elkaar signalen te
geven. Dit werkt ook zo bij sociale interacties: verschillende hersengebieden in verschillende
hersenen (personen) kunnen een wederzijdse invloed op elkaar hebben. Dit ontstaat door
percepties, interpretaties en responses van de een op het gedrag van de ander en wordt ook wel het
‘’sociale brein’’ genoemd. Sociale brein is een term voor die structuren die belangrijk zijn voor ons
sociaal functioneren. Het sociale brein is geen apart onderdeel van het brein. Dit is een
verzamelnaam.
Een belangrijke kwestie binnen de social neuroscience is de mate waarin het sociale brein kan
worden onderscheiden van de andere functies die het brein uitvoert. Bestaat het ‘’sociale brein’’ wel
echt? Een mogelijkheid is dat er bepaalde neurale substraten (= deel van het CZS) zijn die zich bezig
houden met sociale cognitie maar niet met andere soorten van cognitieve verwerking. Hierbij komen
vaak de volgende termen voorbij:
Modulariteit = de term dat bepaalde cognitieve processen (of hersengebieden) beperkt zijn
in welke informatie ze wel en niet verwerken en welke informatie ze afgeven.
Domeinspecifiek = het idee dat een cognitief proces (of hersengebied) gespecialiseerd is
voor het verwerken van bepaalde soort informatie.
Echter, er zijn ook andere ideeën over wat het sociale brein is en hoe het is ontstaan. Barret &
Satpute beschrijven 3 verklaringen die mogelijk suggereren waarom het sociale brein speciaal is:
het sociale brein is domein specifiek en bevat
hersendelen die gespecialiseerd zijn in het verwerken
van sociale informatie.
het sociale brein bestaat uit een netwerk van gebieden
waarvan elk gebied in het netwerk in hoge mate
gespecialiseerd is.
zowel hersengebieden als individuele
hersenennetwerken zijn niet gespecialiseerd in het
verwerken van sociale en niet-sociale informatie.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Rw1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.