Kennisbasis drama
Hoofdstuk 1: Drama in het basisonderwijs
1.1 Onze visie
Drama sluit aan bij het spontane spel van kinderen. Bij spontaan spel zijn er geen regels en
geen gerichte lesdoelen. Alle kinderen spelen en leren zo. De kern van drama in het
basisonderwijs is ‘spelend leren’, wat dus helemaal aansluit bij het spontane leren van
kinderen.
Als leerkracht stuur je het leren aan door de leerlingen gerichte dramaopdrachten te geven.
Kinderen leren in deze context met behulp van dramaopdrachten en een onderwerp. Ze
hebben een actieve rol: ze leren door doen. Hierbij wordt de creatieve ontwikkeling van
kinderen gestimuleerd.
Drama sluit aan bij andere vakken en geeft ieder kind de kans om op zijn eigen manier vorm
te geven aan ideeën en denkbeelden. Het accent ligt hierbij op het helpen ontdekken van
eigen mogelijkheden en het stimuleren van de creatieve ontwikkeling van leerlingen, samen
met en respect voor medeleerlingen.
Met drama bied je als leerkracht een context waarin leerlingen zich authentiek als mens
kunnen ontwikkelen. Je sluit aan bij de brede ontwikkeling van kinderen. Dat wil zeggen dat
je ze onder andere helpt sociale en culturele vaardigheden eigen te maken die voor elk kind
in het basisonderwijs van belang zijn. Verwerving van die vaardigheden is onderdeel van de
dramales.
1.2 Wat is drama?
Drama gaat over een onderwerp in een spelwerkelijkheid met daarin een tegenstelling, een
conflict of een dilemma. We spreken van dramatiseren: in het spel is het echt, maar tegelijk
is het ‘maar’ gespeeld.
Drama biedt een context waarbinnen kinderen zich leren verplaatsen in een ander en
waarbinnen ze tegelijkertijd hun eigen plek leren ontdekken in een steeds groter wordende
wereld.
Drama heeft alles te maken met spel, spelen en verbeelden.
Voorbeelden op pagina 23
Kleuters spelen graag en hebben een grote fantasie. Onderwerpen van hun spel zijn dingen
die ze zelf hebben meegemaakt. Dat is hun manier om hun omgeving te verkennen.
Vanaf groep 3 gaan kinderen in hun fantasieën over de wereld meer op avontuur; ze
onderzoeken nieuwsgierig nieuwe gebieden. Hun wereld beperkt zich niet tot hun directe
omgeving, maar reikt verder. Dramalessen sluiten daarbij aan.
Het spelen binnen drama noemen we dramatisch spel.
1.3 Wat is dramatisch spel?
Dramatisch spel in het basisonderwijs is te definiëren als een spel met één of meer spelers
die iemand spelen (verbeelden) die ze niet zelf zijn, op een andere plaats en tijd. In
dramatisch spel bouwen kinderen in feite voort op de spelvaardigheden van spontaan spel
die al tot hun beschikking staan.
Het woord drama stamt uit het Grieks en betekent ‘handeling’. Handeling is een actie.
Essentieel voor dit handelen is dat de speler in zijn actie laat zien wat hij zich verbeeldt: hij
,brengt de verbeeldende werkelijkheid tot leven alsof de gespeelde situatie ‘echt’ is. Reflectie
op zo’n gespeelde situatie levert leermomenten op.
1.4 Wat is de betekenis van dramatisch spel?
Naast het spontane spel waarin kinderen hun wereld verkennen, biedt de school een andere
‘schoolse’ manier van spelen aan. Daarin ligt het initiatief bij jou als leerkracht: jij brengt de
spelgegevens in. Met die spelgegevens verwijs je niet alleen naar de individuele leerling; ook
het groepsgebeuren wordt erin betrokken. Daarmee komt er een collectief element in het
spel: het samenspel. De betrokkenheid op elkaar en de inzet van jou als leerkracht bieden
leerlingen handvatten om zichzelf, elkaar en elkaars ideeënwereld beter te begrijpen. Het
gaat hierbij om ervaringen en vaardigheden die essentieel zijn voor toekomstige
wereldburgers die met elkaar samenleven.
Beelden hebben de eigenschappen dat ze nooit feitelijk zijn: beelden verwijzen altijd naar
een feitelijke wereld en naar een werkelijkheid die slechts bij benadering benoemd kan
worden. Het beeld laat zich nooit exact in de kern raken; het lukt niet om het te vangen in
woorden, om het te vertellen.
Voorbeelden op pagina 26
Van dramatisch spel worden de meeste leerlingen enthousiast. Het sluit goed aan bij hun
leefwereld en vaak bewegen ze daarin veel en graag. Je zou kunnen zeggen dat bewegen
hun primaire wijze van uitdrukken is: op hun eigen, speelse manier maken ze zich kenbaar
aan de ander.
Samengevat: Dramatisch spel biedt leerlingen op een speelse manier handvatten om zich te
verhouden tot het leven.
1.5 Kerndoelen Kunstzinnige oriëntatie en de inzet van drama
Kerndoelen:
54 De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken, om er
gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om ermee te communiceren.
55 De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
56 De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van
cultureel erfgoed.
1.6 Waarom drama in het basisonderwijs?
Drama kan worden ingezet als zelfstandig vak: leerlingen leren dan over en door drama.
Drama kan ook worden ingezet ter bevordering van het pedagogisch klimaat en het leren, als
didactisch middel.
Er is een aantal kenmerken te noemen voor drama in het basisonderwijs:
In een dramales is de leerling fysiek, affecties en cognitief betrokken bij het spel.
Het gaat om nieuw, ander licht op bestaande zaken.
Weliswaar zijn kennis en inzicht nog steeds het centrale thema in onderwijs, maar creativiteit
is minstens zo belangrijk als basisvaardigheid: zich leren verhouden tot nieuwe situaties,
vragen en problemen.
Creativiteit gaat niet alleen over het creëren van nieuwe oplossingen. Voor een dramales is
het minstens zo belangrijk dat creativiteit ook het contact tussen de leerlingen een
meerwaarde kan genereren. Ze ontmoeten elkaar. Ze zoeken samen op een open manier
naar een oplossing, zich ervan bewust dat de oplossing niet bij de een of de ander ligt, maar
, ze er samen een deel aan hebben. Elementen van drama spelen in dit verband een
belangrijke rol: het zoeken, het exploreren en het op elkaar afstemmen.
1.7 Drama in het basisonderwijs
Activiteiten voor dramatisch spel
Activiteiten voor dramatisch spel zijn korte spelmomenten om tot dramatisch spel te komen.
Het gaat om randvoorwaarden om een klimaat voor drama te scheppen.
In het laatste schooljaar wordt vaak een musical opgevoerd. Dit is meestal een losse
activiteit, die niet in een leerlijn voor alle basisscholen is vastgelegd.
Voorlezen, vertellen en spelen
Leerkrachten zetten voorlezen en vertellen in bij alle vakgebieden. Iedereen die weleens
voorleest, weet dat veel facetten een rol spelen zoals de manier van voorlezen en de manier
waarop de leerlingen de gehoorde tekst verwerken. Zowel voor het boeiend vertellen van
een verhaal als voor verwerking van het verhaal door de leerlingen wordt op veel
basisscholen gewerkt met aspecten van dramatisch spel.
Drama als didactisch middel bij andere vakken
We zien dat leerkrachten vakdidactische werkvormen van drama gebruiken als introductie of
verwerking van een bepaalde leerstof (didactisch middel) of als middel om te werken aan de
sociale cohesie binnen de groep (pedagogisch middel).
Weekopeningen, weekafsluitingen, vieringen
Op veel basisscholen vinden vieringen en gezamenlijke bijeenkomsten plaats. Deze
ontmoetingen zijn voor de leerlingen en hun familie belangrijke gebeurtenissen. Eén vorm
van een bijeenkomst is een presentatie voor de hele school.
Op sommige basisscholen is een zogenoemde leerlijn ‘podium’ uitgezet om alle leerlingen
kennis te laten maken met de kunstvakken en om hen vaardigheden te laten opdoen op het
gebied van presenteren en kleine ‘voorstellingen’ voor en van elkaar.
Voorstellingen op school of buiten de school
Veel professionele theatergezelschappen spelen voorstellingen voor kinderen. Vaak gebeurt
dat in een theater of in de schouwburg. Geregeld geven gezelschappen extra voorstellingen
tijdens schooltijd. Een aantal klassen van een bepaalde leeftijdsgroep wordt dan uitgenodigd.
Zo’n gezelschap heeft dan niet alleen maar professionele acteurs in dienst, maar ook
educatieve docenten drama die lespakketten ontwikkelen.
Drama binnen cultuureducatie en cultuuronderwijs
Op veel basisscholen wordt steeds meer aandacht besteed aan cultuureducatie, ook wel
cultuuronderwijs genoemd. Daarin heeft drama een eigen en authentieke plaats. Drama
komt aan bod in combinatie met andere leergebieden. Bij zo’n vakintegratie zijn twee
leergebieden van evenredig belang als bijdrage aan het leerproces.
1.7.1 Icc’ers en vakleerkrachten op een basisschool
Een leerling is een uitwerking van door de overheid vastgestelde kerndoelen naar concrete
doelen die omschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen. In samenwerking met
kunstinstellingen hebben veel basisscholen een leerlijn ontwikkeld voor de kunstvakken
dans, drama, beeldende vormen en muziek.
Om de continuïteit van die leerlijn te borgen wordt er binnen veel basisscholen een interne
cultuur coördinator (icc’er) aangesteld. Dat is een groepsleerkracht uit het eigen team die
een speciale scholing heeft gevolgd en op grond daarvan gecertificeerd is. Het Landelijke