100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Staatsrecht €2,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Staatsrecht

 9 keer bekeken  0 keer verkocht

Hoofdstuk 1 t/m 5, hoofdstuk 6 paragraaf 4.3, hoofdstuk 7, hoofdstuk 8 paragraaf 2 en 3 - Hoorcollege aantekeningen - Bijlagen staatsvormen - Bijlagen Montesquieu en Thorbecke - Bijlagen kamerdossier - Huiswerkvragen

Voorbeeld 4 van de 67  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 1 t/m 5, hoofdstuk 6 paragraaf 4.3, hoofdstuk 7, hoofdstuk 8 paragraaf 2 en 3
  • 23 oktober 2021
  • 67
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (16)
avatar-seller
HBOrechtenstudent
Staatrecht
Hoofdstuk 1
In een samenleving streven mensen hun individuele belangen na, maar zijn er ook
collectieve belangen. Het is belangrijk om deze twee met elkaar in balans te
brengen. In een samenleving is dus orde nodig.
Staat: Een gemeenschap van mensen op een bepaald grondgebied, waarover een
organisatie het hoogste gezag uitoefent.
Grondgebied = territorium
Onder grondgebied verstaan we land, territoriale zone en het luchtruim boven het
land.
Territoriale zone: Een zee strook, grenzend aan het landgebied van een kuststaat.
Niet ieder land heeft dit dus.
Gemeenschap
Deze wordt gevormd door mensen die daartoe behoren vanwege hun afstamming of
die op eigen verzoek de nationaliteit van de staat hebben verkregen. Mensen kunnen
verschillende taal of cultuur hebben, maar moeten zich wel met elkaar verbonden
voelen.
Gezag
De staat heeft het voor het zeggen op en over zijn gehele grondgebied. Hun doel is
het schepen en handhaven van orde en recht. Het hoogste gezag van de staat heeft
geweldsmonopolie.
Staat kan het land betekenen; grondgebied en bevolking. Ook kan er de overheid
mee bedoeld worden.
De staat is soeverein; zelfstandig en ondeelbaar. Het draagt het hoogste gezag.
Hierdoor is het dus ook een rechtspersoon; zelfstandige drager van rechten en
plichten. Hier hoort ook de rechtspositie bij; geheel van rechten en plichten van een
rechtspersoon.
Erkenning wordt wel eens genoemd als vierde kenmerk voor een staat. Niet
noodzakelijk, maar bevorderd de samenwerking met andere staten en is dus wel
handig.
Taken van de overheid:
 Bescherming van de burgers door landsgrenzen te verdedigen.
 Orde handhaven.
 In het algemeen belang dienen; datgene wat in het belang is van de meeste
burgers en van de staat als geheel.
De overheid doet dit door als wetgever op te treden, de staat te besturen en door
middel van rechtspraak.
Burgerlijk recht: Regelt verhouding tussen rechtspersonen.

, Publiekrecht
Regelt verhouding tussen de overheid en de burger

Bestuursrecht Staatsrecht Strafrecht
Regelt de manier waarop de Regelt het inrichten van de Regelt de vervolging
staat wordt bestuurd staat en het optreden van de en bestraffing van
overheid rechtspersonen



Hoofdlijnen van het staatsrecht:
 Inrichting van de staat en verdeling van bevoegdheden.
 Handhaving individuele vrijheden van de burger.
 Rechtspraak en rechtsbescherming tegen de overheid.
 Totstandkoming, gelding en handhaving van recht.
Koninkrijk der Nederlanden: Staatsrechtelijk samenwerkingsverband tussen
Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Verder zijn de BES-Eilanden (Bonaire,
Sint Eustatius en Saba) openbare lichamen. Dit betekent overzeese gemeentes. De
afzonderlijke staten mogen hun eigen zaken oplossen en hebben hiervoor een
regering, wetgever en rechterlijke macht.
Het Statuut: Een regeling waarin afspraken zijn vastgelegd over onderlinge
verhoudingen in het Koninkrijk en de samenwerking. De aanhef van Het Statuut
wordt de preambule genoemd.
Wetten die van toepassing zijn in het gehele Koninkrijk heten rijkswetten.
Burgers die tot het Koninkrijk der Nederlanden behoren, bezitten het
Nederlanderschap. Hier zitten een aantal gevolgen aan:
 Vrije toegang en verblijf tot Nederland.
 Wetboek van Strafrecht is ook geldig als Nederlanders een misdrijf hebben
gepleegd buiten het land. Dit heet exterritoriale werking; werking buiten de
landgrenzen van een staat.
 Nederlander die in het buitenland gevangen wordt, heeft recht op diplomatieke
bescherming; bescherming van eigen staat in het buitenland.
 Nederlanders worden niet in andere staten uitgeleverd als niet zeker is of ze
hun mogelijke straf in Nederland uit mogen zitten.
 Nederlanders mogen de Tweede kamer en Volksvertegenwoordigers kiezen
en kunnen zichzelf verkiesbaar stellen.
 Sommige openbare functies kunnen alleen door Nederlanders bekleed
worden zoals burgermeester of rechter.
 Nederlanders kunnen aanspraak maken op voorzieningen of uitkeringen.
Vreemdeling: Persoon die niet de Nederlandse nationaliteit bezit. Als deze persoon
hier wel rechtmatig verblijft kan hij aanspraak maken op het laatste punt.


Het Nederlanderschap kun je op verschillende manieren krijgen:

,  Doorgekregen van Nederlandse ouders.
 Derde generatie; kinderen van wie de niet-Nederlandse ouders in het
Koninkrijk zijn geboren.
 Minderjarige die geadopteerd worden door Nederlandse ouders.
Als vreemdeling kun je op verschillende manieren aan het Nederlanderschap komen.
Optieverklaring: Verklaring van een vreemdeling dat hij door optie Nederlander wil
zijn. Hiervoor moet je aan verschillende voorwaarde voldoen.
Komt hij/zij hier niet voor in aanmerking?
Naturalisatie: Verkrijging van het Nederlanderschap door een besluit van de
Nederlandse overheid. Als het goedgekeurd wordt, moet de vreemdeling in een
naturalisatietoets laten zien dat hij is ingeburgerd in de Nederlandse samenleving.
Is de optie of naturalisatie goedgekeurd?
De vreemdeling moet deelnemen aan een ceremonie waar hij een verklaring van
verbondenheid uitspreekt. Hiermee geeft hij aan dat hij de vrijheden en rechten van
de Nederlandse staat eerbiedigt.
Afstandsplicht: Bij naturalisatie verplicht afstand doen van oorspronkelijke
nationaliteit, als dat kan.
Het Nederlanderschap verliezen kan als een Nederlander onherroepelijk is
veroordeeld wegens een misdrijf waarbij de essentiële belangen van het Koninkrijk of
één van de daartoe behorende landen zijn geschaad.
Dit kan tot problemen leiden, want het internationaal recht verbiedt het dat burgers
stateloos gemaakt worden.
Koppelingsbeginsel: Uitganspunt dat het recht op een verstrekking/voorziening van
de overheid gekoppeld is aan het rechtmatig verblijf. Anders kun je dus geen
uitkering krijgen als vreemdeling. Uitzonderingen daar gelaten.
Een vreemdeling kan alleen binnenkomen als:
 Hij/zij een geldig ID heeft.
 Hij/zij geen gevaar is voor de openbare orde/veiligheid.
 Hij/zij genoeg geld heeft voor verblijf en terugreis.
Visum: Toestemming van een staat om daar gedurende de vrije termijn te verblijven.
In Nederland is dat termijn maximaal drie maanden.
Wil je langer verblijven moet je een machtiging tot voorlopig verblijf aanvragen.
Hiermee krijg je toestemming om langer dan het vrije termijn te verblijven.
Daarna komt vergunning tot verblijf voor werk, studie, gezinshereniging enzovoorts.
Dit heet de verblijfsvergunning regulier. Er moet een duidelijk doel voor het verblijf
worden aangegeven.
Sommige vreemdelingen komen naar hier vanwege bijvoorbeeld een bedreigende
situatie in eigen land. Hiervoor zijn andere regels. Deze mensen vragen een
verblijfsvergunning asiel aan. Er is dan eerst een rust- en voorbereidingstermijn van
zes dagen. Daarna wordt in maximaal acht dagen gezegd of een rechtmatig verblijf

, in Nederland gaat lukken. Als dit te kort is geldt de Verlengde Asielprocedure. Dit kan
maanden langer duren. Kansrijke asielzoekers mogen dit afwachten in een
opvangcentrum.
Wanneer iemand gevlucht is wegens ras, godsdienst, nationaliteit, politieke
overtuiging of omdat hij/zij een bepaalde sociale groep aanhangt valt onder
vluchteling. Dit staat allemaal beschreven in het Vluchtelingenverdrag van Genève.
Een verblijfsvergunning wordt alleen verleent als:
 Nederland hiertoe verplicht is vanwege een verdrag.
 Met de aanwezigheid van de vreemdeling een wezenlijk Nederlands belang is
gediend.
 Er klemmende redenen zijn van humanitaire aard.
Grondwet: Fundamenteel recht dat in beginsel door de staat ten opzichte van de
burger gerespecteerd moet worden.
Staatsregeling/constitutie: Regeling waarin de organisatie en inrichting van de staat
en het staatsgezag is geregeld. Deze is verdeeld over meerdere rechtsbronnen.
Bronnen van het staatsrecht:
 Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederland. Hierin staat dat rechtszaken in
overzeese delen geregeld worden bij Rijkswet. Er mag ook naar andere
landen gekeken worden, maar de hoogste rechter in Nederland zorgt ervoor
dat de wetten eenduidig worden geïnterpreteerd en zo toegepast kunnen
worden. Hiermee wordt rechtszekerheid voor burgers gegarandeerd.
 De Grondwet. Regelt de inrichting en het functioneren van de Nederlandse
staat/organen en de verdeling van staatsmacht. Regering: koning + ministers.
 Organieke wetten. Als er in de Grondwet staat dat iets nader wordt toegelicht
in een andere wet, heet dit een organieke wet. Het gaat hierbij om een formele
wet; een wet die gemaakt is door de regering en de Staten-Generaal samen.
Deze wet is dan dus ook in opdracht van de grondwet tot stand gekomen.
Voorbeelden zijn Provinciewet, Gemeentewet, Wet op de Raad van State,
Rijkswet, Vreemdelingenwet.
 Gewoonterecht. Recht dat is gebaseerd op een bepaald gebruik, dat een
zekere tijd voortduurt en waarvan men vindt dat het juridisch gezien zo hoort.
Dit staat nergens opgeschreven. Voorbeeld is de vertrouwensregel.
 Verdagen/Europese maatregelen. De regels in verdagen die rechtstreeks van
toepassing zijn in Nederland, zijn bronnen van het staatsrecht.
 Jurisprudentie. Uitspraken van rechters waarin bestaande rechtsregels
worden verduidelijkt en toegepast in een concreet geval. In strafrechtelijke
zaken wordt zo dus nieuwe wet gevormd. Mocht het geval zich nog een keer
voordoen mag hier dan ook naar gewezen worden.




Hoofdstuk 2

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper HBOrechtenstudent. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd