Hoofdstuk 1. Inleiding in het socialezekerheidsrecht
1.1 Inleiding
Sociale zekerheid biedt door de overheid inkomenszekerheid als mensen bijvoorbeeld door ziekte,
werkloosheid of ouderdom niet meer kunnen werken. Deze bestaanszekerheid, of ook wel
waarborgfunctie, is één kant van de sociale zekerheid. De andere kant is de activeringsfunctie.
Verwacht wordt dat eenieder meedoet binnen de sociale zekerheid. In de meeste gevallen een plicht
voor de uitkeringsgerechtigde om zich in te spannen om bijvoorbeeld werk te zoeken bij
werkloosheid of bij ziekte te re-integreren.
Sociale zekerheid is het publieke stelsel dat het geheel van voorzieningen omvat die tot doel hebben
het waarborgen van de financiële zekerheid van burgers en hen te activeren. Sociale zekerheidsrecht
is het stelsel van rechten en plichten die gelden binnen de sociale zekerheid.
1.2 Het stelsel van sociale zekerheid
Het stelsel van de sociale zekerheid kenmerkt zich door de grote hoeveelheid wetten waardoor het
systeem soms ondoorgrondelijk en moeilijk is. Om enige structuur aan te brengen wordt binnen het
stelsel meestal het volgende onderscheid gemaakt, namelijk: sociale verzekeringen en sociale
voorzieningen. Een verschil tussen de verzekeringen en de voorzieningen wordt veelal gezocht in de
financiering. Voor de verzekeringen, behalve voor de kinderbijslag, wordt premie afgedragen en voor
de voorzieningen niet. Deze worden betaald uit de belastingopbrengsten. Maar ook een deel van de
(volks-)verzekeringen wordt mede uit de algemene middelen gefinancierd.
Een bijzondere groep vormen de gemoedsbezwaarden (bv. art. 2 lid 2 sub b Zorgverzekeringswet jo.
art. 64 Wet financiering sociale verzekeringen). De gemoedsbezwaarden zijn ontheven van betaling
van premies in verband met hun levensovertuiging. Via een omweg middels een speciale
belastingheffing wordt meer belasting betaald en behouden ze recht op een verzekering.
De hoogte van de premies wordt jaarlijks vastgesteld en is afhankelijk van het inkomen en de leeftijd.
Voorts is binnen de sociale verzekeringen een tweedeling: de werknemersverzekeringen en de
volksverzekeringen. Bij de werknemersverzekeringen is de verzekerde een werknemer of daarmee
gelijkgesteld. De werknemer is de natuurlijke persoon die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet
heeft bereikt (behalve in de ZW) en in een privaat- of publiekrechtelijke dienstbetrekking staat. Een
dienstbetrekking is doorgaans aanwezig als in een arbeidsovereenkomst overeengekomen is dat de
werknemer zich tot de werkgever verplicht om arbeid te verrichten, de werkgever loon betaalt en de
werknemer tot de werkgever in een gezagsverhouding staat (art. 7:610 BW). Bij de
volksverzekeringen gaat het meestal om de ingezetene, iemand die in Nederland woont. Ook vallen
personen die bijvoorbeeld in België wonen, maar in Nederland werkzaam zijn onder de
volksverzekeringen.
1.3 Rechtsbescherming
De meeste procedures binnen het socialezekerheidsrecht zijn bestuursrechtelijke procedures. Dat wil
zeggen dat de regels van de Awb worden gevolgd. Een belangrijke uitzondering bestaat voor de Zvw-
geschillen. Deze worden door de burgerlijke rechter afgedaan in verband met de privaatrechtelijke
structuur van de Zvw. Voor het socialezekerheidsrecht is binnen het bestuursrecht een aantal
elementen van belang:
Geen verplichte procesvertegenwoordiging
Het begrip ‘besluit’, ‘bestuursorgaan’ en ‘belanghebbende’
Het maken van bezwaar en bestuursrechter
, Besluiten moeten rechtsgevolgen in het leven roepen en worden door een bestuursorgaan met
openbaar gezag genomen (art. 1:3 jo. art. 1:1 Awb). Een rechtsgevolg is dat de rechten en de plichten
door het besluit wijzigen. Er is sprake van openbaar gezag als het bestuursorgaan eenzijdig de
rechten en/of plichten van burgers kan wijzigen en deze bevoegdheid ontleend is aan de wet. De
beschikking, een geïndividualiseerd besluit, is in beginsel gericht aan de aanvrager (art. 1:3 lid 2
Awb). De aanvrager is de belanghebbende bij het besluit. Soms kunnen ook derden
belanghebbenden zijn. De rechter heeft onlangs vastgesteld dat ook derden binnen het sociaal
domein met een zogenoemd ‘afgeleid belang’ belanghebbenden kunnen zijn.
Met een voor iemand negatief genomen besluit kan in beginsel niet direct naar de bestuursrechter
worden gestapt. Eerst moet er, als hoofdregel binnen zes weken, bezwaar worden gemaakt. Een
bezwaarschriftprocedure heeft een heroverwegingsfunctie. Heroverweging houdt in dat de toetsing
van het besluit een beoordeling van de rechtmatigheid en de doelmatigheid is. Het genomen besluit
wordt heroverwogen door hetzelfde bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen. De
heroverweging kan als hoofdregel niet worden gebruikt om verslechtering van de rechtspositie van
de bezwaarmaker te bewerkstelligen, het verbod op reformatio in peius. De toetsing is ex nunc,
oftewel het bestuursorgaan houdt rekening met eventuele gewijzigde omstandigheden tot het
moment van het nemen van de beslissing op bezwaar. Voordat een bestuursorgaan beslist, stelt het
de belanghebbende(n) in de gelegenheid om te worden gehoord (art. 7:2 Awb).
Pas nadat bezwaar is gemaakt, kan je naar de bestuursrechter. Het instellen van beroep bij de
rechtbank heeft niet tot gevolg dat het de werking van de beslissing op bezwaar schorst,
uitzonderingen daargelaten (art. 6:16 Awb). In het bestuursrecht bestaat sinds enige tijd de
zogenoemde nieuwe zaaksbehandeling. Dit houdt in dat de bestuursrechter een actieve rol speelt en
na opening van het onderzoek direct vragen aan partijen stelt om op deze wijze direct tot de kern
van het geschil te komen. Hoofdregel is dat een geschil door één rechter wordt afgedaan (art. 8:10 lid
1 Awb). De bestuursrechter toetst in het sociale zekerheidsrecht in de hoofdregel ex tunc (situatie
ten tijde van het bestreden besluit) en alleen aan rechtmatigheid. Een belangrijke uitzondering is de
vaststelling van de hoogte van de boete in het kader van de draagkracht. In deze zaken toetst de
bestuursrechter ex nunc.
Is er een spoedeisend belang, dan kan terwijl bezwaar is gemaakt of beroep is aangetekend bij de
voorzieningenrechter een voorlopige voorziening worden gevraagd (art. 8:81 Awb). Op de uitspraak
van de bestuursrechter staat hoger beroep open bij de hogerberoepsrechter. In het
socialezekerheidsrecht is dat, afhankelijk van het soort geschil, veelal de Centrale Raad van Beroep
(CRvB) en soms de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State of het Gerechtshof. Ook is
soms cassatie mogelijk; de gang naar de HR.
In de procedure in bezwaar en in eerste aanleg bij de rechtbank is verweerder altijd een
bestuursorgaan. Dit in tegenstelling tot het hoger beroep waarbij ook het bestuursorgaan de eisende
partij kan zijn. Tot slot is van belang dat de eisende partij ontvankelijk is door procesbelang te
hebben, op tijd zijn bezwaar- of beroepschrift in te dienen, in de regel binnen zes weken (art. 6:7
Awb), en griffierechten te betalen (art. 8:41 Awb).
Hoofdstuk 2. Kinderen
2.3 Voorwaarden
Het recht op kinderbijslag komt aan de verzorger(s) toe, niet aan het kind zelf. Voorwaarden voor het
recht op kinderbijslag zijn:
Behoren tot de kring van verzekerden (art. 6 AKW)
Een kind dat jonger is dan achttien jaar en dat:
- Tot het huishouden van de verzekerde behoort, of
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper michellekruiter. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.