Ontwikkelingspsychopathologie
Bij iedere casus komende de volgende vragen aan bod: Wat is er aan de hand? Hoe is het zo
gekomen? Wat kan hieraan gedaan worden? Hoe zal het hem of haar verder gaan? deze
vragen vormen de richtlijnen binnen dit boek. Info over risico en beschermingsfactoren
beantwoorden de vraag; hoe is het zo gekomen?
1.1
Wat is ontwikkelingspsychopathologie; wetenschap waarin psychische stoornissen worden
bestudeerd. Psychische stoornissen kunnen bij kinderen voorkomen worden zonder dat er
sprake is van hulpverlening.
1. Wat is het verschil tussen psychopathologie en psychiatrie?
1. De psychopathologie richt zich traditioneel meer op kinderen en jeugdigen, de
psychiatrie meer op volwassenen.
2. Binnen de psychopathologie vat men psychische stoornissen op als ‘gedrag in
ontwikkeling’; binnen de psychiatrie wordt het medisch model gebruikt en vat men
psychische stoornissen op als ziekten.
3. De psychopathologie richt zich onder meer op de theorie van het ontstaan van
stoornissen; de psychiatrie doet dat ook, maar is daarnaast gericht op de praktijk
van de hulpverlening
Ontwikkelingspsychopathologie onderzoekt het ontstaan en het beloop van psychische
stoornissen ontwikkeling staat hierbij centraal
Ontwikkelingspsychopathologie is een benadering; die meerdere inzichten combineert,
ervan uitgaande dat ontwikkeling een complex verschijnsel is dat integratie en ervaringen
van verschillende invalshoeken nodig is.
2. Hoe is de ontwikkelingspsychopathologie het best te typeren?
1. Als een integratieve benadering van meerdere wetenschappen.
2. Als een toepassing van nieuwe kennis uit hersenonderzoek.
3. Als een nieuwe wetenschap.
Denken uit een ontwikkelingspsychopathologie kent 3 belangrijke thema’s;
Vroeger en nu
Ontwikkelingsbenadering wordt toegepast; men veronderstelt dat gedrags
(mogelijkheden) in de loop van iemand zijn leven veranderen of complexer worden.
Organisatie van gedrag wat samenhangt met oa emoties; cognitie, gedrag,
lichamelijk functioneren en gezondheid. Dit allen is op elkaar afgestemd en
beinvloeden elkaar wederzijds. Als een aspect verandert, verandert ook het geheel;
vroegere ervaringen en huidige situatie spelen een rol.
Wisselwerking
Vroeger van invloed is op huidige kenmerken van de persoon is een oud
uitgangspunt psychoanalyse van Sigmund freud. De relatie tussen vroegere
ervaringen en huidige ervaringen zijn het best te begrijpen vanuit een wisselwerking
te begrijpen. Vroegere ervaringen beinvloeden hoe hij in het heden huidige
ervaringen interpreteert en waardeert, hoe hij terug kijkt op zijn verleden.
Ontwikkelingsopgave
, Als vaardigheden die bij een bepaalde ontwikkelingsopgave horen niet volbracht
worden wordt de kans op latere problemen groter vb hoe het verleden mede van
invloed is op het heden. Psychische stoornis wordt opgevat als een ontwikkeling die
is vastgelopen of scheef gegroeid. Psychische stoornis is van oorsprong een normale
ontwikkeling die door bepaalde oorzaken uit de rails is gelopen.
1. Hoe definieert men binnen de ontwikkelingspsychopathologie een psychische stoornis?
1. Als een relatief vaststaand kenmerk van een kind.
2. Als een tijd- en plaatsgebonden begrip.
3. Als een niet volbrachte ontwikkelingsopgave.
1.1.2
Dynamisch gezichtspunt; een psychische stoornis en of afwijkend gedrag wordt niet gezien
als je hebt het of je hebt het niet maar als dynamisch; je kunt er soms of vaak last van
hebben. Men gaat ervanuit dat verschijningsvorm van afwijkend gedrag verandert
gedurende de levensloop. Dynamisch ontwikkelpunt uit de psychopathologie houdt in dat
gedrag dat in de levensfase ‘normaal’ of wenselijk kan zijn en in een andere levensfase
abnormaal of als onwenselijk gezien kan worden. De veranderde waardering van hetzelfde
gedrag hoeft niet alleen samen te hangen met de toename van leeftijd maar kan ook
gekoppeld zijn aan ontwikkelingsopgave waarvoor het kind zich gesteld ziet.
1.1.3
Een uniek individu met unieke ervaringen meerdere factoren zijn van invloed zowel op
het ontstaan als het op het beloop. Ontwikkeling van het kind; gedrag wordt beinvloed door
omgeving als factoren voortkomend (sekse, leeftijd, zelfbeeld en intelligentie).
Omgevingsinvloeden onderscheiden in; gezin, school, cultuur, maatschappelijke normen en
waarde.
Uitgangspunt is: kind is een uniek individu maakt uniek ervaringen mee. Ook al kunnen 10
kinderen hetzelfde mee gemaakt hebben, zullen ze op 10 verschillende manieren reageren;
afhankelijk van hun vroegere ervaringen en hun eigen kenmerken. Dit geld ook voor
kinderen die een psychische stoornis hebben.
1.3.3
Kenmerken van stoornissen, binnen het boek worden ze omschreven adhv DSM classificatie
systeem. Dit systeem sluit niet naadloos aan op een ontwikkelingsgerichte benadering; bij
de DSM5 is de ontwikkeling van een persoon geen uitgangspunt. Er worden gesproken over
psychische problemen en of lijden bij het kind, en eventueel met opvoedingsverlegenheid of
opvoedingsproblemen bij de ouders. De volgende vragen zijn van belang:
- Op welke andere stoornissen kunnen de besproken stoornissen lijken (differentiaal
diagnose)?
- Met welke andere problematieke en stoornissen kunnen ze samengaan
(comorbiditeit)? a
- Hoe vaak komt een stoornis voor (prevalentie)?
- Hoe komt de besproken stoornis, of komen de besproken stoornissen, verschillend
tot uiting , qua aantal verschijningsvorm, bij meisjes en jongens?
1.3.4
,Maatschappelijke culturele invloeden op een stoornis door emigratie komen professionele
opvoeder en hulpverleners steeds meer in aanraking met andere opvattingen over
opvoeding hulpverlening en psychische stoornissen.
Cultuur kan de kans op bepaald gedrag vergroten of verkleinen. In sommige culturen waarin
kinderen leren om hun eigenleven in hand te nemen en dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor
de resultaten is de kans op een depressie bij de zogenoemde drop- outs groter dan in
culturen waarin kinderen leren dat ‘ hogere machten’ beschikken en beslissen over de mate
waarin een succesvol leven wordt. Belangrijk is om te beseffen dat culturen niet statisch zijn
en deze zich ook ontwikkelen.
Onderzoek laat 2 zaken zien; dat de niet westerse allochtone ouder niet bestaat; en dat de
opvattingen over opvoeding zich snel ontwikkelen in de richting van de dominante waarden
van het opvangend land. Het is voor de hand liggend dat kinderen van een lage sociale klasse
die in armoedige omstandigheden opgroeien of in oorlogssituaties meer en steeds vaker
psychische problematiek ontwikkelen.
Oordeel van volwassenen over gedrag van kinderen is ook cultuur gebonden, waarden en
normen opvattingen vormen
, Hoofdstuk 2
Classificatie, diagnostiek en epidemiologie
2.1
Verschijnselen van elkaar onderscheiden; classificeren
Classificatiesystemen zijn systematisch beschrijvingen van gedrag op basis van door
wetenschappers onderscheiden en gegroepeerde kenmerken, met als doel gedrag on te
delen, bijvoorbeeld om te bepalen of er sprake is van een stoornis of om onderscheid te
maken tussen stoornissen.
Diagnostiek gaat een stapje verder; behalve gedragskenmerken wordt ook vastgesteld of
een kind lijdt onder de problemen, behoefte heeft aan hulp of zorg en wel of niet optimaal
functioneert. Als een stoornis is vastgesteld, is de volgende vraag: hoe is deze stoornis
ontstaan? dit wordt onderzocht met met behulp van diagnostiek.
De vraag; hoeveel kinderen hebben deze problemen? Tracht men door middel van
epidemiologisch onderzoek te beantwoorden. Ook hierbij is men geïnteresseerd in het
vaststellen van factoren die de problematiek van kinderen beïnvloeden. VB: Zo kun je
veronderstellen dat er twee groepen meisjes zijn een groep die lijnt de ander niet na 5 jaar
kijken hoeveel personen binnen de groep anorexia heeft en kan een onderzoeken uitspraak
doen over eventuele relaties tussen lijnen en anorexia.
Vragen naar kenmerken van; onderscheid tussen; ontstaan van; oorzaken van stoornissen
zijn allemaal van belang om de beste behandeling te kiezen voor een uniek kind.
2.2.
Definitie van classificatie; een situatie, persoon, of voorwerp herkennen, er de juiste naam
aan geven en het vervolgens indelen in een categorie. Bij waarnemingen (kijken, luisteren
proeven en ruiken) proberen ze het resultaat van het waarnemingsproces in te deken in
categorieën? leidende vraag wat is dit? We delen van jongs af aan situaties personen in
op basis van onze waarnemingen en interpretaties.
Een waarnemer maakt gebruik van de kennis die hij heeft, deze kennis is gebonden aan tijd
en cultuur. Doormiddel van psychopathologie leer je te benoemen wat vreemd is aan het
kind. Categorieën waarin mensen hun waarnemen indelen hebben ze ooit geleerd te
onderscheiden, dit leerproces gaat in principe levenslang door en onze kennis is niet statisch
en kan worden uitgebreid. Waarnemingen worden ingedeeld omdat er behoefte is aan
vereenvoudiging, bij geen classificatie is het onmogelijk om een naam te geven aan een
verschijnsel; biedt de mogelijkheid om te ordenen. Het leidt tot een beter begrip van wat
verschillend is en wat hetzelfde in kaart brengen. Goed classificatie systeem wordt gezien
als de basis van de wetenschap. Er wordt gekeken naar welke symptomen er zijn en of die
onder meerdere stoornissen vallen, zo ja moet dat onderzocht worden en uitgesloten
worden; dit proces wordt differentiaaldiagnose genoemd. Nadeel van categorisatie vanuit de
sociale psychologie is dat je alert dient te zijn op stigmatisering en generalisering; ieder kind
is uniek. Met behulp van classificatie systeem worden psychische stoornissen herkend,
ingedeeld en onderscheid van elkaar. Onderscheid wordt gemaakt tussen grote groepen
stoornissen; gedragsstoornissen, psychotische stoornissen en angststoornissen
subgroepen. D.m.v. classificatie verwerven we kennis over psychische stoornissen. Dmv
van deze kennis weet de hulpverlener welke methode van hulpverlening het beste is. Start
van hulpverlening proces begint met wat is er aan de hand de classificatie. Hierna volgt
het proces hoe het is ontstaan diagnostiek. Hulpverlener moet bewust zijn van het