1
Paper Gedragsbeïnvloeding
Een interventie voor een gedragsbeïnvloeding
Naam |
Opleiding | Master Toegepaste Psychologie voor professionals
Studentnummer |
Modulenummer | 3821
Titel studieboeken |
Buunk, A.P., & Dijkstra, P. (2014). Sociale psychologie en praktijkproblemen. Houten: BSL. ISBN
9789036804080
Miltenberg, R.G. (2016). Behavior modification: principles and procedures.: Boston
Abraham, C, & Michie, S. (2008).
A taxonomy of behavior change techniques used in interventions. Health Psychology, 27, 379-387.
Charles-Abraham-Michie-2008-taxonomy-paper.pdf
, 2
Samenvatting
Dit interventieplan is erop gericht om emotie-eten bij vrouwen met overgewicht te verminderen.
Een groot deel van de mensen in de huidige maatschappij is te zwaar. Één van de oorzaken
hiervan is dat veel mensen eetbuien krijgen als reactie op emotionele gebeurtenissen. Het is
echter gebleken dat niet direct de emoties verantwoordelijk zijn voor een toename in
voedselconsumptie, maar dat de manier waarop emoties gereguleerd worden hier een grote rol
bij speelt.
Voor de 3 functionele analyses is informatie verzameld. Er is een gesprek geweest met een
dieetpsycholoog en 3 vrouwen die te kampen hebben met overgewicht, hebben een gevalideerde
vragenlijst ingevuld gericht op emotioneel-eetgedrag. Tevens is er literatuur bestudeerd.
Er is onderzocht om welk gedrag het precies gaat en welke theorieën daaraan zijn gekoppeld. De
antecedenten: wat ging vooraf aan dit gedrag en wat zijn de daaropvolgende consequenties; dit
is beiden van dichterbij bekeken.
Functionele analyse 1, waarbij de antecedent is: de vrouw krijgt te maken met een negatieve
emotie en vanuit deze positie kiest zij voor het consumeren van voedsel, dit lijkt het meest
gangbare uitgangspunt. Uit de interviews is namelijk gebleken dat vrouwen met overgewicht het
moeilijk vinden niet te gaan eten als een negatieve emotie zich heeft voorgedaan. Ook de
dieetpsycholoog geeft dit in het interview aan.
De acties voor differentiële bekrachtiging, antecedentencontrole en cognitieve gedragsmodificatie
worden verder in de interventie geïmplementeerd.
Het meten van de gedragsverandering kan na de inzet van de interventie plaatsvinden. De
interventie zal bij 2 verschillende groepen plaatsvinden. De interventie zal uiteraard alleen
plaatsvinden bij vrouwen met overgewicht die vermoeden dat ze te kampen hebben met emotie-
eten. Tevens zal de vragenlijst inzake emotionele eetgedragingen hierbij helpend zijn.
In eerste instantie wordt bij 2 groepen de interventie uitgevoerd en bij de andere 2 groepen wordt
de interventie niet uitgevoerd. Daardoor kan worden bekeken wat de effecten zijn van de
ontwikkelde interventie. Nadat de resultaten bekend zijn gemaakt, kan het zijn dat de vrouwen
met overgewicht, die de interventie hebben gehad, het emotie-eten is verbeterd. Als dat het geval
is, dan wordt de interventie ook bij de vrouwen met overgewicht ingezet die niet hebben
deelgenomen aan de interventie.
, 3
INHOUDSOPGAVE
Samenvatting 2
Voorwoord 3
Inhoudsopgave 4
Hoofdstuk 1: Probleemanalyse 5
1.1 Wat is het probleem? 5
1.2 Wat is het gewoontegedrag? 5
1.3 Wat zijn de gevolgen van het gewoontegedrag? 5
1.4 Wie is de doelgroep? 5
Hoofdstuk 2: Analyse 6
2.1 Interviews dieetpsycholoog en cliënten 7
2.2 Functionele analyses & interviews 8
2.3 Gekozen functionele analyses voor interventie 9
Hoofdstuk 3: Interventie 10
3.1 Interventie kanaal en methoden 11,12
Hoofdstuk 4: Implementatie- en evaluatieplan 13,14
4.1 Implementatieplan 14
4.2 Succes- en faalfactoren 15
4.3 Effecten van de interventie 15
Hoofdstuk 5: Reflectie 16
Literatuurlijst 17
Bijlagen 18
, 4
Hoofdstuk 1: Probleemanalyse
1.1 Wat is het probleem?
Het probleem houdt in dat emotie-eten het overgewicht bij vrouwen beïnvloedt. Overgewicht
neem nog steeds toe in onze samenleving. Wereldwijd lijdt al meer dan een miljard mensen aan
overgewicht. Van de Nederlandse bevolking heeft de helft overgewicht en van onze kinderen 1
op de vijf. Zou emotie-eten invloed kunnen hebben op het overgewicht? Op dit moment wordt
overgewicht vooral toegeschreven aan slecht eten en bewegingsmoeheid. Of is overgewicht
vooral een kwestie van een slechte moraal en een gebrek aan wilskracht om verleidingen te
weerstaan?
1.2 Wat is het gewoontegedrag?
Een normale reactie op negatieve emoties of stress is dat je geen zin hebt in eten.
Maar er zijn ook mensen die bij negatieve emoties juist reageren met het eten van
voedsel, ook als ze eigenlijk geen honger hebben. De psychosomatische theorie van
eetproblemen stelt dat emotionele eters niet geleerd hebben bij zichzelf een goed
onderscheid te maken tussen echte hongerprikkels en onaangename prikkels in de
maagstreek en ingewanden die door negatieve emoties worden veroorzaakt (Bruch,
1984). Het is duidelijk dat veelvuldig emotioneel eten leidt tot verandering in
gewicht. Dit kan op zijn beurt weer leiden tot negatieve gevoelens.
1.3 Wat zijn de gevolgen van het gewoontegedrag?
Vrouwen met overgewicht kunnen last ondervinden van emotie-eten en mogelijk nog meer in
gewicht aangekomen wat een negatieve invloed heeft op de gezondheid. De vraag is hoe het kan
dat deze vrouwen last hebben van emotie-eten. Eén van die oorzaken kan te maken hebben met
de ervaringen, opvoeding, overtuigingen en het zelfbeeld. Een andere oorzaak kunnen
bijvoorbeeld de omgevingsfactoren zijn en omstandigheden waar iemand mee te maken heeft.
Ook kunnen vrouwen mogelijk de neiging hebben te conformeren aan het slankheidsideaal (van
Strien & Ouwen, 2015).
Daarbij is het interessant om te onderzoeken of er een interventie ingericht kan worden om dit
gewoontegedrag te kunnen beïnvloeden.
Het doel is om bij de vrouw met overgewicht handvaten te kunnen aanreiken om het emotie-eten
beter te reguleren. Het gewenste gedrag is dat de vrouw meer grip en zelfcontrole zal ervaren in
haar relatie met eten. Dit gedrag zal opleveren dat er gewichtsverlies kan worden gecreëerd en
een gezond lichaamsgewicht kan worden bereikt.
1.4 Wie is de doelgroep?
De doelgroep zijn vrouwen met overgewicht die te maken hebben met emotie-eten. Deze
doelgroep belandt vaak in een vicieuze cirkel die moeilijk te doorbreken lijkt.
, 5
Hoofdstuk 2 Analyse
Voor de functionele analyses is informatie verzameld. Er is een gesprek geweest met een
dieetpsycholoog en 3 vrouwen met overgewicht hebben een gevalideerde vragenlijst ingevuld
welke gericht is op emotie-eetgedragingen. Daarnaast is er literatuur geraadpleegd. Er is
bekeken om welk gedrag het precies gaat en welke theorieën daaraan zijn gekoppeld.
De antecedenten: wat ging vooraf aan dit gedrag en de consequenties: wat zijn de consequenties
van het gedrag?
2.1 Interview dieetpsycholoog en observaties vrouwen met overgewicht
Interview dieetpsycholoog
Er is gekozen om mevrouw S. Kramp, dieetpsycholoog gespecialiseerd in emotie-eten te
bevragen over dit onderwerp.
Samenvatting van het interview:
Volgens Sanne zou de behoefte om te eten toe kunnen nemen doordat het lichaam
stresshormonen aanmaakt zoals cortisol en adrenaline. Volgens haar kost het ook veel extra
energie als je negatieve emoties met je meedraagt. Mensen hebben vaak last van onrust en
negatieve emoties. Daarbij vermindert dit weer de zelfbeheersing en wilskracht waardoor iemand
gemakkelijker een ‘ongezonde’ keuze kan maken. Veel mensen die Sanne ziet hebben de
neiging om stress relateerde gevoelens te dempen met zoet en/of vet eten volgens haar en is dit
het coping mechanisme.
Verder ervaart ze dat veel mensen wel weten hoe ze moeten eten maar doen ze het niet. En dit
is waar haar begeleiding op inhaakt. Ze onderzoekt samen met de cliënt de functie van het (eet)
gedrag en gaan aan de slag met gedragsoefeningen om de gedragspatronen te doorbreken. Ze
heeft gemerkt dat vanuit haar positie als diëtist en het verstrekken van adviezen ontoereikend
was om het gedrag van mensen te veranderen. Oftewel: voeding = gedrag.
Sanne geeft ook aan dat voedingshypes en hippe diëten verwarring geeft bij mensen met
overgewicht en emotie-eten. Volgens haar ben je niet bezig met inzicht krijgen in je eigen gedrag
alleen met afvallen. Ook geeft ze te kennen dat ze ziet dat het mensen onzeker maakt en dat ze
hierdoor door de bomen het bos niet meer zien. Daarbij zijn bijvoorbeeld lijnen en diëten
versterkers voor het eetprobleem.
Factoren die invloed zouden kunnen hebben op emotie-eten zijn volgens haar ook deels
biologisch: aanleg /persoonlijkheidskenmerken van de mens waaronder impulsiviteit.
Lichamelijke spanningen in het lichaam. Maar ook verwachtingen die men heeft meegekregen
vanuit opvoeding, hechtingsthema’s en het ideaalbeeld dat is gecreëerd. Ook zijn dieethypes
factoren die invloed hebben en sociale-media speelt ook een rol.
Sanne geeft aan dat meer aandacht voor de psychologie van het eten helpend kan zijn, en
daarbij dit op een positieve en verantwoorde manier uit te lichten. En ook dat de kwetsbaarheid
meer getoond mag worden. Ook zouden ontspanning, meer rust, steunende omgeving en
waardering kunnen bijdragen om het gedrag te kunnen veranderen. Vanuit haar werkveld ziet ze
ook dat lotgenoten contact werkt om steun te ervaren.
Volgens Sanne zou een vrouw negatieve emoties en onrust juist moeten erkennen en
onderzoeken in plaats van het te dempen en te onderdrukken. Daar liggen veel antwoorden die
volgens haar helpend kunnen zijn om het gedrag te beïnvloeden en emotie-eten beter te kunnen
reguleren.
, 6
Observaties 3 vrouwen
Om een nog beter beeld te krijgen van de eetgedragingen zijn 3 vrouwen met overgewicht
uitgenodigd een vragenlijst in te vullen. De NVE, (van Strien, 2015) de Nederlandse vragenlijst
Eetgedrag. De observaties zijn terug te vinden in Bijlage B.
De lijst kent 33 vragen met vijf antwoordcategorieën, met daarnaast enkele algemene vragen
naar o.a. de gewichtshistorie. Er worden 3 typen eetgedrag onderscheiden. De ene persoon eet
teveel in een toestand van depressie, spanning of eenzaamheid, de ander wanneer er veel en
lekker eten is, een derde gaat zich wellicht juist te buiten in een lijnperiode als honger het wint
van de wil tot vermageren of als gewichtsvermindering door een heftige gebeurtenis opeens
onbelangrijk wordt (van Strien, 2015). De drie schalen van de NVE zijn: emotioneel eten
(verdeeld in diffuse en duidelijke emoties) extern eten en lijngericht eten.
Samenvatting
Bij Desiree, Valerie als Lidewij is inzichtelijk geworden dat zij alle drie te maken hebben met
emotioneel eten en eten bij diffuse emoties na het invullen van de vragenlijst. Bij Valerie kwam er
een score uit van 11 uit van 13 vragen. Bij Desiree was de score op dit onderdeel 10 van 13 en
bij Lidewij was de uitkomst 10 van 13. Voor alle drie geldt op basis van deze scores dat er sprake
is van emotie-eten. Te lezen: de ruwe score op schaal 1 is de optelsom van de ruwe scores van
de schalen 2 en 3. Interessant om te zien is dat ook extern eten en lijngericht eten niet geheel
zonder score bleven. Bij Valerie werd de score op extern eten 3 van 10 en bij Lidewij kwamen er
4 punten uit van 10. Desiree telde 3 punten van 10 op het onderdeel extern eten. Valerie scoorde
op het onderdeel lijngericht eten een 3 van 10 en Lidewij had een zelfde score van 3 van 10.
Desiree scoorde op dit onderdeel een 4 van 10. Op zowel de extern eten en lijngerichte schaal is
een lichte constatering van specifiek eetgedrag maar wordt niet als zorgelijk aangeduid.
Wat goed is om te leren van deze vragenlijsten is dat je op basis van specifiek geformuleerde
vragen in korte tijd veel belangrijke informatie kan achterhalen wat nodig is om verdere stappen
te zetten.