Begrippenlijst
Psychologie
De psychologie bestudeert op een wetenschappelijke manier het gedrag dat mensen
vertonen in een bepaalde sociale omgeving en in een bepaalde context. Het gaat zowel over
de waarneembare aspecten zoals lopen en fietsen, als niet waarneembare aspecten zoals
denken, leren, gevoelens, geheugen en stemmingen.
Mediapsychologie
De studie van cognitieve, affectieve en automatische verwerking van media-informatie en
van de mediaconsumptie.
- Kwam voor het eerst in beeld door de opkomst van televisie.
- Het toenemende gebruik van televisie heeft gezorgd dat mediapsychologisch
onderzoek op de kaart is gezet.
- De komst van digitale- en mobiele media heeft de belangstelling groter gemaakt.
- Beïnvloeding door media
Verschil mediapsychologie en communicatiewetenschap:
- Communicatiewetenschap: effecten van media worden onderzocht met betrekking
tot het publiek of de samenleving algemeen.
- Mediapsychologie: de effecten van media worden onderzocht met betrekking op
individuen. De ontvanger staat centraal, media worden onderzocht vanuit het
gebruikersperspectief.
Sociale psychologie
Onderzoekt de invloed van de sociale context op individuen, bijvoorbeeld de invloed van
groepen, zoals familie, vrienden, collega’s of de gehele samenleving.
- Dus beïnvloeding door omgeving
Functieleer
Onderzoek naar de ‘menselijke mogelijkheden’ in de zin van waarnemen, leren, geheugen,
en gevoelens.
Asch experiment
Mensen zullen uiteindelijk altijd meegaan met de keuzes van de groep, ook als ze het hier
persoonlijk niet mee eens zijn. Mensen willen leuk gevonden worden en niet te veel
opvallen, dus gaan ze mee met de groep (conformisme).
Milgram experiment (psychologie van beïnvloeden)
Autoriteit van iemand zorgt ervoor dat een ander persoon grenzen overschrijdt (denk aan
iemand in een lab jas die jou vertelt wat je moet doen, jij neemt dit aan en doet het).
Stanford prison experiment
Laat zien hoe mensen zich heel snel aanpassen naar een bepaalde rol. Zonder reden om je
anders te gaan gedragen, gaan mensen ander gedrag vertonen wanneer zij een bepaalde rol
toegewezen krijgen. (gevangene en bewakers).
Correlatie (verband)