Kennistoets Participatie Samenvatting
PSYCHISCHE PROBLEMEN EN STOORNISSEN
Psychische problemen
Psychische probleem: Als de persoon zijn of haar psychisch functioneren als onaangenaam en
niet gemakkelijk veranderbaar ervaart. Het gaat om emoties, stemmingen en gedachten die
onprettig zijn.
Ieder persoon ervaart wel eens een psychisch probleem.
Psychische functies: processen in onze hersenen (geheugen, voelen, denken). Niet alle processen
in onze hersenen zijn psychische functies.
Omdat psychische functies zo verbonden zijn met het dagelijks leven, kunnen wij ook merken als
het niet goed loopt. Zo kunnen gevoelens niet fijn zijn en terugkerende gedachten belastend zijn.
Psychische stoornissen
Psychische stoornissen:
Kunnen ontstaan doordat de hersenen op een bepaalde manier werken waardoor de
normale ontwikkeling van de persoon niet goed verloopt.
Psychische functies zijn voor langere tijd/levenslang verstoord geraakt of hebben zich
niet goed ontwikkeld (DUS LANGDURIG). De processen in de hersenen zijn uit balans.
De aanleg voor psychische stoornissen kan erfelijk zijn.
Psychische stoornis is meestal niet te genezen, maar herstel wél.
Kan als een ziekte worden aangemerkt.
Psychische problemen kunnen na verloop van tijd overgaan in een psychische stoornis.
Daarentegen kan een psychische stoornis óók zonder psychische problemen ontstaan. Dit
kan zijn doordat het in de genen zit.
Het is erg lastig om de grens te stellen wanneer een psychisch probleem een psychische
stoornis is geworden.
Variatie: Stoornissen zijn in categorieën ingedeeld, maar er zijn veel variaties van
symptomen mogelijk, en bij ieder persoon verloopt een stoornis anders.
Veel voorkomende symptomen psychische stoornis:
Zich verdrietig en weinig zin hebben in dagelijkse activiteiten
Zich gedurende langere tijd zenuwachtig of gestrest voelen
Verwarde gedachten (niet logisch na kunnen denken of spreken), geheugenverlies of
concentratieverlies.
Verhoogde gevoeligheid voor zintuigelijke prikkels zoals geluiden of geuren.
Heel impulsieve acties ondernemen of dwangmatig telkens opnieuw dezelfde handelingen
verrichten.
Verward gedrag
Overdreven emoties
Excessieve vrees of veel zorgen hebben
Extreme cyclische stemmingsveranderingen
, Zich terugtrekken van vrienden en sociale activiteiten
Heel er moe zijn
Los komen te staan van de realiteit (waanbeelden)
Niet goed met dagelijkse problemen om kunnen gaan
Veel moeite hebben om andere te begrijpen
Misbruik maken van alcohol en drugs
Veranderingen in eetgewoonten
Veranderingen in seksuele behoeften
Overdreven boosheid, vijandigheid of geweld.
Suïcidale gedachten
Bovenstaande symptomen kunnen leiden tot:
Fysieke problemen (zoals pijn in de buik, rug en hoofd)
Lichamelijke klachten door somatische oorzaak (Klachten zonder oorzaak)
Veranderingen in sociaal gedrag
Vooruitzichten
Psychische problemen zijn in het algemeen zijn nog redelijk op te lossen.
Van de psychische klachten die worden gezien als ziektes zijn de vooruitkomsten wat minder positief
als het gaat om genezing. De uitkomsten zijn namelijk heel verschillend.
Bij een psychische stoornis heeft de persoon zelf het grootste aandeel in het herstel. Zonder
motivatie en steun van de omgeving is herstel moeilijk.
Chronisch versus herstel
Psychische stoornissen hebben vaak een chronisch verloop. Diagnoses zoals schizofrenie, autisme of
bipolaire stoornissen kan dus levenslang meegedragen worden. Dat iemand op klinisch gebied geen
verbetering ervaart betekend niet dat de zorg daarmee stopt. Het is wel mogelijk dat mensen leren
leven met een psychische aandoening. Zo werk je aan herstel.
Herstel: Het leren leven boven je aandoening.
DSM-5/DSM-V:
(Meest gebruikte) Handboek dat alle psychische stoornissen die bekend zijn omschrijft. Wordt om de
zoveel jaren vernieuwd. Symptomen, de duur ervan en de frequentie ervan worden beschreven. De
stoornissen worden niet alleen beschreven met symptomen maar ook door biologische achtergrond.
Gemaakt door: Psychiaters in de VS.
Kritieken op DSM-5:
, Categorieën komen niet overeen met de werkelijkheid (iedereen is anders)
Kritiek op praktische nut: Alle stoornissen worden omschreven maar er is nergens een
bijpassende behandeling te lezen
DSM-5 zegt dat er sprake is van aparte ziekten. Dit is een misverstand. Je kan clusters van
symptomen van elkaar onderscheiden en deze benoemen als een bepaalde stoornis, maar
om te kunnen beslissen of het gaat over een aparte ‘ziekte’ is er nog onvoldoende informatie
beschikbaar.
Stigmatiserend (normaal en hoogstens opmerkelijk gedrag wordt gebrandmerkt als ziekten)
terwijl er vaak meerdere redenen voor het gedrag kunnen zijn.
Specifieke groepen:
kwetsbare groepen:
Mensen waarbij in de familie door genetische factoren psychische stoornissen vaak
voorkomen.
Jonge kinderen: Kinderen kunnen van jongs af aan al te maken hebben met stoornissen.
Vanwege hun kwetsbaarheid is nog onvoldoende weerstand opgebouwd om zich tegen
volwassenen te kunnen verdedigen, denk maar aan verwaarlozing en mishandeling. Kinderen
lopen vaker een trauma op (die dan weer kan zorgen voor psychische stoornissen).
Adolescenten: Tijdens deze periode veranderd er veel, waardoor er een psychische stoornis
kan ontstaan. Veel stoornissen ontstaan tussen 15 en 25 jaar.
In de adolescentie veranderd er veel gedrag, hormoonregeling, ontwikkeling seksualiteit,
hersenstructuur.
Diverse perspectieven
Hoewel er veel stoornissen ontstaan tussen het 15 e en 25ste levensjaar, kunnen er daarna ook allerlei
stoornissen naar boven komen (bijvoorbeeld post traumatische stress stoornis). Dit kan ook pas op
veel oudere leeftijd voorkomen.
Aspecten waar er naar gekeken wordt:
Leeftijd
Geslacht
Sociale status
Culturele en etnische achtergrond
BIO PSYCHOSOCIALE BENADERING
, Ontstaan van psychische problemen en stoornissen vanuit de perspectieven:
Bio psychosociale
benadering: Hierbij kijk je naar de biologische, psychische en de sociale factoren.
Biologisch perspectief:
Mechanismen: hebben invloed op pro (in bijvoorbeeld de hersenen)
Determinanten: alle factoren die de gezondheid beïnvloeden (milieu, sociale verbanden,
eten en drinken, omgevingsstoffen, uitlaatgassen, gebruik van stoffen tijdens de
zwangerschap)
Rol van genen: Voorouders kunnen genen overbrengen.
Determinanten zijn GEEN oorzaken voor psychische stoornissen en problemen, maar ze spelen wel
een rol in het vinden van de oorzaak.!!!!
Epi genetica: Opdoen van ervaringen in het begin van je leven, die voor de rest van je leven invloed
hebben op de wijze waarop genen tot expressie komen. Deze genen kunnen ook weer doorgegeven
worden.
Psychologisch en sociaal perspectief:
Trauma’s (mishandeling, verwaarlozing, misbruik): Invloed op hersenfuncties waardoor er
een psychische stoornis opgelopen kan worden. PTSS hoort hierbij.
Stress: Overlevingssysteem die hormonen laat vrijkomen om een organisme voor te bereiden
op een bedreigende situatie. Stress staat in verband met hartklachten, depressie en angst.
Gebruik van alcohol, drugs, gokken en games (door sociale druk)
Eenzaamheid kan ook een rol spelen
Cultureel perspectief:
Hoeveelheid gezondheidshulp
Hoeveelheid kennis over psychische stoornissen
Hoeveelheid hulpmiddelen
De cultuur waarmee iemand is opgegroeid bepaald sterk de identiteit, normen en waarden.