Week Onderwerp Literatuur Onderwijs
vorm
1 Ruimtelijk bestuursrecht op Hoofdstuk 1*, § 3.2 en 5.3; Hoorcollege
drie niveaus: structuurvisie Hoofdstuk 5, § 4 Werkcollege
HC1 Omgevingsrecht: ruimte
*WRO = Wet ruimtelijke ordening
In dit hoorcollege wordt er een korte introductie gegeven op het ruimtelijke ordeningsrecht.
Er wordt gekeken naar verschillende soorten instrumenten die gebruikt worden en dit
hoorcollege wordt daarop ingezoomd. Een van die elementen zijn de structuurvisie. De
komende weken komt er nog een bestemmingsplan aanbod, omgevingsvergunningen voor
gebouwen, flexibiliteit in het bestemmingsplan, de rol van de rijksoverheid en de provincies
en tot slot nemen we in week 6 een kijkje in de nieuwe omgevingswet die nog in werking
moet treden.
Wat is nu precies ruimtelijke ordening?
Dat is het ingrijpen in maatschappelijke ontwikkelingen in een ruimtelijke dimensie. We gaan
leren over instrumenten en procedures die worden gebruikt bij het ordenen en indelen van
een ruimte.
Kenmerkend voor ruimtelijke ordening is dat er veel verschillende belangen een rol spelen.
Denk aan: milieu, volksgezondheid, economie, veiligheid en bruikbaarheid. Die belangen
moeten goed tegen elkaar worden afgewogen.
Met gebruik van wettelijke procedures, probeert het bevoegd gezag tot ruimtelijke besluiten
te komen, ook wel planalogische besluiten genoemd. Waarvoor voldoende draagvlak voor is.
Waar dus zoveel mogelijk mensen achter staan.
Met planalogische besluiten kun je dus denken aan: structuurvisies, bestemmingsplannen en
soms ook omgevingsvergunningen. In deze foto zie je een voorbeeld van een onderdeel van
een bestemmingsplan. De verbeelding ook wel een plankaart genoemd. Daar is goed te zien
dat elk stukje grond een eigen functie toebedeeld heeft gekregen. Dat noemen we
bestemmingen.
,Geel is bestemd voor wonen, paars voor bedrijven en grijs voor verkeer. Ook zijn er
bouwvlakken aangetekend om aan te geven waar er gebouwd mag worden, om precies te
weten te komen wat er nu wel en niet is toegestaan in de bestemmingen moet je verder
kijken in de planregels in het bestemmingsplan, daar wordt volgende week meer over
verteld.
Week 1 - I Inleiding en structuurvisie
Leerdoelen
• een omschrijving van het begrip ‘ruimtelijk bestuursrecht’ geven;
Instrumentele functie: het ‘recht’ is gericht op een ‘doel’= inrichting van de
ruimte
Kenmerkend voor ruimtelijke ordening is dat er veel verschillende belangen een rol
spelen. Denk aan: milieu, volksgezondheid, economie, veiligheid en bruikbaarheid.
Die belangen moeten goed tegen elkaar worden afgewogen.
Naast de instrumentele functie ook Waarborgfunctie: tegenwicht voor de
burger tegen de ingrijpende overheid
Met gebruik van wettelijke procedures, probeert het bevoegd gezag tot ruimtelijke
besluiten te komen, ook wel planalogische besluiten genoemd. Waarvoor voldoende
draagvlak voor is. Waar dus zoveel mogelijk mensen achter staan.
Met planalogische besluiten kun je dus denken aan: structuurvisies,
bestemmingsplannen en soms ook omgevingsvergunningen.
• de uitgangspunten van het ruimtelijk ordeningsrecht beschrijven;
Effectievere en efficiëntere besluitvorming
1. Eén van de uitgangspunten van de WRO is dat er een scheiding wordt gemaakt
tussen het beleid, de normstelling en de uitvoering. Het strategische ruimtelijk
beleid wordt vastgesteld in, niet juridische bindende, structuurvisies. Juridisch
bindende normen voor de uitvoering van dit beleid worden opgenomen in onder
meer bestemmingsplannen, amvb’s en provinciale verordeningen.
Decentraal wat kan, centraal wat moet
2. Een ander uitgangspunt is dat de normstelling dient te gescheiden door het
bestuursorgaan. Dit is in beginsel het laagste overheidsniveau (de gemeente).
Het Rijk, de provincie en de gemeente moeten verplicht structuurvisies vast
stellen H2 WRO.
,• de relatie tussen Wro/Bro en Wabo/Bor uitleggen;
Relevantie wetten:
In verschillende wetten zijn bestuursbevoegdheden gegeven aan verschillende
organen en instrumenten waarbij het bevoegd gezag aan ruimtelijke ordening kan
doen ofwel de ruimte kan inrichten.
- Wet ruimtelijke ordening/ besluit ruimtelijke ordening → belangrijkste wetten
(regels over de wijze waarop verschillende plannen van de verdeling van de ruimten
moeten worden vastgesteld.)
De WRO en het bijbehorende Besluit ruimtelijke ordening (BRO) geven regels over
de wijze waarop verschillende plannen voor de verdeling van de ruimte moeten
worden vastgesteld. De reikwijdte van de WRO wordt bepaald door het begrip ‘een
goede ruimtelijke ordening’ → dit is niet nader omschreven in de wet maar het zal in
ieder geval moeten bijdragen aan de kwaliteit en leefomgeving.
- Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (wabo)/ besluit omgevingsrecht
(hierin worden regels over omgevingsvergunningen gemaakt, daarin zijn
toestemmingsbesluiten opgenomen voor plaatsgebonden activiteiten die van invloed
zijn op de fysieke leefomgeving. Je kunt dan aan bouw activiteiten denken of als je
wil afwijken van het bestemmingsplan. Je hebt daar toestemming voor nodig dus je
zult daarvoor een omgevingsvergunning moeten aanvragen.)
Met de inwerktreding van de Wabo in 2010, is de bevoegdheid om thv een project
toestemming te verlenen voor het afwijken van het bestemmingsplan van de WRO
overgezet naar de Wabo. Dus, in de WRO/BRO wordt alles rondom ruimte geregeld,
als je daarvan bv wil afwijken moet je op grond van WABO/BOR een vergunning
aanvragen.
- Woningwet, Milieuwetgeving; Algemene wet bestuursrecht
(Veel van deze toestemmingen komen van andere wetten zoals de woningwet, daar
komt de bouwvergunning oorspronkelijk vandaan. In de woningwet staan regels over
bouwen van bouwwerken op technische wijzen. Ten aanzien van de gezondheid
binnen een bouwwerk, de veiligheid van een bouwwerk, maar ook energie gebruik
duurzaamheid en de algemene bruikbaarheid van bouwwerken. Je ziet ook dat
milieuwetgeving van belang is. Ruimtelijke ordening is iets waar heel veel
verschillende belangen spelen, denk dan aan de wet milieubeheer en de daarbij
behorende activiteiten besluit. Vergeet niet dat ruimtelijke bestuursrecht een
onderdeel is van de AWB (Algemene Wet Bestuursrecht). De AWB zal dus ook
geraadpleegd moeten worden.
- Onteigeningswet, Tracéwet, crisis-en herstelwet, Monumentenwet, etc.
Deze wetten zijn niet nodig voor dit vak, maar evt. voor het beroepsproduct.
---------------------------------------------------------------
• doel en inhoud van de structuurvisie weergeven;
Het strategische beleid wordt vastgesteld in een structuurvisie.
3 niveaus van plannen
Er worden op drie niveaus plannen vastgesteld.
, Op gemeentelijk, provinciaal en nationaal niveau dienen er ten behoeve van een
goede ruimtelijke ordening voor het hele grondgebied een of meer structuurvisies te
worden vast gesteld.
- Het rijk en de provincies stellen verplicht algemene structuur visie vast. (niet
rechtstreeks bindend)
- De gemeente doet dit ook, maar de gemeente is daarnaast verplicht om een
bestemmingsplan vast te stellen(dit is bindend).
Wat is precies een structuur visie?
De structuurvisie bevat de hoofdlijnen van de voorgenomen ontwikkelingen
van dat gebied en de hoofdzaken van het te voeren beleid ofwel een lange
termijn visie waarin de overheden aangeven welke behoeften er is binnen hun
gemeente, provincie binnen het land, welke ontwikkelingen zij voorzien en hoe
ze daarmee willen omgaan en welke problemen zij daarbij willen oplossen qua
ruimtelijke ordening en hoe zij dat willen gaan doen. Dit kan gewijzigd worden,
maar in grote lijnen moet er aangegeven wat ze van plan zijn. Zodat we als
burgers weten wat we verwachten.
WRO (oud) Wro (nieuw)
Rijk Planologische kernbeslissing Structuurvisie
Art. 2.3 WRO
Provincie Streekplan Structuusvisie
(art. 2.2 WRO)
Gemeente Structuurplan/bestemmingsplan Structuurvisie
art. 2.1 WRO/
bestemmingsplan
art. 3.1 WRO
Structuurvisie - algemeen
• Hoofdpunten van voorgenomen ontwikkeling en voorstellen over uitvoering
Op alle 3 overheidslagen zijn de overheden verplicht om een algemene
structuurvisie vast te stellen.
• Verplicht: hele grondgebied;
Die zie je terug in art. 2.1 t/m art. 2.3 WRO.
Art. 2.1 WRO: de gemeentelijke structuurvisie
Art. 2.2 WRO: provinciale structuurvisie
Art. 2.3 WRO: rijk structuurvisie
• Faculteit: aspecten van ruimtelijk beleid
*Ogv lid 1 van alle artikelen zijn ze verplicht om een algemene structuurvisie vast
te stellen waarin ze de hoofdzaken van het ruimtelijke beleid toelichten.
*Ogv lid 2 van alle artikelen ook bevoegd om een structuurvisie vast te stellen val
alles aspecten van het ruimtelijke beleid. Deze structuurvisies zijn niet verplicht
maar facultatief. Als je het hebt over aspecten over het ruimtelijk beleid kan je het
hebben over de structuurvisies over buisleidingen, de grond, woningbouw, of over
windmolens.
