Week 1: Inleiding en relatierecht
• Kijk de volgende kennisclips:
o Inleiding
o Relatierecht 1: Huwelijk en geregistreerd partnerschap
o Relatierecht 2: Echtscheiding en ontbinding
• Lees het volgende materiaal:
o P. Vlaardingerbroek e.a., Het hedendaagse personen- en familierecht, Deventer: Kluwer
2020, hoofdstuk 1, 3, 4, 5)
o S. Rutten, “Gegeven de betekenis van het Islamitisch Familierecht”, Oratie, 31 maart 2017,
te raadplegen op: n: https://cris.maastrichtuniversity.nl/en/publications/gegeven-de-
betekenis-van-islamitisch-familierecht-samenloop-van-e
Internationale verdragen welke van belang zijn:
EVRM, IVBPR, IVRK, gehandicaptenverdrag
EVRM: Art. 8, 12 en 14 EVRM hebben invloed op de inhoudelijke rechten. Art. 6 EVRM heeft invloed
op procesrecht.
Art. 8 EVRM kent 4 onderwerpen: gezinsleven, privé leven, woning en correspondentie. → bij een
beroep hierop is het aan de verzoeker om aan te geven onder welk onderwerp men valt.
→ viertrapsraket: Welk onderwerp, welke positieve verplichting heeft de Staat, sprake van
inmenging?, inmenging gerechtvaardigd?
Begrip family life in Art. 8 EVRM: in Nederland vertaald met ‘nauwe persoonlijke betrekking’.
Onderscheid tussen formeelrechtelijk begrip en materieelrechtelijk begrip.
Art. 8 EVRM is een kernbegrip in het personen- en familierecht vanwege EHRM Marckx- case: art. 8
EVRM op zichzelf een hele wetboek aan het familierecht inhoudt. Art. 8 EVRM biedt de mogelijkheid
om Staten te verplichten om positieve inspanningen te verrichten om het familierecht van de burgers
te beschermen.
Verschil tussen onderwerpen:
-Personenrecht: gaat over de persoon zelf.
-Familierecht: gaat verder, speelt een rol op het moment dat 2 individuen een relaties met elkaar
willen. In kader van huwelijk, samenwonen etc. kan materieelrechtelijke of financiële kant hebben.
Begint met de geboorte en eindigt met de dood.
-Erfrecht: Indien dat de dood intreedt is dat niet het einde van het vermogen van de overledene. Dit
moet vervolgens worden verdeeld. → Boek 4
-Jeugdrecht: beschermende element van het familierecht met specifieke regels voor kinderen. Kent
een civiele en strafrechtelijke kant.
-Procesrecht.
Rechtsbeginselen:
-Beginsel van persoonlijke vrijheid: bijv. t.a.v. partnerkeuze, wel of geen kinderen, trouwen of
samenwonen.
-Beginsel van gelijkheid: maar vrijheid moet niet ten koste komen van gelijkheid. Geen onderscheid op
grond van genderidentiteit, seksuele voorkeur, ras, kleur etc.
-Beginsel van verantwoordelijkheid: zorgplicht, bescherming, afstamming. Kinderen hebben nu meer
rechten. Ouders hebben verantwoordelijkheden ten opzichte van kinderen.
-Beginsel van gebondenheid: veel regels van dwingend recht.
, Relatierecht: soorten
-Formele relaties: huwelijk (boek 1 titel 5 BW), geregistreerd partnerschap (boek 1 titel 5A BW). Zijn in
het familierecht geregeld.
-Informele relaties: samenleving met en zonder contract. Samenlevingscontract is niet geregeld in
familierecht maar in contractenrecht.
Huwelijk:
Volgens Hugo de Groot: eene verzameling van man ende wijf tot een gemeen leven, medebrengende
een wettelick gebruick van malkanders lichaem.
Twee doelen:
1: Geestelijk element: levensgemeenschap der echtgenoten.
2: Materieel element: instandhouding menselijk lichaam.
Vereisten aangaan huwelijk: Twee soorten
1: Uitwendig ofwel formaliteiten
Huwelijksvereisten: formaliteiten die aan elke huwelijksvoltrekking zijn gebonden, bijv. aangifte +
voltrekking.
-Huwelijkssluiting ten overstaan van ABS of BABS, aangifte huwelijksvoornemen in persoon of digitaal,
huwelijk in Nederland mag niet worden voltrokken door notaris- geestelijke of andere derde, op
verzoek mag/kan familielid of kennis eenmalig als BABS optreden met toestemming van B&W, stuiting
Art. 1:50 e.v. BW: bezwaar tegen huwelijk omdat zij niet aan voorwaarden voldoen.
2: inwendig: twee soorten: A) absoluut vereiste en B) relatief vereiste.
Huwelijksvereisten: aan welke vereisten moeten de personen voldoen, die met elkaar een huwelijk
willen aangaan.
-Absolute inwendige vereiste: heeft enkel betrekking op 1 persoon. Bijv. leeftijd om te kunnen
trouwen
-Relatieve inwendige vereiste: beide personen nodig om te kunnen vaststellen of aan de voorwaarden
is gedaan. Bijv. je mag niet met je eigen moeder trouwen, om dit vast te stellen heb je gegevens nodig
van beide partijen.
Monogamie beginsel: Art. 1:42 BW zij die met elkander een huwelijk willen aangaan, mogen niet
tegelijkertijd een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan. Art. 1:80a lid 2 BW zij die een
geregistreerd partnerschap aangaan, mogen niet tegelijkertijd gehuwd zijn.
Polygame huwelijken zijn in Nederland verboden, maar mochten zij in het buitenland hebben
plaatsgevonden op het moment dat er geen Nederlander bij betrokken was en er niemand in
Nederland woonde, worden zij wel in Nederland erkent.
Huwelijk kan niet tussen hen waarbij een familierechtelijke betrekking bestaat Art. 1:41 lid 1 BW tenzij
er sprak is van adoptie dan kan op grond van lid 2 om gewichtige redenen kan de Minister van Justitie
ontheffing op het verbod ontlenen.
, Geregistreerd partnerschap:
-Begon in Denemarken, maar slechts voor paren voor gelijk geslacht.
Nederland wilde 2 problemen oplossen:
-Discriminatie van paren van gelijk geslacht
-Paren van verschillend geslacht die niet wilden trouwen.
Ontbinding huwelijk: Art. 1:149 BW
-Dood
-Echtscheiding
-Vermissing
-Scheiding van tafel en bed: oud element vanuit religieus huwelijk.
Echtscheiding:
-Ongeveer 34% van huwelijken eindigen in echtscheiding. Gemiddelde duur van een huwelijk is 14
jaar. 1 op de 6 kinderen maakt een echtscheiding mee.
-Grondslag: duurzaam ontwrichting van het huwelijk.
-Dwingend recht met eigen procesrecht.
-Veel gevolgen voor kinderen: brengt veel veranderingen met zich mee, kans op emotionele
problemen, schoolproblemen
*Externalisatie: agressie, vandalisme en delinquent gedrag.
*Internalisatie: depressie, angst, laag zelfbeeld.
Beëindiging geregistreerd partnerschap
Dezelfde gronden als huwelijk:
-Dood Art. 1:80c lid 1 sub a BW
-Vermissing Art. 1:80c lid 1 sub b BW
-Ontbinding Art. 1:80c lid 1 sub d BW → duurzame ontwrichting.
Andere gronden dan huwelijk:
-Wederzijds goedvinden Art. 1:80c lid 1 sub c BW: buiten de rechter om, in tegenstelling tot het
huwelijk
-Omzetting Art. 1:80c lid 1 sub e BW: omzetting in huwelijk. Niet mogelijk om huwelijk in geregistreerd
partnerschap om te zetten.