Muziek Meester! + Eigen-Wijs
- Eigen-Wijs: blz. 9 t/m 22.
- Muziek Meester!: H. 1.2 t/m 1.4 + 2.3 t/m 2.11 + 3.3 t/m 3.10 + 4.3 t/m 4.9 + 5.3 t/m 5.10 +
6.3 t/m 6.9 + 7 + 8 + 9 + 10.3.2.
Eigen-Wijs: blz. 9 t/m 22
Wanneer je op een goede, doordachte manier leiding geeft aan het aanleren van een lied, werk je
vanzelf aan de muzikale ontwikkeling van de kinderstem + het muzikaal gehoor. Daarnaast stimuleert
het zingen de ontwikkeling van het muzikaal geheugen + muzikaal voorstellingsvermogen.
Wie zingt er?
Basisregel vanaf groep 3: als de leraar zingt, luisteren de kinderen, als de kinderen zingen, luistert de
leraar. Dit geldt ook tijdens het aanleren van een lied.
Begintoon
Geef voor het zingen van een lied met de kinderen altijd de juiste begintoon aan met een instrument.
Je kan ook het gehele beginmotief voorzingen/spelen. De kinderen nemen zo sneller de juiste tonen
over. Werkwijze:
- Speel het eerste motief/de eerste toon van het te zingen lied;
- Zing dit zelf na;
- Zorg met een attentiegebaar voor aandacht van de kinderen, laat met een uitnodigend
gebaar zien dat de kinderen de toon/het motief na mogen zingen;
- Maak een afslaggebaar;
- Zet met een handgebaar het lied in.
Tacteren
Met een handgebaar geef je de inzet + het tempo van een lied aan tacteren. Het is belangrijk dat
de kinderen geleerd hebben hoe ze moeten reageren op het handgebaar van de leraar.
Schematische weergave
Activiteiten leraar Activiteiten kinderen
Toon/tonen opzoeken Luisteren
Toon/tonen zelf overnemen Luisteren
Uitnodigend gebaar Toon overnemen
Afsluitend gebaar Stoppen met overnemen
Handen ‘hoog’ houden Stilte
Inzetgebaar maken Inademen
Tacteren + stimuleren met mimiek + gebaren Zingen
Afsluitend gebaar maken Eindigen
Werken aan kwaliteit
Als de kinderen zingen gebruikt de leraar zijn handen (tacteren) + zijn expressie. Goed luisteren naar
de kwaliteit van het zingen, is belangrijk bij het leiding geven aan een zingende groep. (Zie blz. 10
Eigen-Wijs: vragen om het luisteren te ‘sturen’). Geef de kinderen aanwijzingen hoe ze beter kunnen
zingen + daag ze tijdens het zingen met jouw bewegingen + gezichtsuitdrukkingen uit om het
vervolgens ook beter te doen.
Een lied aanleren
Introductiefase:
, - Een goede sfeer motiveer de kinderen tot goed, gericht luisteren. Wanneer de kinderen
aan het begin van de les geconcentreerd zijn dan ontstaat er meer kwaliteit bij het zingen,
luisteren, spelen + bewegen. Leerproces verloopt zo soepeler + sneller.
- Niet-muzikale werkvormen deze werkvormen hebben meestal te maken met het thema
van het nieuwe lied (gesprek, verhaal, tekening etc.).
- Muzikale werkvormen met deze werkvorm komen de kinderen in een muzikale sfeer. Ook
bereiden ze hun stembanden fysiek voor op het leveren van prestaties. Het nieuwe lied kan
hier ook worden voorbereid, zo verloopt het aanleren sneller + beter.
Aanleerfase:
- Luisteren i.p.v. zingen? werkvormen in het begin van het aanleerproces zijn gericht op het
luisteren. De vragen + opdrachten zijn altijd gericht op de klank, vorm/betekenis van het lied.
Vaak voorzingen van het lied.
- Zelf voorzingen? je kan het lied zelf voorzingen, maar je kan ook gebruik maken van de
ingezongen versie. Gericht luisteren doen de kinderen door verschillende luister- en
activeringsopdrachten.
- Activeringsopdrachten elk lied vraagt om eigen luister- + activeringsopdrachten. Te weinig
luisteren geeft fouten in het te zingen lied, bij te vaak luisteren gaan kinderen zich vervelen.
- Een lied is een geheel je zingt het lied altijd in zijn geheel voor; voorkom ‘papagaaien’
waarbij kinderen het lied regel voor regel leren.
- Weggeeftechniek het lied blijft zo als geheel klinken. ‘Weggeven’ van lieddelen gebeurt
m.b.v. wisselzang: tijdens het zingen wordt gewisseld tussen leraar + groep.
- Wisselzang als de leraar zingt, luisteren de kinderen; als de kinderen zingen, luistert (+
stimuleert) de leraar. De leraar geeft wisselmomenten aan. De kinderen zingen zo steeds
meer van het lied + de leraar steeds minder.
- Spanningsboog als het te lang duurt, gaat de spanning weg; als de periode te kort is,
kennen de kinderen het lied nog niet waardoor ze fouten gaan zingen die later niet meer te
herstellen zijn.
Afsluitfase en uitbreiding:
- Reflecteren gaat hier om reflectie op het aanleerproces, het nieuwe lied, een
gedachtewisseling over de functie van het nieuwe lied. Kinderen gaan naar hun eigen rol
kijken + luisteren in het aanleerproces.
- Muzikaal afsluiten muzikale vorm van afsluiten bijv. ander (bekend) lied zingen of nieuwe
lied nog een laatste keer zingen.
- Uitbreiding (van het aangeleerde lied) alleen als de kinderen het lied goed beheersen.
Introductie Presentatie Weggeeffase Afsluiting
Inzingen Luistervragen De kinderen zingen Zelfstandig zingen
steeds meer
Gesprek Luisteractiviteiten De leraar zingt steeds Stimuleren
minder
Klankspel Verbeteren
Drama Reflecteren
Canons
Zing de een canon nooit onmiddellijk na het aanleren, wacht hiermee tot de kinderen het lied eerst
goed kunnen zingen. Pas in groep 6 kunnen de kinderen de meerstemmigheid van canons muzikaal
hanteren.
Cijfers en fermatetekens
,Een canonlied is te herkennen aan het gebruik van getallen boven de maten/melodie. Aan deze
cijfers is te zien met hoeveel verschillende stemmen de canon kan worden gezongen. De cijfers staan
op de plaatsen waar de verschillende partijen moeten inzetten. Het fermateteken geeft de plaatsen
aan waar de canon gemeenschappelijk kan worden geëindigd.
Een canon leiden
- Voorbereidende oefeningen oefeningen dienen om te wennen aan de meerstemmigheid.
- Aanleren en eenstemmig zingen de kinderen moeten het lied eerst goed eenstemmig
kunnen zingen.
- In groepen verdelen, inzetten en afsluiten 2/3 groepen, zorg dat de kinderen goed weten
bij welke groep ze horen, begeleid het lied goed (duidelijk aangeven welke groep wanneer
begint), geef tijdig het moment om te stoppen aan.
Eigen-Wijze hulpmiddelen
- De cd-rom opname is goed bruikbaar bij het aanleren.
- Complete opnamen hierbij zijn ook de instrumentele meezingversies opgenomen.
- Het schoolbord je kunt de tekst van het lied op het bord plaatsen; memoriseren
bevorderen door het wegvegen van steeds meer tekstgedeelten.
- Liedjesschrift geleerde liederen worden genoteerd in een liedjesschrift, dit heeft ook
nadelen (Blz. 18).
- Symbolen, afkortingen + letters deze helpen de kinderen om de tekst te onthouden.
- Bewegingen kunnen ondersteunend werken bij het aanleren van het lied, kunnen de tekst
ondersteunen.
Begeleid zingen in de basisschool
- Zie blz. 19 + 20.
Eigen-Wijs met kleuters
- Context plaats de liederen altijd in een betekenisvolle context.
- Beweging bij het aanleren van een nieuw lied neemt beweging een belangrijke plaats in.
- Materiaal materiaal kan een enorme stimulans zijn voor de bewegingsdrang van kinderen.
Er vindt bovendien tegelijk een muzikale + sensomotorische ontwikkeling plaats.
- Meezingen bij kleuters begint het leren van een nieuw lied vaak met meedoen.
- Herhaling kleuter leren door de voortdurende herhaling van activiteiten. Zing het liedje
dus vaak voor.
, Muzieknoten lezen
Muziek Meester!
H1: Muziek op de basisschool
1.2 Het belang van muziek voor de ontwikkeling van kinderen
Kinderen die op de basisschool goed muziekonderwijs krijgen + zich muzikaal goed kunnen
ontwikkelen, functioneren later muzikaal veel beter: ze zijn gevoelig voor muzikale impulsen,
bewegen goed op muziek, zingen thuis/in een koor/band + zijn in staat om actief deel te nemen aan
de muzikale cultuur. Muziek stimuleert bepaalde hersenfuncties die je vaak nodig hebt in het
dagelijks leven.
1.3 Wat gebeurt er op de basisschool?
In het muziekonderwijs onderscheiden we muzikale activiteiten in 5 verschillende domeinen:
- Zingen;
- Luisteren;
- Muziek maken;
- Muziek lezen + noteren;
- Bewegen op muziek.
1.3.1 Zingen
Hoe enthousiast de kinderen meedoen hangt af van de keuze v.d. liedjes + de kwaliteit v.d. leraar.
1.3.2 Luisteren
In het muziekonderwijs gaat het bij het luisteren niet in eerste instantie om het ontwikkelen van het
auditief vermogen, maar om het ontwikkelen van het muzikaal gehoor + het muzikaal geheugen.
Daarmee kun je o.a. diverse soorten + stijlen muziek herkennen. Bij de ontwikkeling van het muzikale
gehoor moeten kinderen begrippen leren, waardoor ze muzikale kenmerken + structuren kunnen
benoemen. Mensen kunnen dankzij hun muzikaal geheugen melodieën, ritmen, akkoorden + hele
muziekstukken herkennen + onthouden.
1.3.3 Muziek maken