Samenvatting VWO Percent Economie Hoofdstuk 1 t/m 5 met de belangrijkste begrippen, formules en grafieken van de hoofdstukken keuzes maken, arbeidsdeling en ruil, geld, markten en de consument.
Economie Samenvatting H1-H5
Hoofdstuk 1 Keuzes maken
Schaarste: de spanning tussen de menselijke behoeften en de beschikbare middelen om in
die behoeften te voorzien.
Opofferingskosten/alternatieve kosten bestaan uit de waarde van het opgeofferde
alternatief.
Hoofdstuk 2 Arbeidsdeling en ruil
De theorie van de comperatieve voordelen (arbeidsdeling):
Voorbeeld Folkert en Robbert. F en R zijn allebei monteurs, maar Robbert is wat slomer dan
Folkert. Dit is zowel bij het installeren van cv-ketels als radiators.
Je zou dus zeggen dat Folkert voor beide activiteiten een absoluut voordeel heeft op
Robbert en dat hij beter alles kan gaan monteren. Dit is echter niet waar als je kijkt naar de
opofferingskosten: (de kosten die bestaan uit het opgeofferde alternatief).
Folkert:
Relatief gezien is Robbert goedkoper als het gaat om het installeren van radiatoren.
Er is dus sprake van comperatieve voordelen
Folkert heeft tegenover Robbert een comperatief voordeel bij het installeren van cv-
ketels. Zijn opofferingskosten (uitgedrukt in radiatoren) zijn kleiner dan die van
Robbert.
Robbert heeft dit comperatieve voordeel juist weer bij de radiatoren.
Beslissingen in het gezin
1. Hoe verdelen de gezinsleden hun tijd tussen betaalde arbeid, huishouden en vrije
tijd?
2. Hoe verdelen mannen en vrouwen hun huishoudelijke taken?
De afgelopen vijftig jaar is er een verschuiving opgetreden in de manier waarop gezinnen
hun tijd verdelen over betaalde arbeid, huishouden en vrije tijd.
1. Stijging van loon → als we inflatie enz. meenemen dan is onze koopkracht 2,5x
gestegen. → Een stijging van het uurloon betekende dat de opofferingskosten van elk
niet gewerkt uur hoger kwamen te liggen, toch heeft dit mannen niet weerhouden om
te streven naar meer vrije tijd.
2. Verandering in sociale normen → het is vanzelfsprekend geworden dat vrouwen ook
werken → de laatste tijd geven vrouwen bij een stijgend uurloon ook de voorkeur aan
meer vrije tijd. Maar doordat de vrouwen nu ook werken is het standaardgezin meer
uren betaald gaan werken.
, 3. Tijdsbesparing in het huishouden → door nieuwe apparaten. Ook is er kant-en-klaar
eten gekomen en kun je bepaalde huishoudelijke diensten inkopen. Denk dan aan
een nanny of een tuinman. → door de tijdsbesparing kun je meer werken, of leuke
dingen doen.
Internationale arbeidsverdeling
Doorlezen en opdrachten maken.
Transactiekosten zijn extra kosten die gemaakt moeten worden om een ruiltransactie tot
stand te brengen. Dit kan binnen en buiten ondernemingen. Binnen is bijvoorbeeld als een
bedrijf heel groot wordt is het moeilijk om alle processen te overzien en kan het beter
opgesplitst worden.
Hoofdstuk 3 Geld
Geld: alles wat in een samenleving algemeen aanvaard wordt als ruilmiddel.
Technische vereisten van geld
Het moet grote waarde in klein bestek bezitten. Hiermee wordt bedoeld dat een
kleine hoeveelheid naar verhouding een grote waarde kan vertegenwoordigen. Het
ruilmiddel moet bij wijze van spreken ‘in de binnenzak passen’.
Het moet gemakkelijk deelbaar zijn in. Het ruilmiddel moet geschikt zijn voor allerlei
transacties, grote en kleine.
Het moet houdbaar zijn. Als een ruilmiddel niet houdbaar is, zou de bezitter ervan
armer worden naarmate hij het langer in zijn bezit heeft.
Het mag niet reproduceerbaar zijn.
Geld kan gebruikt worden als ruilmiddel, rekenmiddel (vergelijken) en als oppotmiddel.
Intrinsiek en nominaal
De intrinsieke waarde van een munt is de waarde van het in de munt aanwezige materiaal
en wordt bepaald door de prijs waartegen het materiaal op de markt kan worden verhandeld.
De nominale/extrinsieke waarde is de waarde die op de munt staat aangegeven.
In de loop van tijd is het verband tussen de intrinsieke en de extrinsieke waarde van de munt
steeds verder verdwenen. Als de intrinsieke waarde hoger wordt dan de nominale waarde
krijg je een probleem, dan gaan mensen de munten omsmelten en geld voor het materiaal
vragen.
Nu is de intrinsieke waarde van geld laag. Dat we geld zonder intrinsieke waarde accepteren
komt doordat we erop vertrouwen dat anderen dit geld op hun beurt zullen accepteren. We
zeggen daarom dat ons huidige geld fiduciair (vertrouwens) geld is.
De wet van Gresham Bad money drives out the good money
Stel 10 zilveren munten zijn 1 gouden tientje waard, als de goudprijs stijgt en de zilverprijs
gelijk blijft, wordt het gouden tientje meer waard dan de tien zilveren guldens. De gouden
tientjes verdwijnen dan uit de roulatie, waarom zou je er mee betalen als het goud meer
waard is dan de guldens.
Chartaal en giraal geld
Chartaal: munten en bankbiljetten
Giraal: direct opeisbare tegoeden bij banken: betaalrekeningen.
Totaal van deze hoeveelheden: Maatschappelijke geldhoeveelheid
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ineskodde. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.