Toets inkoop
08-04-2022
Hoofdstuk 1
Inkoop begint bij de keuze tussen het zelf doen of inkopen ( make of buy)’
Inkoop is een ondersteunende functie die zich richt op het voorzien van de inkoopbehoeften van het
primaire proces van een organisatie (directe inkoop) en de ondersteunende processen (indirecte
inkoop)
3 waarde perspectieven
Klantwaarde: producten aanbieden op basis van vooruitstrevende technologie (batterijtechnologie
die elektrische auto 500 kilometer laat rijden zonder opladen) om klantwaarde te kunnen
ontwikkelen moet je een afstemming maken tussen klantwensen, marktmogelijkheden en de
kwaliteiten en capaciteiten van het eigen bedrijf
Maatschappelijke waarde: het gaat hier voornamelijk om etnische normen en waarden, ecologische
waarden en sociale waarden
Aandeelhouders: dit is de waarde op basis van de financiële resultaten van het bedrijf afgeleid van
het verdienvermogen op de risico’s verbonden aan de bedrijfsvoering
Voor inkoop zijn deze waarde perspectieven belangrijk omdat deze steeds vaker worden gebruikt
voor het formuleren van de bedrijfsdoelstellingen, de inkoopdoelstellingen worden hiervan afgeleid
Om inkoop te positioneren in de waardeketen gebruiken we een model van Porter, hij kijkt daarbij
niet naar 1 bedrijf, maar ziet het voortbrengingsproces als het geheel van activiteiten gericht op:
Ontwerpen
Produceren
Verkopen
Leveren en onderhouden van een product of dienst voor afnemers
(ketenperspectief – het Porter model)
5 primaire activiteiten van Porter:
Inkomende logistiek: ingang en kwaliteitscontrole, opslag en voorraadbeheer
Productie: dit zijn alle activiteiten gericht op de fysieke transformatie van grondstoffen,
halffabricaten en componenten tot eindproducten, ook assemblage (samenstelling van een
eindproduct uit losse onderdelen) verpakken, testen en kwaliteitscontrole
Uitgaande logistiek: dit zijn de activiteiten die ervoor zorgen dat het product bij de klant
komt, opslag, overslag, verzendklaar maken en de orderverwerking
Marketing en verkoop: hier gaat het om het voorbereiden en uitvoeren van
verkooptransacties, marktonderzoek, promotieactiviteiten, on/offline, prijsbeleid, het
managen van offertes, acquisitie van nieuwe klanten(werving)
Service: activiteiten die ervoor zorgen dat je klantrelatie opbouwen en onderhouden,
installatie, reparatie en het beschikbaar hebben van onderdelen
Ondersteunende activiteiten die Porter noemt
Inkoop en bevoorrading (procurement): het beschikbaar stellen van alle goederen en
diensten die van leveranciers worden betrokken en noodzakelijk voor het maken van
goederen of diensten en dei instandhouding van de organisatie
, Technologie en ontwikkeling: alle activiteiten die producten en voortbrengingsprocessen
van de organisatie kunnen verbeteren
Personeelsmanagement: alle activiteiten gericht op het werven, selecteren, aannemen,
beoordelen, belonen, trainen en opleiden van medewerkers
Infrastructuur organisatie: alle activiteiten die gericht zijn op de ondersteuning van alle
processen, financiële administratie, facilitair management en juridische ondersteuning
de inkoopfunctie moet voorzien in de behoefte van de productie en transformatie processen(primair)
maar ook ondersteunende processen:
behoefte primaire proces:
grondstoffen
componenten
vervangingsonderdelen
promotiecampagnes
transportcapaciteit
behoefte ondersteunende processen:
IT Hard en software
Catering
Schoonmaak
Apparatuur voor een laboratorium
Beveiliging
Definitie inkoopfunctie:
Het van externe bronnen betrekken van alle goederen en diensten die noodzakelijk zijn voor de
bedrijfsvoering en de instandhouding van een organisatie tegen de meest gunstige voorwaarden
Voert de inkoopafdeling alle activiteiten van de inkoopfunctie uit? Nee
Is de inkoopafdeling verantwoordelijk voor de activiteiten van de inkoopfunctie? Ja
De inkoopfunctie bevat meer activiteiten dan de inkoopafdeling zelfstandig uitvoert. Bijvoorbeeld het
boeken van transportcapaciteit door de afdeling logistiek. Ondanks dat deze activiteiten niet door de
inkoopafdeling uitgevoerd worden, behoren deze activiteit wel tot de primaire verantwoordelijkheid
van de inkoopafdeling.
Nederlandse term Angelsaksische term
Bestellen Ordering
Kopen Buying
Inkopen Purchasing, Procurement, Public Procurement
Bevoorrading Supply Management
Leveranciersselectie, aanbesteden Sourcing
Ketenmanagement Supply chain management, Value chain
managment
, In het model wordt een onderscheid gemaakt naar de tactische- of initiële inkoopfunctie en de
operationele inkoopfunctie, die ook wel bestel-of verwervingsfunctie wordt genoemd. Het
inkoopproces bestaat uit de volgende activiteiten
Tactisch:
Specificeren: Wat moet er worden ingekocht?
Selecteren: Welke leveranciers is de beste leverancier?
Contracteren: Onderhandelen en vastleggen van de afspraken met de geselecteerde
leverancier.
Operationeel:
Bestellen: Het bestellen of afroepen van goederen bij de gecontracteerde leverancier.
Bewaken: Het toezien dat de bestelde goederen daadwerkelijk worden geleverd
(afgesproken tijdstip, kwaliteit, hoeveelheid).
Ordernazorg en evaluatie: Leveranciersbeoordeling, het afhandelen van claims (verschillen
in kwaliteit, hoeveelheid of prijs, maar ook garantiezaken), onderhoud van de
leveranciersdocumentatie.
Er zijn overeenkomsten en verschillen tussen inkoop bij bedrijven en publieke instellingen.
De belangrijkste overeenkomst: zowel bij bedrijven als publieke instellingen gaat inkoop over het
realiseren van waarde. Het cyclisch inkoopproces kan bij beide worden gebruikt. We spreken in het
boek bij voorkeur over inkoop voor organisaties.
De belangrijkste verschillen: publieke organisaties kennen vaker een breder pallet aan
doelstellingen. En een groot aantal is gebonden aan de Aanbestedingswet.
Aantal begrippen:
Grondstoffen: het basismateriaal voor een productieproces
Halffabricaten: goederen die al een of meerdere bewerkingen hebben ondergaan en fysiek aanwezig
zijn in het eind product
Componenten: goederen die geen fysieke verandering meer ondergaan, maar door samenvoeging
met andere componenten, waarmee ze een functionele relatie hebben, mede het eindproduct
vormen.
Gereed product: producten die worden ingekocht en zonder aanpassingen of wijzingen worden door
verkocht
Hulpstoffen: dit zijn goederen die niet fysiek in het eindproduct terug te zien zijn: smeerolie of
industriële gassen
Indirecte of verbruiksgoederen: goederen die noodzakelijk zijn voor het functioneren van organisatie
in het algemeen. (laptops, printpapier)
Diensten: dit zijn activiteiten die door medewerkers van leveranciers op contractbasis voor het
bedrijf worden verricht
Investeringsgoederen: goederen die worden afgeschreven over een periode van meerdere
boekjaren en waar van de boekwaarde in het balans is terug te vinden
Trends bij bedrijven
Waardepropositie naar klanten verandert snel. Producten en diensten worden
gecombineerd.
Productontwikkeling samen met leverancierspartners.
Het perspectief is de keten.
Innoveren moet.
Vsionair leiderschap is cruciaal.
Trends bij publieke instellingen