Literatuur Introductie de Moderne Samenleving – introduction to sociological theory
Hoofdstuk 1 – Karl Marx
Kapitalisme als gestructureerde ongelijkheid
ë Marx zag de ongelijkheid in kapitalisme
ë Kapitalisme is een manier van het organiseren van productie om de behoeftes van
ons bestaan te voldoen; het is de productiewijze die de organisatie van de
samenleving kenmerkt
ë De minderheid van kapitalisten en de bourgeoisie bezitten de productiemiddelen en
monopoliseren
ë De arbeiders/werknemers worden het proletariaat genoemd > verdienen erg weinig
en de rijken veel > economische en sociale kloof
De geschiedenistheorie van Marx
ë De theorie van Marx wordt historisch materialisme genoemd omdat hij zich richt op
de materiële voorwaarden in de samenleving en op hoe deze voorwaarden sociale
structuren en sociale relaties bepalen.
ë De bourgeoisie heeft in het revolutionaire Frankrijk het despotisme (regering waarbij
een persoon/kleine groep de macht heeft) van feodale monarchen en de aristocratie
omvergeworpen om progressieve economische en sociale instellingen te creëren die
gebaseerd zijn op democratische principes.
ë Marx voorspelde dat het kapitalisme tot zijn ondergang zou leiden. Kapitalisme zou
economische crises veroorzaken zoals recessie, waardoor er klassentegenstellingen
gecreëerd worden. Ook zou het leiden tot klassenbewustzijn bij de werkende klasse,
dit zou de werkende klasse ertoe aanzetten om in opstand te komen tegen het
kapitalisme. > het is moeilijk voor deze acties om politiek momentum te krijgen
vanwege de overkoepelende economische en ideologische beperkingen die de
omverwerping van het kapitalisme belemmeren.
ë Ondanks de aanhoudende crises die het kapitalisme veroorzaakt, is het ook
geëvolueerd op manieren die Marx niet had voorzien, en deze ontwikkelingen
verzachten de ondergang ervan:
- Ten eerste nam Marx aan dat de uitbreiding van het kapitaal ook de uitbreiding
van het proletariaat zou vereisen, wat zou leiden tot een daaropvolgende
toename van de massaverenigingen en vakbonden van arbeiders
- Ten tweede ging hij ervan uit dat het zich uitbreidende proletariaat arm zou
blijven en dus nog meer gemotiveerd zou zijn om tegen de kapitalisten in opstand
te komen.
Deze gebeurtenissen gebeurden niet.
Dialectisch materialisme
Elk historisch-economisch tijdperk wordt gekenmerkt door spanningen of tegenstellingen.
Verandering ontstaat alleen wanneer deze tegenstellingen worden blootgelegd en
verbroken door sociale revolutie. Marx' kijk op de geschiedenis benadrukt hoe de door de
mens gecreëerde economische omstandigheden op een bepaald historisch moment
aanleiding geven tot bijzondere economische en sociale praktijken. Deze praktijken
motiveren bepaalde groepen om de ongelijke voorwaarden van hun bestaan aan te vechten,
en dergelijk activisme opent de mogelijkheid voor het ontstaan van nieuwe materiële
voorwaarden en sociale relaties. > Dit historische proces is dialectisch materialisme
, ë Marx benadrukte hoe belangrijk het is om zich te concentreren op de echte
geschiedenis, dat wil zeggen, de geschiedenis niet van ideeën maar van 'de productie
van het materiële leven zelf'.
Communisme
ë Communisme is het type samenleving dat zou ontstaan na de omverwerping van het
kapitalisme.
ë Voor Marx was het belangrijk dat de overstijging van het kapitalisme een
samenleving zou voortbrengen die wordt gekenmerkt door de afschaffing van
privébezit/kapitaal, winst, arbeidsdeling en sociale klassen.
ë De logica van materiële productie in de communistische samenleving zou gebaseerd
zijn op individuele/sociale behoeften en talenten in plaats van winstaccumulatie.
ë Gelijkheid > niemand is erg rijk of erg arm > dit eindigt het conflict van kapitalisme.
ë Alle individuen zouden het recht hebben om zich de producten van de samenleving
toe te eigenen.
Menselijke natuur
ë Marx kijk op menselijke natuur is door mensen vaak verkeerd begrepen. Marx is
namelijk niet tegen werken, hij heeft juist een positieve mening over werken. Het
vermogen om gebruik te maken van fysieke en materiële hulpbronnen in een
bepaalde omgeving maakt de mens exclusief. > betrokkenheid bij dit proces van het
transformeren van de natuur is een integraal onderdeel van wat Marx onze soort
noemt.
ë We onderhouden een sociaal bestaan door materiële goederen te produceren en dit
te doen in interactie met andere individuen.
Kapitalisme als een onderscheidende sociale vorm
Privaat terrein
Marx benadrukt dat de notie van privé-eigendom zich ontwikkelde naarmate de wereld
meer bevolkt werd en complexer werd in haar sociale organisatie. In de kapitalistische
samenleving onderscheidt het bezit van de productiemiddelen de bourgeoisie van het
proletariaat. Ongelijkheid kenmerkt sociale organisatie en sociale relaties al vanaf het
slavenbezit van het Romeinse rijk.
De productie van winst
Marx benadrukte het feit dat kapitalisme een systeem van warenproductie is. Het doel
hiervan is de productie van waren waarvan de verkoop op de markt kapitaal produceert, dat
zich ophoopt als winst voor de kapitalist. Kapitaal en winst betekent dat de banden tussen
individuen in een kapitalistische samenleving puur zijn bepaald door economische
interesses. In de tijd van de romeinen was slavernij gebruikelijk en ongelijkheid bestond dus
tussen de leiders en de slaven. Maar slavenmeesters waren wel toegewijd aan het welzijn
van de slaven, net zoals in het feodale stelsel. > bij het kapitalisme is hier geen sprake van.
Loonarbeid: de vermarkting van arbeidskracht
In de kapitalistische samenleving geven de kapitalisten alleen om arbeiders voor zover ze
gebruikswaarde hebben, dat wil zeggen de mate waarin ze kunnen worden gebruikt om iets
nuttigs te produceren. > iets dat resulteert in het produceren van kapitaal en winst voor de
kapitalisten. Wat een verschil is vergeleken met samenlevingen in de geschiedenis, is dat
arbeiders in de kapitalistische samenleving wel ‘’vrij’’ zijn. Ze zijn geen bezit van anderen.
, Kapitalisme is gebouwd op de vercommercialisering van arbeidskracht. Volgens Marx is de
vrijheid van arbeiders onder het kapitalisme, slechts een illusie. Omdat het kapitalisme in
werkelijkheid een dwingend systeem van arbeidsuitbuiting is. De arbeider kan een
werkgever verlaten (slecht betaald of slecht werk), maar de arbeider kan niet de hele klasse
van kapitalisten verlaten. Volgens Marx is slavenhandel direct gedwongen werk en
loonarbeid is indirect gedwongen werk. Loonarbeiders denken dat ze vrij zijn, maar de
realiteit is dat hun arbeidskracht een handelsartikel is dat op de markt wordt gekocht en
verkocht voor de winstaccumulatie van anderen.
Professionele sporten: de commercialisering van arbeidskracht in actie
De vermarkting van arbeidskracht is goed terug te zien in professionele sporten. Er bestaat
geen dubbelzinnigheid over het feit dat voetbal-of basketbalspelers worden beoordeeld als
handelswaar. De bruikbaarheid van spelers wordt bepaald door hun productiviteit, hoe goed
ze performen of schieten. Hoewel professionele spelers veel geld verdienen, zijn ze wel
goederen > ze ‘geven hun leven op’ om te werken, riskeren blessures en veel prestatiedruk.
Werk: levensopoffering
Veel loonarbeiders offeren hun gezondheid op door te werken in gevaarlijke
omstandigheden voor matige verdiensten. Alle loonarbeiders verkopen hun arbeidskracht
'om te leven', werk wordt een middel tot een doel in plaats van een doel op zich. Vals
bewustzijn, een bewustzijn dat zelf het historische product van het kapitalisme is. Omdat we
de illusie omarmen van het kapitalistische tijdperk waarin we leven - de bevestiging en
viering van vrijheid, gelijkheid, geld en consumptie - verkopen we onszelf vrijwillig en vrij
omdat we geloven dat we profiteren van onze specifieke acties. De kapitalist zal altijd meer
verdienen dan de hoogst betaalde atleet.
Loonarbeid en meerwaarde
Winst komt van de extra waarde - de meerwaarde (surplus) of extra kapitaal - gecreëerd
door loonarbeidersarbeid. De kapitalist betaalt het minimum aan de arbeiders, net genoeg
om de daadwerkelijke fysieke, sociale en biologische reproductie te verzekeren. Marx legt
meerwaarde uit als het verschil tussen de ruilwaarde van een arbeider - dat wil zeggen de
marktwaarde van de arbeid van een arbeider, of eenvoudigweg hun loon - en hun
gebruikswaarde
De kloof tussen ruilwaarde en gebruikswaarde
De kapitalist betaalt de ruilwaarde van 20 uur arbeidskracht maar krijgt de gebruikswaarde
van 40 uur arbeid; het nut van loonwerkers bij het creëren van kapitaal gaat verder dan
waarvoor ze worden betaald. Dit verschil tussen hun ruilwaarde en hun gebruikswaarde
vormt de meerwaarde of winst voor de kapitalist. De productie van meerwaarde is nodig
voor de winst van de kapitalist.
De arbeidsdeling en vervreemding
Het productieproces
ë Ieder specialiseert zich in een klein onderdeel van een productieproces, waardoor
het vervreemd raakt
Vervreemde arbeid
Marx ziet specialisatie als ontmenselijking van het individu en van de samenleving.
Vervreemde arbeid is dus objectief inherent aan de economische en sociale organisatie van
het kapitalisme; het is verweven met de productiedoelstellingen en -processen van het
kapitalisme, zoals de arbeidsverdeling.
ë Vervreemding van arbeiders van de producten die ze produceren