Aantekeningen kind en educatie
College 1: Jeugd
Opzet cursus
Inhoud: losse onderwerpen, geen link tussen deze vakken
3 hoorcolleges ‘Jeugd’
4 hoorcolleges ‘Kind’
Literatuur
Zelf opzoeken voor de opdracht, de literatuur die wordt in de colleges wordt meegenomen
hoef je niet per se te onthouden voor bijvoorbeeld, meer als achtergrond voor de opdracht
(jeugd)
Boek Vandenbroeck + artikel Urban. Dit is stof van het tentamen, hoef je niks mee te doen in
de opdracht (kind)
Toetsing
Opdracht (11 april 2022) (jeugd)
Tentamen (5 april 2022) (kind)
Deel 1: jeugd
Doelen:
Kennis van ontwikkelingen omtrent visies op “de jeugd”. Vooral in de colleges.
Inzicht verkrijgen in de jeugdwereld in de praktijk. Doordat je een jongere gaat interviewen.
Leren uitvoeren wetenschappelijk onderzoek. Door je eigen onderzoek
Door middel van:
Colleges
Eerder gedaan onderzoek
Eigen onderzoek
Jeugd en pedagogiek
Jeugd als pedagogisch vraagstuk: laatste 25 jaar. We denken dus daar nog helemaal niet zo
lang over na.
Focus op opvoeding (voor die 25 jaar)
o Kinderen 0-12
o Bewuste opvoeding door volwassenen van die kinderen (school, gezin)
o Onbewuste opvoeding? Hier werd veel minder naar gekeken. Als er aandacht voor
was, was dit voor jonge kinderen.
o Peers? Ook hier werd minder naar gekeken.
Wanneer het wel over de jeugd ging was het vaak over maatschappelijke kwesties (zoals
jeugdcriminaliteit) Jeugd = Probleem Hoe kan jeugd de oplossing worden? Het lijkt
alsof jongeren helemaal niet belangrijk zijn voor jeugd, alsof ze niet op te voeden zijn.
De laatste 25 jaar gingen pedagogen wel nadenken over die jongeren. Kunnen we ze niet betrekken
bij oplossingen? Waarom betrekken we jongeren er eigenlijk niet bij? Jongeren maken toch veel
ontwikkelingen door? Judith Harris schreef een boek: misvatting van de opvoeding. Zij heeft allerlei
factoren/onderzoeken bij elkaar gezocht en gekeken: wat heeft er nou invloed op de
jongere/jeugdige?
Jongeren leren van elkaar
o Vrije tijd als derde domein en jongeren onderling hebben veel invloed op elkaar.
Ouders (1), onderwijs (2) en dus peers (3).
“The peer group”
o Vrienden belangrijker dan ouders. In een bepaalde levensfase leren jongeren
onderling meer dan van hun ouders.
1
, o Negatieve beïnvloeding, maar ook … positieve beïnvloeding. Er zou veel meer
aandacht hiervoor mogen zijn binnen pedagogisch onderzoek. Dit kwam niet gelijk
goed van de grond. Eerst werd er nog veel gekeken naar de negatieve beïnvloeding
van jongeren (meelopen, foute vrienden) en nog niet veel naar positieve
beïnvloeding (steunen als je erdoorheen zit).
o Peer group en het gezin. Welke invloed hebben deze twee groepen op elkaar?
Opvoeding bepaald voor een groot deel welke interesses je hebt, en dit heeft weer
invloed op de vrienden die je maakt. Maar jongeren onderling hebben ook invloed
op elkaar en dus weer op de keuzes die je maakt.
Onderzoeken
De jeugdmonitor – CBS
Uiteindelijk zijn er dus wel wat onderzoeken gedaan naar de jeugd. Dit is bijv. de jeugdmonitor van
het CBS. Onderzoek wat jongeren zelf invullen. Hier worden jongeren zelf erg bij betrokken, terwijl
ander onderzoek vaak over jongeren wordt gedaan. 10% van de jongeren heeft jeugdzorg ontvangen,
ruim 6% is opgegroeid in een bijstandsgezin, ruim 51% van alle leerlingen in de derde klas zat op het
VMBO, ruim 68% werkt en ruim 61% drinkt wel eens alcohol. Deze onderzoeken moet je echter wel
altijd kritisch lezen. Gaat dit over de hele populatie? Zijn er verschillen?
HBSC onderzoek
Nederlands onderzoek over jongeren van 11 tot 16. Zij vullen een vragenlijst in en worden
vergeleken met andere Europese landen. Uit het rapport van 2017 bleek dat Nederlandse jongeren
tussen 11 en 16 erg gelukkig en gezond zijn. Oudere jongeren ervaren meer stress en prestatiedruk
dan jeugd uit andere landen.
Veranderingen in de jeugdwereld
Er wordt veel onderzoek over jongeren gedaan, maar niet met jongeren. We weten nog niet heel
veel daarom over jongeren. Ook weten we niet of er veel veranderingen zijn geweest de afgelopen
tijd. Om daar wel een begin mee te maken moeten we weten wat de jeugdfase echt is. Wanneer ben
je jongere? Wanneer volwassene?
De jeugdfase
Adolescentie
o Lastig af te bakenen. Je kunt kijken naar leeftijd, maar dat is niet altijd een goede
indicator. Iedere gemeente geeft hier een andere invulling aan (0 tot 18, 12 tot 23,
etc.).
o Fase tussen kind-zijn en volwassenheid. De enige duidelijkheid is dat het een fase in
je leven van kind-zijn naar volwassenheid.
Trajecten verschillen. Je kunt deze weg op verschillende manieren belopen. Er zijn een
heleboel situaties waarop je op verschillende momenten verschillende trajecten kunt
doorlopen.
o Biologisch Volgroeid. Kun je je voortplanten? Dan ben je volwassen.
o Psychologisch Ontwikkeling identiteit. Kinderen moeten hun identiteit nog
ontwikkelen, bij volwassenen is dit ontwikkeld en stabiel. Als je je hele identiteit nog
moet ontwikkelen ben je kind, als je dit een beetje weet kun je als volwassenen
worden gezin.
o Sociaal Getrouwd, betaalde baan. Wat vinden wij dat volwassen is? Hierdoor is de
een veel eerder dan de ander en maak je ook bewuste keuzes. Sommige kiezen
ervoor om nog niet te trouwen of een baan te nemen. Ook is er binnen het sociale
domein variatie mogelijk.
2
, o Gedrag Nooit? Sommigen blijven eeuwig kind, terwijl anderen zich heel vroeg
volwassen gedragen. Als je op je negende een hbo-bachelor haalt, ben je dan
volwassen?
o Juridisch 18 meerderjarig, 21 onafhankelijk. Het verschuift nog wel eens.
Veranderingen in de jeugdfase
Is de jeugdfase veranderd? Zijn we er anders mee om gaan?
Laatste jaar. Vroeger was de grens wat duidelijker tussen kind/volwassen. Ging je
werken? Dan was je volwassen, verdiende je en moest je bijdragen aan het gezin. Dit was op
jonge leeftijd.
Grenzen verschuiven en vervagen. De ene jongere is snel aan het werk, de ander pas heel
laat.
Vroeger rijp, maar later volwassen. Zie plaatje hieronder.
De verlengde jeugdfase
Bovenste balk is 60 jaar terug.
Onderste balk is nu, het begint wat eerder (ze zijn sneller zelfstandig), maar het gaat langer door (zijn
ook nog weer langer afhankelijk)
Het gaat twee kanten op, op verschillende gebieden:
“Eerder volwassen” (pijltje naar links)
o Seksuele ontwikkeling: ze zijn niet eerder zelf seksueel actief, maar er zijn meer
mogelijkheden om op jonge leeftijd dingen op te zoeken of TV te kijken (ex on the
beach)
o Rol als consument: er zijn veel kinderen die zakgeld krijgen nu. Vroeger gaf je als je
wat verdiende aan je ouders. Nu mogen ze het zelf houden/uitgeven. Winkels en
influencers spelen daaropin, jongeren worden al vroeg als consument gezien.
o Bijbaantje: er zijn heel veel jongeren die een bijbaantje hebben, hiermee verdienen
ze enerzijds geld, maar anderzijds hebben ze verantwoordelijkheden (luisteren, op
tijd komen, taken uitvoeren)
“Langer jong” (pijltje naar rechts)
o Onderwijs (langer). Jongeren zitten langer op school, ze krijgen veel meer kansen om
door te studeren
o Thuis (langer). Jongeren blijven langer thuis wonen. De lening is duurder of het is
veel lastiger om een hypotheek aan te vragen.
o Huwelijk (later). Jongeren trouwen veel later.
Young adulthood
De jeugd van tegenwoordig
3
, Generaties
Er zijn allerlei termen voor generaties, ook overlappen ze een beetje.
Generatie Y (geboren tussen 1986-1995 met uitloop): Ook wel: achterbankgeneratie (door
hun ouders overal heen gebracht), grenzeloze generatie (door ontwikkelen),
prestatiegeneratie, generatie Einstein (slim, goed multitasken). In ieder geval een generatie
die nog bewust de jaren ’90 heeft meegemaakt.
Generatie Z (geboren tussen eeuwwisseling-2015): Ook wel: digital natives (altijd internet om
hun heen gehad), netgeneratie, Igeneration (individualisme), screenagers. Opgegroeid met
het internet, kunnen zich geen tijd herinneren zonder.
Kenmerkend: kinderen mogen meedenken, ouders zijn opzoek naar gelijkwaardige relatie
tussen ouder/kind. Ook zijn ze heel individualistisch, ze denken veel aan zichzelf en aan hun
beeldscherm.
Mythe of hype?
Jeugd als sociaal verschijnsel. Hoe verloopt de ontwikkeling?
Leerstoel hoogleraar M.C. Timmerman
Centrale vraag: Heeft de huidige jeugd een ‘geïndividualiseerde’ identiteit? Onderzoeksgroep
in Groningen opgericht waarin onderzocht werd in hoeverre jongeren echt individueel zijn
(maken eigen keuzes) of juist samen met andere jongeren in een eigen wereldje.
Steeds 3 generaties die geïnterviewd werden (student, de ouders en de grootouders).
Studenten van de RUG namen de interviews af (‘driegeneratieonderzoek’). Ook wij gaan dit
aangepast in de opdracht doen.
Uitkomsten:
Focus op het ‘zelf’: de ik
o Onderwijs, opvoeding en jeugdbeleid in allerlei richtingen. In het onderwijs wordt
bijv. verwacht dat leerlingen zelfregulatie inzetten, in de jeugdzorg hebben we het
over zelfredzaamheid, etc.
Triple P (een pedagogische interventie, onderdeel van Triple Z)
o Positief Pedagogisch Programma
o Gezinsondersteuning met als uitgangspunt zelfregulatie (!)
Triple Z (gaat over het hele onderwijs, hele jeugdbeleid, etc.)
o Zelfregulatie, zelfstandigheid, zelfredzaamheid
Triple S
o Sociale ontwikkeling en sociaal functioneren in de wereld van samen jong zijn
Zoomen we nou niet te veel in met een vergrootglas op dat ‘ik’? Moeten we niet kijken hoe ze het
samen doen? Hoe functioneren zij binnen die groep? Ze zouden dat ook moeten kunnen leren in
groepsverband. Uit onderzoeken is gebleken dat jeugdigen veel van elkaar leren, moet dit dan niet
gestimuleerd worden?
Zij stelt voor: minder Triple Z en meer Triple S.
Twee (hoofd)visies/standpunten
1. De jeugd van tegenwoordig is individualistisch
2. De jeugd is niet individualistisch, maar juist heel sociaal (“samen jong”)
Individualisering
Wat is individualisering complex begrip, kan vanuit verschillende invalshoeken bekeken worden.
Media: egoïsme / narcisme. Negatieve lading. Iets van de laatste decennia.
Historici: aandacht voor het individu. Niet negatief, maar goed dat er aandacht is en dat een
individu zelf keuzes mag maken. Al een heel lang proces.
4