Samenvatting praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie
Hoofdstuk 1: Wat is ontwikkelingspsychologie
-ontwikkelingspsychologie houdt zich bezig met de ontwikkeling van de mens. Hierbij wordt
aandacht In het bijzonder gericht op kinderen, omdat de ontwikkeling en groei bij hen het meest In
het oog springt. ontwikkeling vindt plaats op biologische factoren zoals groei en rijping, maar ook
door de psychologische factoren in de persoon zoals aanleg en persoonlijkheid. Daarnaast vindt de
ontwikkeling plaats in interactie met de omgeving, in contact met anderen. Ontwikkeling eindigt niet
bij de bereiken van de 21 jarige leeftijd. Volwassenen groeien niet meer in lengte, maar wel in hun
persoonlijkheid, Omdat elke leven zwaar zon aanpassing vraagt.
-Levenslooppsychologie: de ontwikkelingspsychologie van volwassenen noemen we meestal
levenslooppsychologie
Ontwikkelingstaken
de ontwikkeling van baby's jong volwassene is veelomvattend. Er zijn daarbij verschillende
ontwikkelingsdoelen of taken te onderscheiden. Die allemaal In de volgende 16 hoofdstukken van dit
boek aan de orde komen. Daarbij houden we een zoveel mogelijk chronische volgorde aan. We
beginnen met het verwerven van basis vertrouwen door de baby en eindigen met de participeren In
de maatschappij door jongeren.
Verwerven van een veilige basis
De eerste ontwikkelingsdoelen van een pasgeboren baby zijn wennen aan de wereld om hem heen
en het verwerven van basisvertrouwen. Dit hoeft de baby niet alleen te bereiken, ook de ouders of
verzorgers van het kind spelen hierin een belangrijke rol. Zij moeten ervoor zorgen dat de baby
ervaart dat er voor hen wordt gezorgd en dat aan zijn basisbehoeften van voeding, warmte veiligheid
en genegenheid worden voldaan. Zo kan er een veilige basis ontstaan voor de verdere
ontwikkeling, die van cruciaal belang is voor de wijze waarop die ontwikkeling verder verloopt. Het
verwerven van een veilige basis vindt plaats In de eerste 12 maanden van het leven. dit staat
beschreven in hoofdstuk 2.
Verkennen van de wereld
Het tweede ontwikkelingsdoel is het verkennen van de wereld. Hiermee begint een baby vanaf de
eerste dag na zijn geboorte, maar nog niet meteen heel actief en doelgericht.de
ontwikkelingsperiode waarin de baby vooral aan deze ontwikkeling sta ik werkt, is vanaf dag één tot
de met de kleutertijd kunt hoe een kind de wereld kan gaan verkennen, beschrijven we in
hoofdstuk 3.
Ontwikkelen van autonomie en identiteit
Wanneer een kind zich veilig genoeg voelt, ka het ook meer zelfstandig ondernemend. Het kind
verwerft autonomie (zelfstandigheid) en wordt onafhankelijker van zijn ouders. Het kind ontdekt in
deze periode zijn eigen ik en grenst zich af van de anderen soms ook door ze af te zetten. Niet voor
niets wordt deze periode ook wel de periode van de peuterpuberteit genoemd. De leeftijd waarin
deze ontwikkeling staak vooral plaatsvindt, is van ongeveer één tot 3 jaar. we beschrijven het
proces van ontwikkelen van eigen identiteit in hoofdstuk 4.
Samenvatting praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie, gemaakt door: Annie Hoekstra
Student social work aan de Hanzehogeschool te Groningen
,Leren communiceren
Een baby richt zich al bijna meteen op de mens in zijn omgeving en probeert met hen te
communiceren. Dit gebeurt door middel van taal maar ook met gebaren en andere niet talige
manieren van communiceren. De ontwikkelingen van het leren communiceren beschrijven in
hoofdstuk 5.
Begrijpen van de wereld
een baby komt in een wereld terecht waar hij aanvankelijk niets van begrijpt het is een ongeordend
geheel van allerlei indrukken. Een baby en een peuter leren beter ordering en structuur te zien in de
chaos, ze gaan verbanden leggen. Op een gegeven moment kan een kind relatie ontdekken tussen
oorzaak en gevolg en begrijpen én redeneren. Deze cognitieve ontwikkeling beschrijven we in
hoofdstuk 6.
Omgaan met anderen
Voor een sociaal wezen als een mens is van essentieel belang om goed te leren communiceren met
anderen. In het begin heeft een baby vooral te maken met een vertrouwde kring mensen,
grotendeels binnen zijn familie. Wanneer het ongeveer 3 jaar is, gaat hun kind steeds actiever
leeftijdgenootjes opzoeken en van alles met hen ondernemen. Deze sociale ontwikkeling en het leren
omgaan met andere staat in hoofdstuk 7.
Opgroeien in een gezin
het gezin waarin een kind opgroeit, is van groot belang voor zijn ontwikkeling. Het maakt verschil of
je in een warm en stabiel gezin opgroeit of in een gezin met veel problemen. Het gezin biedt een
belangrijke basis om als kind te kunnen groeien en bloeien.de ontwikkeling van een kind binnen zijn
gezin is beschreven in hoofdstuk 8.
Leren op school
vanaf zijn vierde jaar gaat een kind naar school. Tijd heeft het al van alles geleerd. Leren is dus niet
nieuw, maar bij het leren op school spelen ook andere factoren een rol. Een kind gaat niet alleen
naar school om te leren, het moet zich daar ook leren aanpassen aan regels en structuren. De school
is behalve een leeromgeving ook een belangrijke sociale omgeving waar een kind met
leeftijdsgenoten en leerkrachten leert omgaan. De ontwikkeling van het leren op school en de
aspecten die daarbij een rol spelen beschrijven we in hoofdstuk 9.
Van kind naar puber
Rond de 12 jarige leeftijd maakte een kind de overstap van de kinderwereld naar de wereld van de
pubers en de adolescenten. Met welke ontwikkelingstaken een kind dat te maken krijgt staat in
hoofdstuk 10
Gezondheid en uiterlijk
Bij jonge kinderen zijn vooral de ouders verantwoordelijk voor de gezondheid van hun kind. In de
puberteit worden kinderen daar steeds meer zelf verantwoordelijk voor. Een puber staat voor de
taak om te zorgen voor zijn eigen gezondheid en voor het onderhouden van een uiterlijk waar hij zich
prettig bij voelt. Jongeren leren omgaan met uitdagingen en risico's op dit gebied, zoals ongezond of
teveel eten, alcoholgebruik en drugsgebruik. Hoe ze dat doen, staat in hoofdstuk 12
invullen van vrije tijd
een deel van de tijd van jongeren is verplicht gevuld met school, maar daarnaast blijft er gelukkig nog
veel vrije tijd over. Deze tijd brengt de jongeren voornamelijk door met leeftijdsgenoten. Hij staat
voor de taak om zijn vrije tijd in te vullen maar activiteiten die hij leuk of zinvol vindt. Hoe de meeste
jongeren dat doen, komt aan de orde in hoofdstuk 13.
Samenvatting praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie, gemaakt door: Annie Hoekstra
Student social work aan de Hanzehogeschool te Groningen
,Sociale contacten en vriendschappen
als kind heeft een jongere als sociale vaardigheden geleerd en vriendschappen opgebouwd, In de
dubbele tijd wordt nog meer een beroep gedaan op de op dit vermogen. Sommige jongeren lukt het
niet zich aan te sluiten bij je leeftijdsgenoten, zij kunnen gepest of buitengesloten worden. Contacten
heeft vriendschappen komen aan bod in hoofdstuk 14
een seksuele identiteit
hoewel kinderen ook seksuele gevoelens hebben en bezig zijn met ontdekken van hun lichaam is het
ontwikkelen van seksuele identiteit toch vooral een taak voor jongeren. Een jongere staat voor de
uitdaging om te ontdekken mensen zijn op het gebied van intimiteit en seksualiteit. Dit proces werd
beschreven in hoofdstuk 15
kiezen voor opleiding en werk
jongeren zijn tot hun 18e leerplichtig. na het voortgezet onderwijs maken ze een keuze voor een
vervolgopleiding en/ of beroep. Elke jongere gaat dan naar welke opleiding en welk beroep het beste
passen bij zijn capaciteiten, interesses en persoonlijkheid. Door de verschillende uitstroomprofielen
In het voortgezet onderwijs moeten jongeren al vroeg keuzes maken ten aanzien van het
vakkenpakket dat ze kiezen. Terwijl zij dan vaak nog te jong zijn om al te weten wat ze later willen
doen. Dit keuze proces beschrijven in hoofdstuk 16
een plek in de maatschappij
het uiteindelijke ontwikkelingsdoel van de periode van 0-21 , is dat een jongere zich heeft ontwikkeld
tot een persoon die zichzelf kan redden in de maatschappij. Die jongeren is bindingen aangaan voelt
zich betrokken bij de maatschappij waarin hij leeft. Jongeren die weinig of geen bindingen zijn
aangegaan en zich buiten te maatschappij voelen staan, lopen risico op radicalisering. Als je dat geen
enkel groep behoort en je buiten gesloten voelt in de maatschappij, kan het aansluiten bij een
groepering aantrekkelijk zijn. Dit is de laatste ontwikkelingstaak binnen de kinder-jeugdperiode is
beschreven in hoofdstuk 17.
Variaties in ontwikkeling
In het voorgaande overzicht hebben we beschreven welke ontwikkelingsdoelen en
ontwikkelingstaken aan orde zijn van 0 tot 21 jarige. In deze samenvatting geven we steeds eerst aan
hoe een bepaalde ontwikkeling in de meeste gevallen verloopt. Dit is de normale ontwikkeling zoals
je die ziet. Waar de meeste kinderen ongeveer op die manier en ongeveer op die tijd zit. Vervolgens
geven we aan welke anders verlopende ontwikkelingen mogelijk zijn, soms gaat het anders, maar dat
hoeft nog geen probleem te zijn. Dit gedrag valt bij de zogeheten normale variatie. Pas wanneer de
ontwikkeling van een kind opvallend anders verloopt of het kind belemmeringen oplevert, spreken
we van een afwijkende ontwikkeling. er zou dan sprake kunnen zijn van een specifiek probleem of
een ontwikkelingsstoornis. Te snel een kind een bepaalde stoornis toeschrijven schadelijk. Te laat
probleem onderkennen is dat ook. Het is dus de taak van Iedereen die op een professionele manier
met kinderen werkt om op tijd signalen te onderkennen n het kind door te sturen naar een specialist.
-Overdiagnostisering: alle studenten zich tijdens de studie intensief bezighouden met bijvoorbeeld
ontwikkelingsstoornissen zullen zij hier in omgeving extra opletten. Daarom kunnen ze meer signalen
mede te zien dan Er zijn dit verschijnsel heet over diagnostisering.
Hoofdstuk 2: Een veilige basis
Het eerste wat van belang is voor een pasgeboren baby is het verkrijgen van een veilige basis. Niet
alleen voeding is van levensbelang voor een pasgeborene, minstens zo belangrijk is dat hij zich veilig
en geborgen kan voelen in de wereld om zich heen. Hij verwerft deze veilige basis door hechting aan
Samenvatting praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie, gemaakt door: Annie Hoekstra
Student social work aan de Hanzehogeschool te Groningen
, zijn primaire verzorgers. Deze hechting is van grote invloed op de ontwikkeling In het verdere leven
van de baby. Goede, warme hechtingsrelaties geven een sterke basis voor het bouwen van relaties
met anderen, voor het zelfvertrouwen en voor het gevoel van eigenwaarde, maar ook voor het
vermogen om met stress om te gaan en emoties te kunnen reguleren.
Door positieve ervaringen met zijn ouders bouwt een kind vertrouwen op. Hij weet dat zijn
ouders beschikbaar zijn als hij ze nodig heeft. Hij ontwikkelt het beeld van zichzelf als
iemand die in staat is om dit te bewerkstelligen en krijgt ook de boodschap om mee dat hij
iemand is die het waard is om aandacht en zorg te worden omringd. dit basisvertrouwen
heeft als eerst betrekking op zijn ouders. Naderhand heeft het ook gevolgen voor het
vertrouwen in anderen. De manier waarop hun kind samen met zijn ouders de eerste en
belangrijke ontwikkelingstaak van een voorwerp van een veilige basis kan voorbrengen,
heeft een versterkende invloed op de verdere sociale emotionele ontwikkeling. De hele
verdere ontwikkeling tot de volwassenen steunt op de kwaliteit van deze hechtingsrelaties,
de stevigheid van een veilige basis.
-In de ontwikkelingstheorie van psycholoog Erik Erikson wordt de eerste fase in de ontwikkeling van
de baby na hun geboorte aangeduid Als de ontwikkelingstaak die gaat over basisvertrouwen versus
basis wantrouwen. Als ouders erin slagen deze ontwikkelingstaak goed te volbrengen, is het
resultaat een veilig basisgevoel, basisvertrouwen in mensen en in de wereld. Wanneer deze periode
minder gunstig verloopt, kan juist het gevoel van onveiligheid, onrust en wantrouwen meekrijgen.
Erikson geeft aan dat het ontwikkelen van basisvertrouwen van groot belang is voor de hele verdere
ontwikkeling van een kind.
Ontwikkeling van een veilige basis: zo gaat het meestal
Eerste ervaringen
Als heel snel na de geboorte kan een kind zijn eigen moeder herkennen en zoekt hij bij haar voeding.
-Onderzoek heeft Laten zien dat baby's al heel snel na hun geboorte een grote voorkeur hebben voor
de stem van mensen dan voor andere geluiden. Ze kijken ook veel liever naar gezichten van mensen
dan naar andere voorwerpen of patronen. Baby's richten zich dus ook prikkels die voor hen
belangrijk zijn. De voorkeur voor menselijke stemmen zouden we nog kunnen verklaren dat de baby
al tijdens de zwangerschap kennis mee heeft gemaakt. Voor het kijken naar menselijke gezichten is
dat anders. Dat kan niet zijn geoefend.
Predispositie: het lijkt erop dat baby's aan een bepaalde ingebouwde neiging hebben om zich op
sociale prikkels te richten. Die aanleg die baby vanaf geboorte hebben, noemen we predisposite. Die
predispostie kan de baby verder ontwikkelen In de wisselwerking met de omgeving.
de predispositie voor hechten is zo sterk dat zelfs kinderen In de moeilijke omstandigheden of met
problemen zoals autisme of andere handicap zich gaan hechten aan Mensen om hem heen die
aandacht aan hem geven. Het eerste levensjaar is hiervoor een gevoeligeperiode.in deze periode is
een keer extra gevoelig opgebouwde ervaringen. Baby's zijn al heel snel in staat om allerlei signalen
af te geven aan de verzorgers over wat ze nodig hebben. Vrijwel onmiddellijk na de geboorte
ontstaat een wisselwerking tussen baby's en ouders. baby en ouders ontwikkelen
hechtingsrelatie. In het begin heeft een baby hiervoor een beperkt repertoire tot zijn beschikking,
enig manier van aandacht is doormiddel van huilen.
Doordat ouders en baby elkaar steeds meer leren kennen stemmen baby en ouders steeds
beter op elkaar af. Zo ontwikkelt zich een interactie die leidt tot een hechtinginsrelatie
De ouders moeten op een sensitieve manier reageren en verzorgen, zo ontstaat er een
positieve hechtingsrelatie.
-Sensitief: sensitief reageren houdt in dat opvoeder gevoelig is voor de signalen die baby afgeeft, en
hier adequaat op reageert.
-Intern schema: Alle kennis en ervaring van ouders worden verwerkt in een intern schema,
de interne representatie van verwachtingen en ideeën dat ouders hebben over hoe het zal
zijn om een kind te hebben en hiermee om te gaan. Ze hebben een idee van de relatie met
Samenvatting praktijkgerichte ontwikkelingspsychologie, gemaakt door: Annie Hoekstra
Student social work aan de Hanzehogeschool te Groningen