100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
Eerder door jou gezocht
Werkgroepopdrachten Schenk- Erf- En Overdrachtsbelasting (JUR-3SCHERFOV1) Wegwijsserie - Wegwijs in de Successiewet, ISBN: 9789012406970€7,49
In winkelwagen
WG Schenk-, erf- en overdrachtsbelasting.
WG 1:
Theorie
Is er een belastbaar feit?
- Erfbelasting -> art. 1 lid 1 sub 1 SW.
- Een verkrijging krachtens erfrecht.
- Boek 4 BW.
- Fictiebepalingen -> geen verkrijging o.g.v. boek 4, maar wel belast.
- Erflater woonde ten tijde van het overlijden in NL.
- Waar verkrijger woont is irrelevant.
- Verkrijgingsbelasting en tijdsbelasting.
- Verkrijger wordt belast, het moment van overlijden bepaald de
belastingplicht.
- Schenkbelasting -> art. 1 lid 1 sub 2 SW.
- Een verkrijging krachtens schenking.
- Schenker woonde ten tijde van schenking in NL.
Vraag 1
A. Wat is naar civiel recht het verschil tussen een schenking en een gift?
Bij schenking altijd een ovk om niet (nooit sprake van een tegenprestatie), bij gift hoeft geen
sprake te zijn van een ovk en ook niet per se om niet.
Antwoord:
Schenking civiel -> art. 7:175 BW:
1. Ovk
2. Om niet
3. Verarming schenker
4. Verrijking verkrijger
5. Beoogde bevoordeling.
Gift civiel -> art. 7:186 lid 2 BW:
1. Bevoordeling
2. Verarming schenker
3. Verrijking verkrijger
Verschil gift met schenking:
- Geen ovk.
- Hoeft niet om niet.
B. Wordt dit onderscheid naar fiscaal recht ook gemaakt?
Art. 1 lid 7 SW -> in successiewet betekent schenking ook een gift.
- Onder schenking moet worden verstaan de gift als bedoeld in art. 7:186 lid 2 BW en
de voldoening aan de natuurlijke verbintenis.
- De natuurlijke verbintenis = vrijstelling o.g.v. art. 33 onder 12 SW. Het is dus een
schenking die helemaal is vrijgesteld -> dit doen ze voor omkering van de bewijslast.
Als begiftigde moet je bewijzen dat het een natuurlijke verbintenis betreft.
Vraag 2
, A. Anton overlijdt. Hij heeft zoon Jan tot enig erfgenaam benoemd en aan zoon Bas
100.000 gelegateerd. Zijn Jan en/of Bas erfbelasting verschuldigd?
Ja, o.g.v. art. 1 lid 1 onder 1 SW. Al dat wat krachtens erfrecht wordt verkregen -> hier valt
het legaat en dat Jan als enig erfgenaam is benoemd onder.
Antwoord:
Vereisten:
1. Een verkrijging krachtens erfrecht.
a. Erfstelling en legaat vinden we in boek 4 BW.
2. Erflater woonde ten tijde van het overlijden in NL.
a. Als dit niet in de casus staat mag je ervan uitgaan.
3. Verkrijgingsbelasting en tijdsbelasting.
a. Art. 5 SW -> wat ten laste van de erfgenaam komt mag er vanaf worden
getrokken.
b. Art. 20 SW -> aftrek kosten van lijkbezorging en schulden die rechtens
afdwingbaar zijn.
Jan is erfbelasting over erfstelling verschuldigd. Jan moet legaat aan Bas uitkeren. Dit legaat
komt in mindering op verkrijging (art. 5 SW).
B. De wettelijke verdeling is van toepassing en de zoons Jan en Bas verkrijgen een
niet-opeisbare vordering op moeder Cora. Zijn Jan en Bas erfbelasting verschuldigd?
Ja, maar die wordt betaald door moeder Cora want zij is de langstlevende.
Antwoord:
Ja, het is een verkrijging krachtens erfrecht. Niet opeisbare vordering = verkrijging krachtens
erfrecht. Cora moet de erfbelasting voor Jan en Bas betalen -> alle schulden komen voor
haar rekening (art. 4:13 lid 2 en 14 BW). Erfbelasting -> art. 4:7 lid 1 sub e BW. Dat wat door
Cora is betaald aan erfbelasting komt in mindering op de vordering van Jan en Bas.
C. Jan en Bas hebben op grond van de wettelijke verdeling een niet opeisbare
vordering op moeder Cora. Cora treedt opnieuw in het huwelijk met Gerard. Jan doet
een beroep op zijn wilsrecht ex art. 4:19 BW. Is Jan erfbelasting verschuldigd?
Ja verkrijging krachtens erfrecht, want art. 4:19 BW, maar nee, want verkrijging krachtens
wilsrecht is uitgezonderd, art. 1 lid 5 SW.
D. Zoon Jan is onterfd en doet een beroep op zijn legitieme portie. Is hij erfbelasting
verschuldigd?
Ja verkrijging krachtens erfrecht, art. 4:63 BW. Zelfde geldt voor andere wettelijke rechten
(4:28 BW e.v.).
E. Zoon Jan verkrijgt een legaat van 100.000 onder de last 20.000 aan kleinzoon Kurt te
geven. Zijn Jan en/of Kurt erfbelasting verschuldigd?
,Jan verkrijgt krachtens erfrecht en Kurt ook dus o.g.v. art. 1 lid 1 onder 1 SW erfbelasting
verschuldigd.
Antwoord:
Testamentaire last -> art. 4:130 BW, verkrijging krachtens erven.
Lastbevoordeelde is erfbelasting verschuldigd.
Onderscheid: onpersoonlijke lasten en persoonlijke lasten.
Jan is erfbelasting verschuldigd over 100.000 - 20.000 = 80.000 (art, 5 SW).
Kurt is erfbelasting verschuldigd over 20.000.
F. Zoon Jan verkrijgt een legaat van 100.000 onder de last om de hond van de erflater
te verzorgen. Is Jan erfbelasting verschuldigd?
Jan verkrijgt krachtens erfrecht dus o.g.v. art. 1 lid 1 onder 1 SW erfbelasting verschuldigd.
Antwoord:
Onpersoonlijke last = bijv. de hond te moeten verzorgen. Deze hebben geen invloed op de
heffing. Een last komt alleen in mindering als dit bij een lastbevoordeelde in de heffing kan
worden betrokken. Dit betekent dat Jan over zijn verkrijging krachtens erfrecht uit hoofde
van het legaat van 100.000 erfbelasting is verschuldigd, zonder aftrek van de last.
Vraag 3
A. Ferdinand woont in Nederland en schenkt 100.000 aan zijn zoon Bert in Frankrijk. Is
Bert in Nederland schenkbelasting verschuldigd?
O.g.v. art. 1 lid 1 onder 2 SW schenkbelasting verschuldigd over de waarde van al wat
krachtens schenking wordt verkregen van iemand die ten tijde van de schenking in NL
woonde.
Lid 7 -> is er sprake van een schenking? Gift als in art. 7:186 BW. I.c. sprake van een
schenking zoals gesteld dus over 100.000 moet schenkbelasting worden betaald.
Antwoord:
Art. 1 lid 1 sub 2 SW.
1. Een verkrijging krachtens schenking.
2. Schenker woonde ten tijde van schenking in NL.
Ferdinand is schenker en hij woont in NL.
Woonplaatsbegrip, art. 4 AWR:
- Feitelijke omstandigheden.
- Middelpunt van zijn levensbelangen.
- Puerto Rico arrest (hof Den Bosch 19 nov 2015).
Woonplaatsfictie -> art. 3 SW:
- Lid 1
- Bij vertrek uit NL had deze persoon de NL nationaliteit.
- Bij overlijden of schenking had deze persoon ook de NL nationaliteit.
- Binnen tien jaar nadat hij uit NL is vertrokken is deze persoon overleden of
doet deze een schenking.
- Lid 2 -> geldt alleen voor schenkbelasting.
- Eenieder die binnen Nl heeft gewoond.
, - Binnen een jaar na het verlaten van NL.
- Een schenking doet.
- NB: nationaliteit niet van belang.
- Dubbele heffing -> verdragen of besluit ter voorkoming van dubbele belasting.
Ferdinand = schenker en woont in NL. Verkrijger Bas hoeft niet in NL te wonen. Bert is in NL
schenkbelasting verschuldigd.
B. Cor woont in Nederland als hij de postcodeloterij wint. Hij verhuist naar het zonnige
Spanje. Vijf jaar later besluit hij zijn neef Dirk een Ferrari te schenken. Is Dirk in
Nederland schenkbelasting verschuldigd?
Verkrijging krachtens schenking, Cor woont in Spanje.
Art. 3 lid 1 SW -> schenking gedaan binnen 10 jaar na verhuizen dus schenkbelasting
verschuldigd.
Cor heeft de NL nationaliteit.
Dirk is in NL schenkbelasting verschuldigd.
C. De Duitser Evert heeft jaren in Nederland gewoond voor zijn werk. Als hij met
pensioen gaat, verhuist hij terug naar zijn geboortestad in Duitsland. Binnen drie
maanden schenkt hij aan zijn neef die in Nederland woont een bedrag van 50.000. Is
de neef in Nederland schenkbelasting verschuldigd?
Art. 1 lid 1 onder 2 SW gaat niet op want Evert woont niet in NL, ook de fictie van art. 3 lid 1
Sw gaat niet op want Evert is geen Nederlander.
Art. 3 lid 2 SW -> schenking binnen 1 jaar gedaan dus Evert wordt geacht in NL te wonen
dus wel schenkbelasting betalen.
D. Stel dat de Duitser Evert, uit vraag C, binnen elf maanden na zijn terugkeer naar
Duitsland overlijdt. Zijn de erfgenamen erfbelasting verschuldigd in Nederland?
Evert woont op moment van overlijden in Duitsland dus art. 1 lid 1 onder 1 Sw gaat niet op.
Fictie van art. 3 lid 1 SW gaat niet op. Erfgenamen zijn dus erfbelasting verschuldigd.
Antwoord:
Evert woont in Duitsland. Ever heeft Duitse nationaliteit, dus art. 3 lid 1 SW gaat niet op.
Art. 3 lid 2 SW geldt alleen over schenkingen. Dus geen erfbelasting verschuldigd.
E. Welke andere aanknopingspunten voor de heffingsbevoegdheid worden er
gehanteerd in het buitenland?
Vraag 4
A. Wie wordt in de Successiewet als partner aangemerkt? Waarom kan het zijn van
partner fiscaal gunstig of fiscaal nadelig zijn?
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper s-kers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.