Dit is een samenvatting van het boek Basiskennis Natuur & Techniek, dat gebruikt kan worden voor de toelatingstoets Natuur & Techniek voor de PABO.
Er zijn in de samenvatting veel afbeeldingen opgenomen om de stof te verduidelijken.
Basiskennis Natuur & Techniek PABO
Alle afbeeldingen die in deze samenvatting gebruikt zijn, komen uit het onderaan vermelde boek.
Wat is natuur en techniek? hoofdstuk 1
1.1. Doelen van het vak
Het onderzoeken van de technische wereld om ons heen is onderzoekend leren.
Ontwerpend leren is het probleemoplossend denken. De nadruk bij het vak natuur en
techniek ligt op het stimuleren van de nieuwsgierigheid, verwondering en de
onderzoekende houding.
1.3. Vaardigheden
Er zijn in het vak natuur en techniek twee vaardigheden: onderzoeken en ontwerpen.
Bij onderzoeken gaat het om het kunnen opzetten en uitvoeren van een onderzoek
naar aanleiding van een onderzoeksvraag. Bij ontwerpen gaat het om het bedenken,
ontwikkelen en uittesten van een oplossing voor een probleem. Naast deze twee
vaardigheden heb je bij dit vak ook vaardigheden nodig om onderzoeksinstrumenten
af te lezen.
1.4. Didactieken
Bij het vak natuur en techniek staan vier verschillende didactieken centraal:
1 Didactiek van het onderzoekend leren
2 Didactiek van het ontwerpend leren
3 Didactiek van het ontmoeten
4 Didactiek van keuzes maken
1
naar: Embrechts, Jansen & Wolter, 2020
, Basiskennis Natuur & Techniek PABO
Biologische eenheid hoofdstuk 2
2.1. Organisatieniveau cel
Er zijn verschillende niveaus waarop je naar levende wezens kan kijken. Van klein
naar groot zijn dit: cel, orgaan, organisme, ecosysteem. Dit zijn de
organisatieniveaus.
2.1.1. Levende bouwstenen
Alle organismen zijn opgebouwd uit cellen. De kleinste organismen, zoals bacteriën
en eencelligen, bestaan uit een cel. Andere organisme bestaan uit meerdere cellen.
Een cel is een levende eenheid. Cellen groeien, delen, hebben voedsel nodig en
scheiden afval uit. Veel cellen kunnen bewegen. Voor al die acties hebben cellen
speciale structuren, organellen genaamd.
2.1.2. Organellen
Plantaardige cellen en dierlijke cellen bevatten zeer veel verschillende organellen.
Bacteriën hebben geen andere organellen dan een celmembraan en een celwand.
De celmembraan is een scheiding tussen
de binnen- en buitenkant van een cel. Het is
een dun vliesje dat het celplasma omsluit.
Het celplasma is een dikke vloeistof waarin
de andere organellen liggen. Door het
celmembraan blijven alle nuttige stoffen in
de cel. Het membraan zorgt ook voor het
membraan, omdat het veel kanalen bevat
die open en dicht kunnen.
De cellen van bacteriën, schimmels en
planten hebben buiten de celmembraan nog
een dik omhulsel dat de cel stevigheid
geeft. Dit is de celwand. Dierlijke cellen
hebben dit niet.
2
naar: Embrechts, Jansen & Wolter, 2020
, Basiskennis Natuur & Techniek PABO
De celkern bevat de erfelijke informatie. Deze
informatie wordt doorgegeven van ouders naar
kinderen. Hierdoor lijken kinderen op hun ouders.
Deze erfelijke informatie is opgeslagen in DNA, dit
is een lange keten van kleine bouwstenen. Stukken
uit de lange DNA-keten zijn genen. Genen zijn
instructies voor wat er in een cel gebeurd. De genen
zorgen ook voor samenwerking tussen cellen.
Voor alle processen die een cel doet is energie
nodig. De mitochondriën zorgen voor deze energie.
Alles wat we eten levert brandstof op. Het
mitochondrion zet deze brandstof om in
energiepakketjes voor de andere organellen.
De vacuole is een blaadje gevuld met water. Het is een opslagruimte voor de cel voor
het bewaren van nuttige of juist schadelijke stoffen. Dierlijke cellen hebben dit (bijna)
niet. Plantencellen hebben vaak één grote vacuole, die bijna de hele cel vult. Bij
plantencellen speelt de vacuole ook een rol in de stevigheid van de cel.
Planten kunnen door middel van fotosynthese energie halen uit de zon.
Plantencellen gebruiken hiervoor bladgroenkorrels. Deze korrels zorgen ook voor de
groene kleur van de plant. Bladgroenkorrels gebruiken water en koolstofdioxide en
zetten dit om in zuurstof en voedingsstoffen voor de plant. Zonlicht levert de energie
voor de omzetting.
2.2.1. Orgaanstelsels bij mensen en andere dieren
Een orgaan is een onderdeel van een organisme. Organen zijn opgebouwd uit
weefsels. Elk weefsel bestaat uit gelijksoortige cellen.
Organen werken samen in orgaanstelsels. Door de samenwerking tussen organen
kunnen organismen functioneren.
3
naar: Embrechts, Jansen & Wolter, 2020
, Basiskennis Natuur & Techniek PABO
2.2.2. Orgaanstelsels bij planten
De belangrijkste orgaanstelsels bij
planten zijn het
voortplantingsstelsel, het
transportstelsel en het
ademhalingsstelsel. Bloeiende
planten gebruiken bloemen om
zich voort te planten. De vaten die
door de stengel lopen zorgen voor
het transport. Ademhalen door
planten door middel van
huidmondjes. Dit zijn kleine
openingen die vaak onderaan het
blad zitten.
4
naar: Embrechts, Jansen & Wolter, 2020
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper reuversmw. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,49. Je zit daarna nergens aan vast.