Complete samenvatting van de stof voor het tentamen van inleiding in de rechtswetenschap van het boek achtergronden! Erg uitgebreid, het boek lezen is niet nodig!
H1 De aard van het recht
Samenleven is alleen mogelijk als een voldoende aantal leden van de
samenleving zich aan bepaalde gedragsregels houdt. Belangrijke regels zijn
regels die geweld verbieden. Het leven in groepsverband is alleen mogelijk als
de leden van de groep zich onthouden van geweld.
Normatieve overtuiging: overtuiging hoe men behoort te handelen.
Sociale normen: regels of normen die de relaties tussen de leden van een groep
normeren. Deel hiervan zijn morele normen. Of etiquettenormen.
Je hebt: heersende moraal: normen die heersen binnen een groep.
Kritische moraal: normen waarvan mensen menen dat zij zouden moeten
heersen.
Ook is het nodig dat er regels zijn die een vorm van eigendom instellen. Zo
blijven mensen van spullen af die aan anderen toebehoren. Ook moeten er regels
zijn die overeenkomsten mogelijk maken. Die verlangen dat mensen hun beloftes
nakomen.
Samenleven vereist dat mensen er van afzien elkaar schade te berokkenen.
Als mensen straffeloos de regels kunnen overtreden, zullen ze nooit meer de
regels volgen. Daarom is het nodig dat er sancties worden verbonden aan het
overtreden van regels. Er moeten ook regels zijn die die sancties toestaan.
Als een samenleving groter is, zullen er meer conflicten zijn omdat er minder
vertrouwen is.
Complexe samenlevingen hebben meer nodig dan een eenvoudige groepsmoraal
om de sociale orde te waarborgen en om de projecten die zij nastreven te
realiseren. Primaire regels (gedragsvoorschriften) volstaan niet. Problemen zijn:
Onzekerheid: twijfel welke regels gelden en wat de precieze strekking is van
een regel. Oplossing: gezaghebbende vaststelling van normen die gelden en
als er gezaghebbende interpretaties zijn van de normen.
Veranderende omstandigheden: morele regels zijn moeilijk te veranderen, zijn
ingesleten. Een samenleving kan relatief snel veranderen, door
technologische vernieuwingen en bijvoorbeeld internationalisering. Oplossing:
aanvaarde procedures om regels aan te passen aan veranderde
omstandigheden.
Problemen van handhaving: mensen zijn niet afhankelijk van elkaar en er is
dus asociaal gedrag mogelijk. De sociale controle werkt niet meer. Mensen
zullen het recht in eigen hand nemen. Oplossing: gezaghebbende instantie die
bevoegd is om een onherroepelijk oordeel te vellen over de vraag of iemand
een regel heeft overtreden. Ook moeten er sancties worden gemaakt door 1
bepaald orgaan.
Gemeenschapstaken: sommige taken kunnen nou eenmaal niet door
individuen worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld verdediging. Oplossing: een
centraal geregisseerde taakverdeling en een hiërarchie van regelgevende en
uitvoerende organen.
Ook zijn er secundaire regels nodig: regels over regels.
Een regelgever moet iemand zijn die gezag heeft. Dan aanvaarden mensen dat
hij de regels maakt en ook aanvaarden ze dat ze de regels moeten gehoorzamen.
Kenmerk van het recht: Het is een geheel van regels dat door daartoe bevoegde
instanties (gezag) is vastgesteld of erkend. Belangrijk is dat gehoorzaamheid
geëist/afgedwongen wordt.
Men aanvaardt gezag in Nederland omdat de overheid via de democratische weg
gekozen is. De overheid houdt zich aan de wet en respecteert de grondrechten
van de burgers.
, Herkenningsregel: een regel die de algemene kenmerken specifieert waaraan je
een geldige rechtsregel kunt herkennen. Vaak gaat het om de herkomst van de
regel. (Van gezaghebbende.)
Het is zelf geen rechtsregel. Is ook niet geldig omdat het door bevoegde
autoriteiten is uitgevaardigd. Meestal staat het ook niet zo geformuleerd, het is
meer een sociale conventie. Ook de betekenis van wetsregels is niet makkelijk. In
Nederland bepaalt de rechterlijke macht dit.
Veranderingsregels (Bevoegdheidsverlenende normen): secundaire regels die
aangeven welke personen of instanties bevoegdheid hebben om geldende
rechtsnormen uit te vaardigen en onder welke voorwaarden en volgens welke
procedures zij dat moeten doen. (Staatsrecht, regeling bevoegdheden en
organisatorische structuur van de organen van de staat. (Grondwet en organieke
wetten.)
Rechtshandeling: handeling die verricht worden met de bedoeling
rechtsgevolgen tot stand te brengen.
Rechtsgevolgen: gevolgen die bestaan uit wijzigingen in de rechten en plichten
van een of meer rechtssubjecten.
Publiekrechtelijke rechtshandeling: rechtshandeling in de vorm van een
beslissing genomen door een bevoegd orgaan van een publiekrechtelijke
rechtspersoon.
Rechtspersoon: iets wat kan optreden als rechtssubject. Kunnen eigendom
hebben en overeenkomsten sluiten. (Bijv. de Staat, provincie, gemeente zijn
publiekrechtelijke rechtspersonen)
Eenzijdig bindende beslissingen: beslissingen waarvan de gelding niet
afhankelijk is van de instemming van degene tot wie de beslissing gericht is.
Normen die privaatrechtelijk aan rechtspersonen de bevoegdheid geven tot het
verrichten van rechtshandelingen zijn ook veranderingsregels. Mensen mogen
zelf een juridisch bindende regeling aangaan. Maar een wet is algemeen en een
overeenkomst alleen van kracht tussen partijen. De wet bindt eenzijdig en een
overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling. Ook beschikkingen in het
erfrecht zijn een soort veranderingsregels.
Oplossing geweldescalatie: invoering gebod op geweld (eigenrichting) en
introductie van secundaire regels die het mogelijk maken om geschillen op een
vreedzame wijze te beslechten.
Er zijn regels die de opsporing en vervolging van strafbare feiten te regelen,
regels wie in welke procedure mogen beslissen of iemand schuldig is en welke
straf hij krijgt.
Regels betreffende de tenuitvoerlegging van straffen worden tot het penitentiaire
recht gerekend.
Bij het privaatrecht ligt het initiatief tot rechtshandhaving bij de burger zelf. Het
recht helpt de mensen om hun recht te halen bij de rechter.
Feitelijke handeling: handeling die door degene die handelt niet bedoeld is om
rechtsgevolgen teweeg te brengen, maar het kan wel rechtsgevolgen hebben.
(onrechtmatige daad)
Burgerlijk procesrecht: regelt de wijze waarop burgers en rechtspersonen
rechtsvorderingen bij een rechter in kunnen stellen. Zijn ook secundaire regels.
Executie: toepassing van dwangmiddelen om vonnis tot uitvoer te laten komen.
De secundaire regels introduceren ook een uitvoerende macht. Hier is het
bestuursrecht. Heeft betrekking op overheidsbeleid. Hier geven secundaire regels
overheidsorganen de bevoegdheid tot het uitvaardigen van algemeen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jenniferalyssa. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.