100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Toelatingstoets PABO Natuur & techniek €4,98   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Toelatingstoets PABO Natuur & techniek

 8 keer bekeken  0 keer verkocht

Beknopte samenvatting van het boek

Voorbeeld 4 van de 31  pagina's

  • Nee
  • Onbekend
  • 6 juni 2022
  • 31
  • 2021/2022
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (60)
avatar-seller
nynkedekker2003
1.1 INDELING VAN HET PLANTENRIJK

Alle verschillende planten hebben een een groene kleur door het bladgroen.
Bladgroen speelt een belangrijke rol bij de fotosynthese. (=proces dat planten in staat stelt om
met behulp van zonlicht hun eigen voedsel te maken.—> zuurstof speelt belangrijke rol)

Er zijn 500.000 verschillende plantensoorten. Deze diversiteit aan soorten in het plantenrijk kun je
indelen in een aantal hoofd- en subgroepen:


(1) Wieren (algen): Hoofdgroep met de meest eenvoudige bouw. —> geen echte wortels,
stengels en bladeren. Wieren komen veel voor en daardoor leveren wieren meer dan de helft van
de zuurstof in de atmosfeer.

Eencellige wieren (algen) —> groene aanslag op de ruit van een aquarium, bomen, vochtige
stoeptegels
Meercellige wieren (lange draden + bladachtig) —> vooral in water.

Korstmossen —> boomstam die begroeid is met grijsgroene korsten
= een samenleving tussen een alg en een schimmel

Beide organismen (alg en schimmel) hebben voordeel van deze samenlevingsvorm (= symbiose)

Korstmossen zijn direct afhankelijk van regenwater en gevoelig voor vervuilende stoffen in
regenwater.

Korstmossen worden gebruikt als een natuurlijke graadmeter voor de mate van
luchtverontreiniging.

(2) Mossen: zijn landplanten, maar hebben wel een vochtige leeromgeving nodig.
—> hebben geen transportsysteem van vaatbundels waarmee ze water vanuit de bodem naar
boven kunnen transporteren.

Ze hechten zich vast met haartjes, die geen rol spelen bij wateropname. —> mossen nemen dat
op via dunne, eenvoudige blaadjes. Om het water goed vast te houden en verdamping tegen te
gaan, groeien mosplanten bij elkaar. -> kussentjes

Mosplanten produceren sporendragers en sporenkapsels. —> sporendrager = soort doosje op
een steeltje, in het doosje worden de sporen gevormd. Sporen bestaan alleen uit erfelijk materiaal.
Sporenkapsels —> dunnen bruine steeltjes uit het moskussentje.

(3) Paardenstaarten: droger landleven, hebben echte wortels en hun bladeren + stengels hebben
een wasachtige laag die uitdroging tegengaat.

Stengels en bladeren —> die bevatten vaatbundels waarmee water en voedingsstoffen worden
getransporteerd. —> ook houtachtig materiaal dat zorgt voor stevigheid. —> daardoor ook in de
hoogte groeien —> beter in staat om zonlicht te benutten.

(4) Varens: —> groeien uit een wortelstok en hebben grote veernerverige bladeren.
—> aan onderkant sporendragers , zien eruit als kleine bruine stipjes

(5) Zaadplanten —> droog landleven en hebben een uitgebreid wortelstelsel en vaatbundels.


= Deze planten kunnen het grootst worden (spar/den)
= ze kunnen zich voortplanten door zaden
= zaad is veel groter dan een spore en bevat een embryonaal plantje met voedsel voor
kiemperiode. —> tijdens deze periode ontwikkelt het plantje tot een kiemplantje.

,Zaadplanten 2 groepen:
(1) —> coniferen (naaktzadigen): zaden ontwikkelen zich op houtige schubben van kegels.
(2) —> bloemplanten (bedektzadigen): uit aarde —> behoren loofbomen, struiken en
kruidachtige planten —> stengels sterven na elk seizoen af.

Voorplanting van bloemplanten spelen bloemen een grote rol. —> bestuiving —> bevruchting in
het vruchtbeginsel van bloem —> zaad ontwikkelt —> groeit uit tot vrucht


1.2 BOUW VAN ZAADPLANTEN

Planten groeien hun leven lang.
Toppen van stengels + wortels —> groei lengte + dikte
Knoppen —> uitgroeien tot nieuwe zijtakken, bladeren, bloemen

Planten kunnen sneller groeien met groeivoorwaarden —> licht, koolstofdioxide, zuurstof,
water, voedingszouten en warmte.

Fotosynthese —> het proces waarbij een plant voedsel en zuurstof maakt (voor zichzelf)

Vindt plaats in de bladgroenkorrels —> zorgt er ook voor dat de bladeren een groene kleur
hebben.

Het groene licht weerkaatst —> met behulp van het zonlicht kunnen de korrels uit eenvoudige
grondstoffen (=water en koolstofdioxide) energierijke suikers volgen. —> zuurstof ontstaat.

Suikers worden gebruikt als bouwstof voor de opbouw van eigen weefsels —> wortels nemen
ook voedingszouten op.

De verbranding van suikers is het omgekeerde van het fotosyntheseproces. —> de suikers
worden met behulp van zuurstof verbrand tot koolstofdioxide en water, waarbij energie vrijkomt —
> dit wordt gebruikt voor de groei van plant, bloemen, vruchten en zaden.

Fotosynthese kan alleen plaatsvinden, moet er voldoende licht, koolstofdioxide en water.

Bladeren van bovenaf vormen een mozaïek vormen —> zo groot mogelijk blad, zo kan veel
zonlicht worden opgevangen.

De benodigde koolstofdioxide kan niet zomaar door de opperhuid van de blad heendringen. —>
blad openingen in de opperhuid, de huidmondjes. —> regelen de verdamping bij de plant

Door hoofd- en zijnerven bij een blad zorgt voor een constante wateraanvoer.

Wasachtige laag voorkomt onnodige verdamping.


Het wortelstelsel van een plant heeft twee belangrijke functies.
(1) —> wortels verankeren de plant stevig in de grond —> wind kan geen vat op plant krijgen.
(2) —> wortels nemen water en voedingszouten op uit bodem

Water belangrijk voor fotosynthese en stevigheid.

Te weinig water = plant gaat slap hangen en kan gaan verwelken.

De kleinste vertakkingen van wortels nemen water en voedingszouten op. Plant heeft 1
hoofdwortel met zijwortels. —> daaronder wortelharen

,Soms derde functie —> opslagplaats van reservevoedsel.

Stengel van plant aantal functies:
(1) Stengel draagt bladeren die een gunstige plaats kunnen innemen ten opzichte van het licht
(2) Geeft stevigheid
(3) Wanneer stengel groen is —> fotosynthese
(4) Belangrijkste functie = transport water + voedingsstoffen

Stengel heeft veel vaatbundels. —> bastvaten (=dichtstbij buitenkant stengel + vervoeren
suikers vanuit bladeren naar rest van plant) + houtvaten (=midden van stengel + vervoeren water
en zouten vanuit de wortels omhoog.

Celwanden van houtvaten zijn extra verstevigd met houtstof. (Anders zouden celwanden tegen
elkaar plakken)

Tussen bast-en houtvaten zit een dun laagje cellen —> cambium —> maakt continu cellen aan —
> kan ook plant in dikte groeien

Bomen groeien hetzelfde als andere zaadplanten —> zij kunnen alleen hogerop komen —> door
extra stevige en houtachtige stengel (=stam)

Levende laag van bastvaten wordt elk jaar vernieuwd —> laag houtlaag zijn blijft —> hout is
belangrijke grondstof

Ringen in het hout —> jaarlagen (donkere ring = leeftijd, patroon = leven)

Boomstam is bedekt met schors —> beschermlaag —> tegen uitdroging, aanvallen van dieren en
schimmelgroei.

Belangrijke boomtypes zijn loof- en naaldbomen.
Naaldboom—> smalle, harde bladeren in vorm van naalden (coniferen)
Loofboom—> platte en brede bladeren (enkelvoudig of meervoudig)


1.3 DE VOORTPLANTING VAN BLOEMPLANTEN

Je hebt geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting.

(1) Geslachtelijke = versmelting van een mannelijk geslachtscel (in stuifmeel) met een
vrouwelijke geslachtscel —> bepaalde eigenschappen kunnen opnieuw gecombineerd worden
—> variatie

Bloem speelt centrale rol —> stamper is vrouwelijke geslachtsorgaan en vormt de vrouwelijke
geslachtscellen in de zaadbeginsels —> vruchtbeginsels groeit mee en vormt een
beschermende vrucht om het zaad.

Meeldraden is mannelijk geslachtsorgaan —> de helmknoppen produceren stuifmeelkorrels.

Bloemen hebben kroonbladeren (fel gekleurd) en kelkbladeren (= bescherming) die op de
bloembodem groeien. —> samen is bloemdek.

Als stampers + meeldraden in 1 bloem zitten noem je dat tweeslachtig
Alleen stamper/meeldraden= eenslachtig
Stampers + meeldraden op aparte planten in 1 plant = tweehuizig (wilg/hulst)

(2) Ongeslachtelijke = deel van plant groeit uit tot nieuwe plant —> nakomelingen beschikken over
erfelijk materiaal (bollen, knollen of uitlopers)

, Bollen —> bolgewassen als uien, tulpen, slaan hun reservevoedsel op in bolrokken —> bevinden
zich in knoppen en in begin van voorjaar groeit de eindknop uit tot een plant. —> bolvliezen =
oude bolrokken vormen een beschermlaag. —> zijknoppen krijgen voedsel, waardoor nieuwe
bollen (kisters) ontstaan.

Knollen —> planten kunnen stengelknollen vormen waarin reservevoedsel wordt opgeslagen —>
verdikte stengel met knoppen —> op een geven moment groeien vanzelf uitlopers.

Uitlopers —> voorjaar lopen knoppen van kruidachtige planten uit en vormen zo nieuwe scheuten
—> als deze onder de grond groeien noem je ze wortelstokken

Bestuiving = mannelijk stuifmeel over brengen van de helmknoppen van de ene bloem naar de
vrouwelijke stempel van een andere bloemplant.

Je hebt twee belangrijke bestuivingen: insectenbestuiving en windbestuiving

(1) insectenbestuiving —> bloemen die afhankelijk zijn van insecten hebben een aantrekkelijke
kleur, geur of vorm. —> insecten zijn geïnteresseerd in stuifmeel (belangrijke voedselbron) en
nectar (suikeroplossing + ook voedselbron) —> plaats nectar wordt aangegeven met
honingmerken (patronen van vlekjes en streepjes in kroonbladeren.

(2) windbestuiving —> bloemen zijn klein, groen en onopvallend —> helmknoppen zijn groot en
hangen buiten de bloem. —> stuifmeel is glad, zodat het makkelijk met de wind mee kan. —>
deze bloemen maken veel meer stuifmeel aan.

Door insecten bestoven bloemen Door wind bestoven bloemen

Kelk- en kroonbladeren X

Helmknoppen X

Stuifmeel X

Stempel X

Honingkliertjes X

Voorbeelden Madeliefje, scherpe boterbloem, witte Ruwe berk, paardenkastanje, maïs,
klaver straatgras



Bevruchting kan alleen plaatsvinden als de stempel rijp is en bestoven is door stuifmeel.

Er vindt bevruchting plaats een mannelijke geslachtscel uit een stuifmeelkorrel naar een
vrouwelijke geslachtscel in een zaadbeginsel toegegroeid is en daarmee versmelt. —> Uit het
zaadbeginsel met de bevruchte vrouwelijke geslachtscel ontwikkelt een zaad. —> Tegelijkertijd
groeit het omringende vruchtbeginsel uit tot een vrucht.

Verspreiding van zaden kan op drie manieren —> 1-dieren, 2-wind, 3-plant zelf

Uiterlijk van vruchten —> hoe de zaad wordt verspreid

(1) dieren —> Sappige en opvallend gekleurd vruchten (bramen, bessen) —> sommige vruchten
hebben weerhaakjes, waardoor ze gemakkelijk aan de vacht van het dier blijven kleven +
(eikel of walnoot)
(2) wind—> bijv. Paardenbloem en esdoorn —> klaproos vormt een zaaddoos met daarin losse
en lichte zaden —> vruchten hebben vleugels waardoor ze makkelijk mee kunnen gaan
(3) Plant zelf —> zaden schieten zichzelf eindje weg —> de vruchten drogen uit en de naden
komt onder spanning te staan (bijv. Springbalsemien, peulvruchten (doperwt)

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nynkedekker2003. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,98. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 80364 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,98
  • (0)
  Kopen