Samenvatting Pedagogisch lesgeven
Pedagogiek is geen middel maar een doel.
Taak van het onderwijs is burgerschapsvorming:
- Leren oordelen en handelen in sociale waard gebonden situaties
- Sociale betrokkenheid & verantwoordelijkheid
- Bevorderen gelijkheid en respecteren verschillen
Oftewel: je begeleidt als docent jongeren op hun weg tot zelfstandige, verantwoordelijke,
samenwerkende, positief kritische, mondige, betrokken volwassenen.
Pedagogisch klimaat:
- Relatie, competentie, autonomie voorwaardelijk.
- Verborgen leerplannen: Normen, waarden en gedragingen die onbewust worden aangeleerd.
- Leerling participatie= leerlingen raad.
Pedagogische relatie:
M.J. Langeveld: ‘de omgang tussen volwassenen en kinderen waarbij de volwassene invloed
uitoefent op het kind tenminste als dit alles gedragen wordt door wederzijds vertrouwen en liefde.
Pedagogisch- didactisch handelen:
Ondersteunen van leerlingen en helpen bij hun persoonlijke, sociale en maatschappelijke
ontwikkeling tot volwassen.
Pedagogisch driehoek:
Pedagogisch handelen levert een directe bijdrage aan het vormgeven van het leren in het onderwijs.
Model psychologische basisbehoeften (Deci & Ryan) = de
Zelfterminatie theorie, pedagogisch klimaat:
Relatie Ik hoor erbij.
Zorg ervoor dat er naar elkaar wordt geluister.
Groepsdynamiek.
Competentie Ik kan het.
Zorg voor positieve feedback bevordert en dat
er op eigen niveau wordt gefunctioneerd.
Autonomie Ik kan het zelf.
Zorg voor verantwoordelijkheid, eigenkeuze,
eigen initiatief, stimuleer zelfstandigheid
Pedagogische tact, relatie:
- Geheel van kwaliteiten, bekwaamheden en competenties van een docent.
- Heeft vooral te maken met bepalen welke aanpak geschikt is in elke situatie bij iedere leerling.
- “het goede doen op het juiste moment, ook in de ogen van de leerling”.
, Pedagogische lesvoorbereiding:
Pedagogische reacties:
Responsief vs directief:
Directief - Gebaseerd op gezag en macht.
Directe - Het is heel duidelijk welk gedrag de docent verwacht.
communicatie - Kost weinig tijd.
Responsief - Gebaseerd op gelijkwaardigheid
Reflecteren - Informatie verzamelend over beweegredenen en gevoelens.
gedrag leerling - Zelfreflectie leerling
- Voorkomt conflicten
- Onprettig → Responsief reageren
- Lastig → Responsief reageren
- Belangrijk → Directief reageren
- Onwettig → Directief reageren
Responsief reageren: Ga de dialoog aan met elkaar
Directief reageren: Geef instructie in wat je verwacht
Ik-boodschap:
1. ‘ik’
2. De waarneming
3. De emotie bij de ontvanger
4. Verbetervoorstel
Ik zie dat je naar buiten zit te staren, dit doet mij denken dat je mijn verhaal niet interessant vindt,
dus kan je mij aankijken?
Expertgezag Doordat je ergens beter in bent dan anderen.
Verworven gezag Doordat ze je aardig vinden en respecteren.
Correctieladder / escalatielader (Slooter, 2009):
Schat in waar op de ladder het ongewenste gedrag bevindt en pas daar je correctie op aan. Vraag je
daarbij af: legt het gedrag van de leerling de les stil of doe jij dat door jouw maatregel. Pas daar je
correctie op aan. Als de les niet stilgelegd hoeft te worden door jou, dan pas je een maatregel toe
waarbij dat niet hoeft. Zet niet gelijk te hoog in, want als het weer gebeurt, moet je nog hoger en de
top is dan snel bereikt.
10 Tips van Teitler:
1. Wees niet jezelf (wees professioneel)
2. Maak contact
3. Hanteer de eerste lessen vaste patronen
4. Keep them busy
5. Eigen regels eerst
6. Als je kleine dingen groot maakt, krijg je minder grote dingen
7. Wil je dit gedrag niet 20 maal? Doe er dan nu wat aan.
8. Wees als een spin in een communicatienet
9. Ga van Regel naar Routine
10. Als iets niet werkt, doe dan wat anders