Kwaliteitsmanagement
H1 het belang van veiligheid, arbeidsomstandigheden, milieu- en kwaliteitszorg
1.1
SHEQ-aspecten: Safety, Heath, Environment en Quality. (veiligheid, gezondheid, milieu- en
kwaliteitsmanagement)
1.2
SHEQ Safety, Heath, Environment en Quality veiligheidsbeleid,
arbeidsomstandigheden, milieuzorg en kwaliteitszorg
Veiligheidsbeleid: maatregelen voor risico’s van gevaarlijke stoffen, risico’s op brand en
criminaliteit. Ook beveiliging(security) is hier een aspect. Dit gaat over de
toegangsprocedures, kwaliteit van deuren, sloten en hekken om onbevoegden buiten het
bedrijf te houden.
Externe veiligheid: het beleid ten aan zien van gevaarlijke stoffen
Interne veiligheid: aspecten die te maken hebben met de veiligheid en gezondheid van
medewerkers, deze betreffen de arbeidsomstandigheden.
Arbeidsomstandigheden: het doel is er voor zorgen dat mensen gezond en veilig kunnen
werken. vroeger was hier de veiligheidswet voor deze is vervangen door de
Arbeidsomstandighedenwet(Arbowet). De Arbowet is een kaderwet met allerlei voorschriften
en normen die het werk veiliger, hygiënischer en fysiek minder belastend maken. Leidt tot
lager verzuim, meer veiligheid en groter welzijn.
Verschil met de veiligheidswet en de Arbowet: In de Arbowet hebben werknemers een
bepaalde verantwoordelijkheid voor hun arbeidsomstandigheden. De overheid wil met de
Arbowet stimuleren dat werkgevers en werknemers zelf tot afspraken komen over goede
arbeidsomstandigheden. Daarnaast kunnen werkgevers de kwaliteit van de
arbeidsomstandigheden verbeteren met ergonomische maatregelen(speciale bureaustoelen.
Milieuzorg: zorgen dat bedrijven het milieu zo min mogelijk betasten. Veel organisaties
beschikken over een milieuzorgsysteem. Vaak zijn deze milieubesparende maatregelen via
wetgeving door de overheid afgedwongen. Daarnaast worden bedrijven onderdruk gezet
door milieubewegingen zoals Greenpeace.
Kwaliteitszorg: het aansturen van een continu verbeterproces om zo aan de kwaliteitseisen
van de klant te voldoen. Het gaat daarbij steeds om de relatie tussen de doelstellingen van
de organisatie en haar ambities en de borging daarvan door middel van beleid. Het doel van
een kwaliteitszorgsysteem is het verkrijgen en behouden van tevreden afnemers.
Klantgerichtheid staat nu voorop.
Een dergelijk systeem beschrijft en registreert alle door het management geïndentificeerde
organisatorische maartregelen, instructies, richtlijnen, procedures, medewerkers en
hulpmiddelen ten behoeve van een goed productkwaliteit, prettige en veilige
arbeidsomstandigheden en bescherming van het milieu.
,1.3
Overeenkomsten van SHEQ zorgsystemen:
1. Beheersing van managementprocessen
2. Opstellen van procedures
3. Oplossingsmethodieken
4. Advisering
5. Standaardisatie
6. Borging
7. Evaluatie
1.Procesbeheersing: de vier systemen zijn allemaal gericht op het beheersen van
management-, werk- en technische processen. Dit komt er op neer dat organisaties
problemen rond productkwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieubelasting willen
voorkomen. Vb: investeren in machines, apparatuur, trainingen en werktechnieken
2.Procedures: leggen de effectiefste, efficiëntste, veiligste en/of meest milieubesparende
manier van werken vast. Het formuleren van procedures zorgt voor een werkbare structuur.
Vb: procedures voor veilig bedienen, inkopen van grondstoffen, milieuvriendelijk produceren
3.Oplossingsmethodieken: stappenplannen voor het verbeteren van de product kwaliteit en
arbeidsomstandigheden, of voor het treffen van milieumaatregelen. Deming, Juran en crosby
4.Advisering: de vier systemen maken gebruik van extern deskundigen en volgen de
aanwijzingen hiervan op. Vb: richtlijnen van de brandweer of inspectie Sociale Zaken Werk
5.Standaardisatie:het werken in een vaste volgorde of volgens bepaalde procedures, zodat
een zekere gelijkheid ontstaat in vorm en samenstelling. Vb: werken volgens de wet.
6.Borging: de garantie van kwaliteit. De organisatie dienst vast te leggen op welke wijze zij
de toezeggingen aan de klant kan nakomen. Er worden bedrijfsdoelen, belangrijke
processen en de verdeling van verantwoordelijkheden, bevoegdheden en taken beschreven.
7.Evaluatie: evalueren of de verbetering inderdaad tot de verwachte resultaten heeft geleid.
Een evaluatie kan leiden tot het bijsturen van processen.
1.4
Maatregelen rond de vier SHEQ-elementen werden vaak pas getroffen als die in het gedrang
dreigden te komen.
Eerste maatregelen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden kwamen in de twee helft
van de 19e eeuw. Omgang met het milieu kwam in 1970. Veiligheid(uitzondering veiligheid op
schepen) kwam pas in de tweede helft van de 20e eeuw onder de aandacht van bedrijven en
overheid.
Meer aandacht voor het SHEQ beleid door:
De toename van de internationale concurrentie.
Een stijgende bewustwording bij het publiek voor kwalitatief goede producten.
Een grotere aansprakelijkheid voor de gevolgen van slechte producten.
Het grote belang dat gehecht wordt aan goede en veilige werkomstandigheden.
Een groeiende zorg voor de aantasting van het milieu.
, 1.5
Veiligheid, arbeidsomstandigheden, milieu en kwaliteit spelen een steeds belangrijker rol in
de formulering van de visie en principes van een organisatie.
Visie: organisatieleiding geeft aan hoe zij de nabije toekomst ziet. Visie= missie + principes
Missie: geeft een beschrijving van het werkterrein, de bedrijfsactiviteiten, de toegevoegde
waarde ten opzichte van de concurrentie en de manier waarop het bedrijf dit alles realiseert.
Kortom waar zij voor staat en welke kernwaarden zij belangrijk vinden. Het is een
communicatie middel naar de klant én naar de eigen organisatie.
Principes: worden geformuleerd op basis van de heersende waarden en normen. Waarden
collectief gedeelde opvattingen over hetgeen juist en wenselijk is. Normen zijn de daaruit
voortkomende opvattingen over hoe men zich dient te gedragen.
Strategie: legt vast wat een organisatie in een bepaalde periode (nabije toekomst ) wil
bereiken. De strategie betreft de hoofdlijnen, met aan aantal doelstelleningen. Deze
doelstellingen geven de organisatie sturing en worden SMART geformuleerd. De strategie
krijgt vervolgens een nadere uitwerking in het bedrijfsconcept.
Concept: is een nadere uitwerking van de strategie met de daarin geformuleerde
doelstellingen. Een bedrijfsconcept bestaat uit een optelsom van denkbeelden, principes en
beleidsregels. Vaak geeft het concept de mate van kwaliteitsbeleving aan met superlatieven
en classificaties.
1.6
Het verbeteren van veiligheid, arbeidsomstandigheden, milieu- en kwaliteitszorg is
gebaseerd op 5 principes. Deze vromen de basis voor het verbeteringsproces:
1. Planning
2. Meten
3. Normen
4. Inspectie
5. Terugkoppeling
1. Planning: maakt vooraf duidelijk welke activiteiten noodzakelijk zijn, wanneer hiermee
begonnen moet worden, wanneer ze beëindigd moeten zijn, wie erbij betrokken zijn en welke
doelen behaald dienen te worden.
2. Meten: een vergelijking tussen bepaalde geregistreerde uitkomsten en een standaard of
referentiewaarde. Voordat we kunnen meten, moeten we tellen.
3. Normen: een gezamenlijk vastgestelde maat of procedure. Normen zijn noodzakelijk om te
kunnen vaststellen of iets voldoet.
4. Inspectie: het verrichten van een onderzoek. In de kwaliteitszorg gaat het om het
onderzoeken of een product of dienst voldoet aan de eisen of normen.
5. Terugkoppeling: feedback. Communiceren in welke maten er is voldaan aan specificaties