Leerpsychologie tentamen PABO 2
,Wat is leren?
Leren is een complex proces. De kern van het vak leerpsychologie op de pabo is: hoe kun je
als leerkracht het leren van de kinderen in je klas faciliteren?
Op school leren leer je formeel of intentioneel en buiten school leren ze dus informeel en
incidenteel. Maar niet alle formeel leren is ook intentioneel leren: de bedoeling iets te willen
leren gaat van uit van de leerkracht i.p.v. de leerling. Er is dan niet perse van intentioneel
leren
Het meest essentiële verschil tussen formeel en informeel leren is de mate waarin leren
door anderen (=formeel) of door de leerling zelf (=informeel) wordt aangestuurd
Bij leren is er altijd sprake van een activiteit, de actieve processen an verwerven van kennis,
inzichten en vaardigheden. De kwaliteit van dit proces is afte meten aan de mate van
betrokkenheid en zelfstandigheid die een leerling laat zien.
Het onderwijs aan jonge kinderen is gericht op ontwikkelingsprocessen en minder op de
inhouden. Hierbij realiseren we ons dat voornamelijk het kind de inspanning moet leveren
want je kan een ander iets leren maar je kan een ander niet ontwikkelen.
Onderwijs is geen ‘one size fits all’ waardoor er geen definitieve betekenis is van ‘goed’
onderwijs.
Leren is moeilijk uit te leggen wat het is, meestal word het allen gedefinieerd in termen van
de uitkomsten van leren. Dit kan gebeuren in individuen maar ook in groepen leren we.
Je kan leren in 8 dimensies:
Dimensie / Loopt van Via Naar
categorie
Plaats School, opleiding Werkplek Elders
Bewustzijn Onbewust leren, Bewust van Bewust van
impliciet leren werkdoel, alleen leerdoelen en
vagelijk bewust van leerprocessen
leren
Sturing Externe sturing Gedeelde sturing Zelfsturing
door lerende en
externe instantie
Inhoud Gestructureerd en Half gestructureerd, Niet / slecht
er bestaat half gedefinieerde,
consensus over ongestructureerd ongestructureerde
problemen
Aansluiting, Leren als Leren als verbouwen Leren als afbreken
referentiekader aanbouwen en opbouwen
Aanzet tot leren Uit eigen beweging Vanuit sociale Door een sturende
omgeving, vanuit instantie
problemen
Door wie Individu Groep (deel) organisatie
Voor wie Persoon, leren als Groep, organisatie Groep, organisatie,
tool of personal en person zelf leren als tool of
development management
,Declaratieve kennis: kennis verstaan van feite, begrippen, regels, principes, wetmatigheden,
concepten, definities, theorieën etc.
Procedurele kennis: mentale handelingen of cognitieve vaardigheden die volgens bepaalde
regels/ voorschriften / afspraken dienen te worden verricht om het gewenste resultaat te
bereiken
Cognitief leren: memoriseren, feitenkennis, inzicht bevorderend leren en automatismen van
cognitieve handelingen.
Sociaal-affectief leren: gaat om het ontwikkelen van emoties/gevoelen,
houdingen/attituden en communicatieve vaardigheden
Psychomotorisch leren: gaat vaak om automatismen, zijn verworven door veel te oefenen
Competentieleren: kenmerken zijn integrativiteit, duurzaamheid, leerbaarheid, context
gebonden en handelingsgericht
Vermunt onderscheidt in zijn inventory of learning styles de volgende leerstijlen:
reproductieve, betekenisgerichte en toepassingsgerichte stijl. Valt een kind onder geen van
deze hebben we een ongerichte leerstijl
In de theorie van Kolb kwamen vier voorkeursstijlen naar voren: de doener, de beslisser, de
denker of de dromer
In zijn algemeenheid
geldt dat:
- Leerstijl
theorieën zijn
bedoeld als
, aanknopingspunt voor beter lesgeven, waardoor leerkrachten hun didactiek
optimaal kunnen afstemmen en leerlingen beter leren, omdat er rekening mee
gehouden word word het kind beter begeleid en is dit dus effectiever
- Het goed is dat een leerling zich bewust is van zijn leerstijl en dat hij beseft dat hij
ook een andere leerstijl kan kiezen
- Er uit neurologisch onderzoek is gebleken dat er bepaalde voorkeuren vanuit de
hersenen zijn voor het verwerken van informatie.
De tegenargumenten:
- Ontbreken van wetenschappelijk bewijs
- Vele manieren an informatieverwerking worden gestimuleerd in plaats van een
voorkeursstijl
- Kinderen kunnen hierin ook slechte invloed hebben op de theorie door anders te
gaan denken en hierdoor bijvoorbeeld misschien wel brutaler te gaan worden
- Ze gebruiken de motivatie en andere emotionele aspecten helemaal niet terwijl die
wel meegenomen moeten worden
De leerkracht moet afwisselend een beroep doen op alle vier leerstijlen. Bij elke fase is een
didactische aanpak:
- De reflectieve aanpak sluit aan bij de dromer
- De zelfstudie aanpak sluit aan bij de denker
- De instructie aanpak sluit aan bij de beslisser
- De oefenaanpak sluit aan bij de doener
Tijdens het samenwerken is het belangrijk dat de verantwoordelijkheid van het eindproduct
samen word gedragen.