KLASSIEKE THEORIEËN: 18e eeuw, Cesare Beccaria. Gebaseerd op de
veronderstelling dat gedrag het resultaat is van bewuste gedachten en stelt dat
individuen handelen uit vrije wil en rationele keuzes maken met de bedoeling om
een doel te bereiken. Gaat echt om doelen bereiken.
Neoklassieke theorie: lijkt op klassieke theorie, stelt dat individuen zich
gedragen om plezier en bevrediging te krijgen, houdt wel rekening met
omgevingsfactoren en individuele factoren.
Rationele keuze theorie: individuen plegen misdaden met behulp van
redenering en rationele benaderingen op hun gedrag.
PSYCHOLOGISCHE THEORIEËN: de oorzaak van delinquentie ligt intern bij
de jeugd en daarom is individu direct verantwoordelijk voor hun gedrag/acties.
Houden geen rekening met cognitieve, ontwikkelings, educationele en/of mentale
gezondheidsbeperkingen.
Psychoanalytische en psychodynamische theorieën: individuen ontwikkelen
zich in stadia en afwijkingen kunnen optreden waardoor de ontwikkeling van hun
persoonlijkheid wordt belemmerd.
Personality trait theory: bepaalde kenmerken ontwikkelen zich vanaf de jeugd
en zijn interne mechanismen die het gedrag van individuen sturen.
Sociale leerthoerie: individuelen leren zich te gedragen door sociale interacties
met anderen.
Labeling theorie: criminaliteit vindt in eerste instantie plaats uit onwetendheid.
Er is een wisselwerking tussen gedrag en de reactie van de omgeving.
SOCIOLOGISCHE THEORIEËN: delinquent gedrag wordt veroorzaakt door de
omgeving.
Sociale desorganisatie theorie: sociale en demografische karakteristieken
worden geassocieerd met jongeren die misdaden plegen. Criminaliteit gevolg van
demografische en geografische aspecten van wijk.
Anomie theorie (spanningstheorie?): jeugd die meer economisch benadeeld
zijn, zijn meer gemotiveerd om delinquent gedrag te vertonen.
Strain theorie: achterstandspositie, minder kansen. Bepaalde ‘strains’ in de
omgeving van het individu zorgen ervoor dat de kans op crimineel gedrag groter
is.
CONTROLE THEORIEËN: de motivatie die een individu heeft om een misdaad
te plegen is hetzelfde als de motivatie voor ieder ander gedrag. Gedrag wordt
gemotiveerd door plezier achterna te jagen.
Sociale controle theorie: als de relaties van een individu zijn gebroken, zijn zij
meer geneigd om te participeren in delinquent gedrag.
, Zelfcontrole theorie: de basis voor de ontwikkeling van gedrag is de
gehechtheid die kinderen vroeg in hun leven vormen met ouders of verzorgers.
ASSINK (2015)
Risicofactoren persistent crimineel gedrag:
- Criminele geschiedenis (eerdere opsluiting, jonge leeftijd bij eerste
arrestatie, gebruik van wapens)
- Agressie (fysieke agressie, ooit weleens gevochten hebben met
ouders/docenten)
- Alcohol/drugsmisbruik (veel drinken, dagelijks roken en gebruik van hash)
- Seksueel gedrag (veel bedpartners, onveilige seks)
- Relaties (criminele leeftijdsgenoten, gang members)
- Emotionele en gedragsproblemen (internaliserende en externaliserende
problemen)
- School/werk (slechte schoolresultaten, weinig interesse in school, geen
werk)
- Kleiner effect familie (criminele familieleden, grote familie, slechte relatie
ouders)
YOHROS (2022)
ACE’s: adverse childhood experiences. Deze studie gaat in hoe ACEs kunnen
worden gebruikt om recidive onder de jeugd te voorspellen.
Een klein maar significant effect gevonden tussen ACE’s en jeugdige recidive.
Hoe meer ACE’s, hoe groter de kans op recidive. Benadrukt het nadelige effect
van ACE’s, die zijn gevonden voor uitkomsten als slechte gezondheid, vroege
sterfte en opsluiting.
VAN GEMERT & WEERMAN (2015)
Amerikaanse gangs: makkelijk te herkennen aan bijv. kleuren, variatie in
organisatie (groepen met leiders, regels en meetings tot groepen zonder
hiërarchie), variatie in grootte en leeftijdsgroep.
Europese gangs: vaak klein tot medium (10-50 leden), voornamelijk adolescenten
of jongvolwassenen, bestaan kort, geen eigen naam en geen speciale symbolen
als kleding of kleuren. Zien zichzelf meer als een groep vrienden en buren. Geen
hiërarchie, regels of meetings.
In gang studies zijn 3 thema’s dominant:
1. Migratie. Gangleden zijn vaak immigranten.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lauravdgaag. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,49. Je zit daarna nergens aan vast.