Samenvatting psychoproblematiek
Deel 1 Psychopathologie, psychiatrisch
onderzoek en Diagnose
Psychopathologie
Psychiatrische stoornis;
Bij elkaar behorend aantal klachten en verschijnselen (symptomen);
Die afwijkend zijn ten aanzien van normen voor leeftijd, geslacht,
subcultuur
Een zekere duur in de tijd hebben
Leidt tot dysfunctioneren / subjectief lijden(distress)
Het gaat dus om een combi van symptomen (stoornis in de psychische functie)
en functionele belemmeringen.
Alle psychiatrische stoornissen kunnen beschouwd worden als een meer extreme
categorie van een complex kenmerk dat een “normale verdeling” vertoont in de
algemene bevolking. De afgrenzing tussen “normaal” en “abnormaal” is enigzins
arbitrair, hoe meer kenmerken, hoe abnormaler.
Lifetime prevalentie van psychiatrische stoornissen in de bevolking is 40%. 12-
maands prevalentie is meer dan 20%. 30-50% van alle volwassenen heeft
tenminste eenmaal tijdens leven een depressie. 1/3 van de consulten bij de
huisarts in verband met psychische klachten. Ongeveer 40% van aantal mensen
in de WAO berust op psychische factoren.
Psychiatrische stoornissen kennen vaak een chronisch of terugkerend beloop:
60% van alle patiënten met depressie heeft meer dan 1 episode
>70% van alle patiënten met schizofrenie heeft een chronisch /
terugkerend beloop
50% van alle kinderen met agressief gedrag heeft een antisociale
persoonlijkheidsstoornis op volwassen leeftijd
> 30% van alle kinderen met ADHD heeft op volwassen leeftijd nog
symptomen en dysfunctioneert
,DSM-IV is een classificatiesysteem(Diagnostic and Statistical Manual of Mental
Disorders)
As IKlinische stoornissen, Andere aandoeningen en problemen. Bijv.:
Autisme, ADHD, Stemmingsstoornis, Schizofrenie, Angststoornis,
Verslaving;
As IIPersoonlijkheidsstoornissen,Zwakzinnigheid: Patroon is star, stabiel,
en veroorzaakt lijden of belemmeringen in functioneren ;
As IIISomatische aandoeningen;
As IV Psychosociale en omgevingsproblemen;
As V Algehele beoordeling functioneren.
Anamnese en Onderzoek:
Hoofdklacht
Andere mogelijke klachten / verschijnselen
Voorgeschiedenis
Familieanamnse
Tractus anamnese
Biografische anamnese
Hetero-anamnese
Het is wel zo dat in psychiatrie accent meer ligt op subjectieve verschijnselen,
anamnese en onderzoek tegelijk plaatsvinden, anamnese is uitgebreider. Ook
hebben biologische, psychologische of laboratoriumtesten geen directe
diagnostische betekenis.
BIOGRAFIE
Ouderlijk gezin
Schooltijd
Werk
Hobbies
Relatie(s)
Ziekten
Intoxicaties
Psychopathologie en psychiatrisch onderzoek
,Psychopathologie
Een psychiatrische ziekte is een ziekte met psychische symptomen en/of door
psychische oorzaken, die gepaard gaat met lijden en/of sociaal disfunctioneren.
Het ‘psychische’ van psychiatrische ziekten kan dus slaan op de symptomen of
op de oorzaken van de ziekte, of op beide. Psychische symptomen kunnen
psychische oorzaken hebben, maar het is evenzeer mogelijk dat zij kunnen
worden teruggevoerd op lichamelijke aandoeningen.
Het is dan ook de vraag of men echt onderscheid kan maken tussen psychische
en lichamelijke ziekten. Niet de geest of het lichaam zijn immers ziek, maar het
individu.
Psychiatrie overlapt dus sterk met andere medische specialismen, maar
onderscheidt zich daarvan doordat de nadruk ligt op psychische symptomen en
psychische oorzaken.
Psychische symptomen zoals hallucinaties, waandenkbeelden,
dwanggedachten of een depressieve stemming zijn een uiting van stoornissen in
de psychische functies van de hersenen. In de Europese filosofische traditie
worden de psychische functies in drie hoofdgroepen ingedeeld: denken, voelen
en willen. De psychiatrie gebruikt voor deze drie psychische hoofdfuncties wel de
termen de trias psychica :
Cognitieve functies bewustzijn, de aandacht, de oriëntatie, de
waarneming, het denken en het geheugen;
Affectieve functies emoties;
Conatieve functies psychomotoriek, de motivatie en het gerichte gedrag
Al deze functies betreffen de wisselwerking tussen individu en omgeving. De
hersenen zijn het orgaan dat informatie uit de omgeving opneemt (bewustzijn,
aandacht, waarneming), deze informatie toetst aan eerdere ervaringen
(geheugen) en aan motieven, en de informatie dan direct waardeert (emoties) of
eventueel vervolgens weegt (denken). De uitkomst van die al of niet bewuste
interpretaties vertaalt zich in automatische spierbewegingen (psychomotoriek) of
gericht handelen (gedrag). Dit gedrag is vervolgens weer op de omgeving
gericht. Traditioneel noemen we een deel van de informatieverwerkende functies
neurologisch (zintuiglijke waarneming, reflexen, sensoriek, bewegingssturing,
motoriek). Dit betreft over het algemeen goed lokaliseerbare functies van het
centraal zenuwstelsel. De psychische functies zijn complexer, niet op één plaats
in de hersenen lokaliseerbaar, maar waarschijnlijk gebonden aan sterk
wisselende en plastische neuronale netwerken.
De belangrijkste en uniek menselijke psychische functie is de zelfwaarneming. De
mens is zich, in normale waaktoestand, voortdurend bewust van zichzelf, van zijn
gedachten en gevoelens, zijn waarnemingen en herinneringen, zijn verlangens en
plannen.
Psychiatrische diagnostiek heeft veel gemeen met de diagnostiek in de rest van
de geneeskunde, maar legt eigen accenten en heeft ook een wat andere
structuur Diagnostische hulpmiddelen, zoals laboratoriumbepalingen, foto’s en
andere beeldvormende technieken, worden in de psychiatrie vrijwel alleen
gebruikt om lichamelijke aandoeningen en oorzaken aan te tonen of uit te sluiten.
Het komt vrij zelden voor dat een psychiater een patiënt die zich tot hem heeft
gewend vertelt dat deze ‘niets heeft’. De diagnostiek in de andere medische
specialismen is vooral gericht op ziekten, ‘iets wat je hebt’. Zo gebruikt wordt de
ziekte als het ware losgemaakt van de lijder, de zieke. De diagnostiek in de
psychiatrie is meer dan in andere specialismen ook gericht op de individuele
zieke.
, De aard van de psychiatrische symptomen vereist een uitgebreidere anamnese
dan gemiddeld genomen in andere medische specialismen het geval is, met
relatief veel aandacht voor gedachten, gevoelens en gedragingen van de patiënt.
Zulke vragen worden vaak als intiemer beleefd. Terwijl de somatische specialist
begint met de anamnese en daarna overgaat op het lichamelijk onderzoek, doet
de psychiater zijn onderzoek terwijl hij de anamnese opneemt.
Anders dan bij veel somatische ziektebeelden kunnen voor psychiatrische
stoornissen niet altijd specifieke oorzaken worden aangewezen.
Een ‘syndroom’ is een samenhangend geheel van klachten en symptomen.. Als
men niet alleen het ontstaansproces kent, maar ook weet welke factoren dat
proces op gang kunnen brengen, kan men die verbanden samenvatten als ziekte
in de zin van een morbus. De term ziekte verwijst dan naar een samenhangend
inzicht in de aard van symptomen, in hun onderling verband (syndroom), in de
wijze waarop zij ontstaan (pathogenese) en in de factoren die het ziekteproces op
gang brengen of onderhouden (etiologie).
Een symptoom is een uiterlijk kenmerk van een stoornis, aandoening of ziekte.
De meeste psychiatrische stoornissen zijn echter syndroomdiagnosen.
Er is wel een patroon bekend van samenhangende symptomen en hun beloop,
maar de oorzaken daarvan zijn nog onvoldoende duidelijk.
In werkelijkheid ontstaan psychiatrische ziekten door een complexe interactie van
dergelijke psychische factoren met erfelijke oorzaken, lichamelijke ziekten en
ervaringen, opgedaan in opvoeding en andere sociale situaties.
Dat is de reden waarom men in de geneeskunde graag spreekt van het
biopsychosociale
De psychiater hanteert in de dagelijkse praktijk twee verschillende benaderingen
van psychiatrische stoornissen. Aan de ene kant laat hij zich leiden door het feit
dat psychische ervaringen aantoonbaar kunnen leiden tot psychiatrische
stoornissen. Zo kan het verlies van een dierbaar persoon tot een depressie leiden
of emotionele verwaarlozing in de jeugd tot een persoonlijkheidsstoornis. Kern