Samenvatting armoede (basisboek aanpak schulden,
H1,2,3,4,6,8,9)
Hoofdstuk 1: omgang van de schuldenproblematiek
1.1 betalingsachterstanden
Er is sprake van een schuld als je nog geld moet betalen. Van een achterstallige betaling is
pas sprake als iemand zijn betalingsverplichting niet op tijd nakomt.
Nibud: Nationaal instituut voor budgetvoorlichting
Een onafhankelijke stichting die informeert en adviseert over financiën van Nederlandse
huishoudens. De organisatie doet regelmatig onderzoek naar de inkomsten, uitgaven en
schuldenproblematiek van deze huishoudens.
Bij een risicovolle schuldsituatie kan een huishouden de schulden nog wel zonder hulp van
bijv. een gemeente oplossen, maar het is wel heel moeilijk.
Er is sprake van een risicovolle schuldsituatie als een huidhouden voldoet aan een of meer
van de volgende risico-indicatoren:
- Er zijn meer dan drie soorten achterstallige rekeningen vanwege financiële redenen
- Er zijn een of meer achterstallige rekeningen vanwege financiële redenen in de
categorieën hypotheek, huur, elektriciteit, gas of water, ziektekostenverzekering, bij
de afbetaling van leningen en afbetalingsregelingen.
- De omvang van de achterstallige rekeningen bedraagt meer dan 500 euro.
- De leden van het huishouden staan minstens een keer per maand of meestal rood
voor meer dan 500 euro.
- Er is een creditcard schuld van meer dan 500 euro.
Als je zelf de schuldsituatie wilt oplossen vraagt dit om de meeste gevallen te gaan
bezuinigen op de uitgaven, afspraken maken met de schuldeisers, indien mogelijk extra hard
werken en soms een lening afsluiten om de achterstallige rekeningen te herfinancieren.
1.3 problematische schulden
Wanneer huishoudens zo diep in de schulden zitten dat ze het zelf niet meer kunnen
oplossen is er sprake van problematische schuldsituatie.
Als het bedrag dat je moet afbetalen per maand hoger is dan het bedrag dat je zou
overhouden als je door een gemeente of schuldhulpverlenende organisatie geholpen zou
worden met een schuldregeling
Een schuldregeling is een betalingsafspraak met je schuldeisers die drie jaar duurt. In die
drie jaar betaal je zo veel mogelijk terug aan de schuldeisers en na afloop krijg je
kwijtschelding over het bedrag dat je nog niet hebt terugbetaald. Gedurende de drie jaar
moet je rondkomen van een gedrag dat gelijk is aan 90% van de bijstandsnorm.
Bijstandsnorm is het bedrag waarvoor geldt dat we in Nederland vinden dat dat het
absolute minimale bedrag is dat je nodig hebt om van te leven.
,Er is ook sprake van problematische schuldsituatie als iemand schulden heeft die tot grote
problemen kunnen leiden, bijv. dreigende uithuiszetting, afsluiting van energie of water.
Onderscheid tussen risicovolle en problematische schuldsituatie:
In beide gevallen komt een huishouden is aanmerking voor schuldhulpverlening, maar alleen
als de schuldsituatie problematisch is, komt het huishouden in aanmerking voor een
schuldregeling met kwijtschelding.
1.4 omvang schuldenproblematiek en bereik schuldhulpverlening
Bijna een op de vijf huishoudens heeft risicovolle of problematische schulden of maakt
gebruik van schuldhulpverlening. Een onzekerheidsmarge is een interval waarvan met 95%
zekerheid gesteld kan worden dat het wekelijke aantal erbinnen ligt.
Het absolute bereik van de schuldhulpverlening is nauwelijks groter geworden (het steeg van
2,3 naar 2,5 procent van alle huishoudens).
Een schuldenpakket is de verzameling van schulden die iemand heeft. In de omschrijving van
een schuldenpakket worden de schuldeisers genoemd.
1.5 schulden in Nederland en in het buitenland
De schuldenproblematiek is in Nederland niet overal even groot. In het midden van
Nederland loopt er een band dwars door Nederland heen. Andere risicogebieden die eruit
springen zijn het zuiden van Limburg, de kop van Flevoland en Groningen. In deze gebieden
zijn relatief veel huishoudens met financiële problemen. In Zuid-Nederland en Noordwest-
Nederland zijn er juist minder huishoudens met financiële problemen.
In internationaal perspectief hebben Nederlandse huishoudens veel schulden.
1.6 kenmerken van huishoudens met schulden
Bij ernstige financiële achterstanden heeft de schuldenaar meerdere betalingen bij een
schuldeiser gemist en kan het voorkomen dat hij wordt afgesloten van energie, uitgezet of
dat er sprake is van beslag op zijn inkomen.
Bij lichte financiële achterstanden is er sprake van enkele achterstanden, de schuldenaar is
in gebreke gebleven, maar er zijn nog geen aanwijzingen dat hij uiteindelijk niet gaat
betalen.
Als huishoudens zonder achterstanden worden vergeleken met huishoudens met
achterstanden zijn er verschillen te zien op de volgende kenmerken:
- Als er kinderen zijn, dan is de kans groter dat het te maken heeft met een lichte
schuldsituatie
- Bij de leeftijd is er sprake van een parabolisch effect: de kans op lichte achterstanden
neemt toe tot een leeftijd van 48 jaar om vervolgens weer af te nemen.
- Huurders hebben een grotere kans dat zij te maken hebben met een lichte
achterstand.
- Als er sprake is van een inkomensterugval is de kans groter dat er lichte financiële
achterstanden zijn.
, - Met toename van het inkomen neemt de kans af dat het huishouden een lichte
achterstanden heeft.
Huishouden met lichte achterstanden vergeleken met huishoudens met ernstige
achterstanden hebben de volgende verschillen te kenmerken:
- Mannelijke respondenten hebben een grotere kans op ernstige financiële
achterstanden.
- Respondenten met een laag opleidingsniveau hebben een grotere kans op ernstige
achterstanden dan respondenten met een hoog opleidingsniveau
- Huurders hebben een grotere kans dat zij te maken hebben met ernstige
achterstanden.
- De respondenten die een inkomensterugval hebben meegemaakt, hebben een
grotere kans op ernstige financiële problemen.
Huishoudens zonder achterstanden vergeleken met huishoudens met ernstige
achterstanden hebben de volgende verschillen te kenmerken:
- Mannen ten opzichte van vrouwen.
- Respondenten met kinderen ten opzichte van respondenten zonder kinderen.
- Respondenten met een lage of midden opleiding ten opzichte van respondenten met
een hoge opleiding.
- Bij de leeftijd is sprake van een parabolisch effect: de kans op ernstige achterstanden
neemt toe tot een leeftijd van 32 jaar om vervolgens af te nemen.
- Huurders ten opzichte van huiseigenaren.
- Respondenten met een geloof ten opzichte van respondenten zonder geloof.
- Respondenten die een inkomensterugval hebben meegemaakt.
- Huishoudens met een lager inkomen ten opzichte van huishoudens met een hoger
inkomen.
Hoofdstuk 2: soorten schulden en verbanden
2.1 overlevingsschulden
Overlevingsschulden spelen met name bij de lage en middeninkomens. Overlevingsschulden
ontstaan als een huishouden te lang moet rondkomen van een te laag inkomen. Doordat er
onvoorziene uitgaven zoals een reparatie aan een auto of onvoorziene rekeningen van een
ziekenhuis niet betaald worden.
2.2 compensatieschulden
Bij compensatieschulden is er ook sprake van weinig geld, maar de schulden zijn op zich wel
te vermijden. Huishoudens maken compensatieschulden doorgaans omdat ze de stressvolle
situatie waar ze in zitten willen compenseren.
‘Zorgeloos’ koopgedrag: dingen kopen die eigenlijk niet in je budget passen waardoor je in
de problemen raakt. Ook wel overvloedige consumptie of compenserende consumptie
genoemd in Amerikaanse literatuur.
2.3 aanpassingsschulden
Aanpassingsschulden kunnen ontstaan als mensen plotseling minder inkomen krijgen of als
ze de vaste lasten flink stijgen. Huishoudens moeten kun uitgaven dan aanpassen aan de