H1 BEHAVIOUR AND
PSYCHOLOGY
1.1 THE MAGIC OF BEHAVIOUR
Primair doel psychologie: begrijpen van gedrag in al zijn vormen.
Verband tussen magie en psychologie:
1. Mechanica van magie is gebaseerd op exploiteren van perceptuele processen
2. Beide roepen een gevoel van verwondering op en een verlangen om te begrijpen
1.2 INTRODUCTION
Gedragstheorieën zijn vaak gestimuleerd door ontwikkelingen op andere terreinen.
Phrenology a now-discredited 18th century theory which asserted that one could assess ability by examining
the shape of the skull
Psychology the scientific study of behaviour and experience (scientific method: systematic observation and
analysis).
THE CHALLENGE OF PSYCHOLOGY
4 specifieke uitdagingen voor onderzoekers bij psychologie:
1. Complexity 3. Self-awareness
2. Reactivity 4. Causality
Complexity a characteristic of systems composed of large numbers of interacting units (such as neurons in the
brain), resulting in new patterns or phenomena not found in individual units
Self-awareness the capacity for individuals or other living organisms to consciously observe their own
behaviour
,Reactivity the tendency for people to alter their behaviour when they are being observed
Causality the study of how actions or events produce (cause) a particular outcome
1.3 WHY DIFFERENT APPROACHES?
Er zijn verschillende benaderingen die verschillen in basisveronderstellingen, methoden en theoretische
structuren. Elke benadering vertegenwoordigt een afzonderlijk kader voor de studie van gedrag.
Volgens het traditionele wetenschapsmodel worden theorieën geformuleerd obv informatie uit onderzoek. Je
zou kunnen zeggen dat elke benadering ontstond als een poging om bestaande theorieën te verbeteren. Soms
reageren theoretici op beperkingen of fouten in het werk van een ander (zo splitste bv Carl Jung zich van zijn
mentor Sigmund Freud na onenigheid over de betekenis van seksualiteit).
Thomas Kuhn (1970) is een specialist in de wetenschapsfilosofie. Hij betoogt dat acceptatie/afwijzing van
benaderingen (hij noemt het zelf paradigma’s) afhangt van de menselijke voorkeuren (sociaal en persoonlijk)
en het beschikbare bewijs.
PERCEPTION AND EXPERIENCE
Naive realism the things simply as they are, how you perceive something
Perception the process of selection, organization and interpretation of information about the world conveyed
by the senses
Perceptie is een actief proces van selectie, organisatie en interpretatie. Geen passieve spiegeling van de
buitenwereld (geen naïef realisme dus, het is ingewikkelder).
Selective attention the perceptual process of selectively focusing on particular stimulus elements
Bij het selectieproces zijn er verschillende prikkels (bezienswaardigheden, geluiden, geuren etc). Het brein kan
slechts beperkte binnenkomende informatie verwerken. Ons perceptuele systeem focust zich op sommige
aspecten van de situatie, terwijl het andere aspecten negeert (selectieve aandacht).
Bottom-up processing een op externe prikkels gebaseerd proces, gefilterd door selectieve aandacht
Top-down processing interne prikkels die de perceptuele ervaring beïnvloeden
De perceptuele ervaring wordt ook beïnvloed door interne factoren zoals bv eerdere ervaringen en
verwachtingen. Deze factoren beïnvloeden zowel de manier waarop we geselecteerde stimuli interpreteren als
wat we selecteren.
Ambiguous figures a picture or other visual stimulus which can be perceived in more than one way (eend/haas)
Zogenaamde dubbelzinnige figuren die je op verschillende manieren kunt interpreteren, zijn erg interessant
voor psychologen die perceptie bestuderen. Wanneer we worden geconfronteerd met een situatie bestaand
uit onvolledige informatie, vullen we de leegte in obv wat waarschijnlijk lijkt (bv niet-gehoorde woorden
invullen wanneer je in een luidruchtige club staat om een kloppende zin te horen).
Gestalt theory a theory of behaviour pioneered in the early part of the 20th century by Kohler, Wertheimer
and others, which emphasized the active, creative nature of perception and learning (Gestalt is German, and
means roughly the organized whole)
Similarity (gelijkenis) a Gestalt principle of perceptual orginazation, based on grouping together similar
elements (for example, shape or size) > xxx ooo
Proximity (nabijheid) a Gestalt principle which states that elements which are close together tend to be
perceived as a group > xxx xxx
, Closure in perception, the tendency to fill in incomplete patterns to produce a coherent whole
We hebben de neiging om te zien wat we willen ipv het daadwerkelijke weergegeven beeld
Schema(ta) a mental framework which organizes knowledge, beliefs and expectations, and is used to guide
behaviour
Interpretaties zijn zelden willekeurig: vaak gebaseerd op eerdere kennis en ervaring. Verder zoeken we naar
patronen die ons helpen om de wereld te begrijpen. Simpele patronen zijn bijvoorbeeld eten of stoel.
Complexere structuren noemen we schemata, je kunt het zien als een soort script dat je handelen in bepaalde
situaties stuurt. Een schema kan ook worden gebruikt om kennis te ordenen (bv schema slaapkamer).
Schema’s beïnvloeden de manier waarop we de wereld waarnemen. Afhankelijk van het schema kan dezelfde
situatie anders worden geïnterpreteerd.
Stereotype an oversimplified and often inaccurate perception of an individual based on generalizing from
schemata related to the individual’s group membership
Soms leiden schema’s tot vertekende perceptie, foutieve of onnauwkeurige veronderstellingen. Bv een
stereotype: een schema vormen over een groep mensen. Sociale stereotypen worden gevormd door een
specifieke ervaring of observaties van een of meer individuele leden van een groep. Wanneer je dit
generaliseerd naar alle leden van de groep, ongeacht de omstandigheden, is dit stereotypering.
Stereotypen als mentale schema’s kunnen ertoe leiden dat we anderen veroordelen/ de werkelijkheid
vervormen.
Confirmation bias a form of cognitive error based on the tendency to seek out information which supports
one’s beliefs, and to ignore contradictory information
Over het algemeen hebben we de neiging om ons te concentreren op informatie die onze overtuigingen
bevestigt, en negeren we mogelijke tegenstrijdige informatie. Hoe meer vertrouwen in onze overtuiging > hoe
groter de kans op vervorming (minder snel zoeken naar andere informatie), ook wekt meer ervaring meer
vertrouwen. Denk bv ook aan liefde maakt blind en na afloop een veranderde, minder positief schema.
PERCEPTION AND THEORIZING
Selecteren tijdens een onderzoek is erg belangrijk (je kunt niet alles bestuderen). Onderzoekers maken keuzes
obv type gedrag (fysiologisch, agressie) of soort (bv mensen, primaten, bijen). De gemaakte keuzes kunnen de
interesses, theoretische aannames of andere aspecten van de individuele schema’s van de onderzoeker
weerspiegelen (de perceptieprocessen dus).
1. biologische benadering biological
2. gedragsmatige benadering behaviourist
3. cognitieve benadering cognitive
4. psychodynamische benadering psychodynamic
5. humanistische benadering humanistic
Complimentarity a concept developed by physicists to deal with the existence of two models which are both
useful, but not directly reconcilable
Onenigheid is niet altijd een zwakte, je kunt beide nuttig zijn, maar niet direct verenigbaar. Je kunt niet zeggen
dat de ene benadering goed is en de andere absoluut fout. Het gaat er om hoe nuttig elke benadering is, niet
wat helemaal correct is. Vaak worden concepten en methoden van verschillende benaderingen gecombineerd
om het begrip van gedrag te bevorderen.