Identiteit & dilemma’s
Identiteit
Wat is identiteit?
• ‘Een proces dat individualiteit wil benadrukken, maar eenvormigheid wil aanduiden’
• Om identiteit te bepalen, zijn altijd andere groepen nodig, waar iemand zich mee kan
identificeren of juist tegen wil afzetten; iemand kan tot meerdere van dit soort
groepen behoren
Identiteit is ook een sociaal-cultureel construct:
• Het staat niet vast, maar is flexibel
• Het is niet biologisch bepaald
• Identiteit wordt uitgedragen m.b.v. ‘cultuurdragers’: taal, symbolen, etc.
Identiteit heeft veel kracht: het kan mensen verbinden, maar ook kan het ingezet worden om
de status quo te handhaven of juist om mensen te mobiliseren om verandering teweeg te
brengen
• Voorbeeld: ‘imagined communities’: gemeenschap waarvan leden elkaar niet
allemaal (kunnen) kennen, maar die toch een binding met elkaar ervaren; denk aan
de natiestaat als voorbeeld. In zo’n community wil men overeenkomsten met de rest
van de gemeenschap benadrukken en verschillen zoveel mogelijk wegpoetsen
o Hierin zijn symbolen belangrijk, maar ook een gedeelde geschiedenis, of de
herinnering daaraan
Geschiedenis & identiteit
• Onze gedeelde herinneringen vormen onze identiteit, maar hoe we het verleden
herinneren, wordt ook bepaald door onze gemeenschappelijke identiteit (of het idee
dat we daarvan hebben) op dat moment
! identiteiten kunnen dus veranderen, maar dat zien we soms over het hoofd
! soms herzien we ook onze herinneringen
• ‘nationale geschiedenis’ is problematisch begrip:
o Wat bedoelen we ermee? Geschiedenis van het stuk land dat nu Nederland is,
of geschiedenis van ‘Nederlanders’, of Nederlandse verhalen over
geschiedenis, of nog iets anders?
o Suggereert eigenaarschap in geschiedenis: ‘onze’ geschiedenis
o Suggereert uitzonderingspositie van Nederland; Nederland zou iets unieks
hebben, maar alle andere landen vinden dat ook van zichzelf
o Wie/wat valt er precies onder? Tellen we ook kolonies mee, en globale
ontwikkelingen die Nederland hebben beïnvloed?
➔ Is ‘Nederland’ dan wel een geschikte analytische eenheid vanuit waar je
geschiedenis kan bedrijven? Heeft dit zin/meerwaarde?
• Nationale geschiedenis gaat vaak gepaard met ‘teleologisch denkbeeld’: het idee
dat de natiestaat onvermijdelijk is voortgekomen uit eerdere ontwikkelingen; verleent
‘zin’ aan onze nationale geschiedenis
• ‘invented traditions’: nationale symbolen & rituelen die worden voorgesteld als
oude tradities, ingesteld om in het heden een bep. doel te bereiken
! deze tradities zijn in werkelijkheid dus niet per se heel oud
! het veronderstelt dat iets waarde heeft alleen omdat het ‘oud’ is
o Is een vorm van presentisme: interpretatie van het verleden vanuit het
heden, soms met een bepaald doel (bijvoorbeeld het vestigen/benadrukken
van een bep. identiteit!); kan ertoe leiden dat dingen weggelaten of uitvergroot
worden om dit doel te bereiken; Whig history (zie Herman Paul)
, Canonvorming
Belangrijkste lessen vorig college
• Groepsidentiteit is leidend voor bep. sociale processen
• Nationale geschiedenis heeft identiteitsvormende kracht, maar andersom
veronderstelt nationale geschiedenis al een nationale identiteit
• Onze ‘cultural memory’ wordt gevormd door een gevoel van identiteit
• Nationale geschiedenis is niet één verhaal
• Nationale geschiedenissen veronderstellen uniciteit, een afwijking van de ‘normale’
ontwikkeling van andere landen; maar de ‘normale’ ontwikkeling bestaat niet
Presentisme versus historicisme
• Presentisme: interpretatie verleden vanuit het heden, vanuit hedendaagse normen
& waarden, soms met een bep. doel
! hoeft niet per se vorm van teleologie te zijn
• Historicisme: bep. concepten/ideeën/gebeurtenissen kunnen alleen vanuit eigen
tijd begrepen worden
o Gepropageerd door Leopold von Ranke in 19e eeuw
o Historici mogen niet moreel oordelen over verleden
o Historici kunnen objectief zijn & moeten dit nastreven
! in werkelijkheid is dit een mythe (die nog steeds wijdverbreid is); ook
historici worden beïnvloed door hun standplaatsgebondenheid; historici
moeten zich hier bewust van zijn & open-minded zijn naar andere
perspectieven
• Historici herschrijven continu de geschiedenis, onder invloed van hun eigen tijd &
nieuwe inzichten, kennis & perspectieven; tegenwoordig is meer aandacht voor
schaduwzijden & zwarte bladzijden
o Sommigen vinden dit kwalijk & hebben kritiek, vooral als het om de
geschiedenis van de natiestaat gaat; deze critici voelen zich eigenaar van de
geschiedenis zoals die tot dan toe is geschreven & willen niet dat datgene waar
zij legitimiteit aan ontlenen wordt veranderd
Canonvorming
• Werkdefinitie: “die waardevolle onderdelen van kunst & cultuur die we willen
meegeven aan een volgende generatie
• Canon = ‘meetlat’ in oud-Grieks; oftewel, een nationale canon bakent af & stelt
normen
• Canon kan het collectieve geheugen weerspiegelen, maar niet de identiteit; het is
beter om deze twee begrippen te ontkoppelen
• Risico’s van canonvorming:
o Riekt naar bruikbare, ‘officiële’ geschiedenis
o Uitsluiting van (bevolkings-)groepen die later hun wortels in Nederland
hebben; wie hoort erbij en wie niet?
o Etnocentrisme
o Gevaar van teleologisch denkbeeld
o Hollandocentrisme: canon focust te veel op gewest Holland
o Eenzijdige interesse: canon focust te veel op politieke geschiedenis
o Suggestie gewekt van één verhaal van Nederland
Bataven
Bronnen
• Alles wat we weten over Bataven & Bataafse opstand komt van Tacitus: Romeinse
geschiedschrijver
! het origineel hebben we niet meer; vroegste kopie komt uit 1470
, • Julius Caesar schreef ook over ‘Nederland’ tijdens zijn veldtochten naar Gallië:
o Beschrijft volken die hij tegenkomt & geeft er namen aan
! we weten niet hoe volken zichzelf noemden
Volken
• Galliërs: overkoepelende naam voor meerdere volken die een Keltische taal spraken
• Germanen: volken die een Germaanse taal spraken
• Bataven woonden rond de Rijn, ruwweg de noordgrens van het Romeinse rijk;
dienden ook in Romeinse leger
• Ze werden ‘Bataven’ genoemd door de Romeinen en namen die naam later zelf over
! Dat een volk dezelfde naam had betekent niet dat ze zich als groep identificeerden;
cultuur & godenwereld konden enorm verschillen
Bataafse opstand
• Twee Bataafse legeraanvoerders, broers Julius Civillis & Julius Paulus worden door
keizer Nero beschuldigd van verraad → Paulus wordt onthoofd, Civillis naar Rome
gebracht
• In Rome is net een nieuwe keizer aan de macht (Galba), stuurt Civillis weer terug naar
Gallië
• Tegen de tijd dat Civillis terug is, zit er alweer een nieuwe keizer op de troon
(Vitellius), maar hij is zijn positie niet zeker: meerdere concurrenten liggen op de loer,
waaronder Vespasianus
• → Vitellius wil Bataven dwingen om versterking te zenden → Bataven gepikeerd →
opstand van Bataven & Cananefaten
• Opstand houdt aan, ook na afzetting van Vitellius en met Vespasianus als keizer
• Waarschijnlijk onderhandelen Bataven met Romeinen & wordt er vredesverdrag
gesloten; is niet zeker, want hier stopt het verhaal van Tacitus
Tacitus over Bataven & Romeinen
• Bataven worden beschreven als sterke, stoere, krijgslustige vechters
• Romeinen worden beschreven als verwijfd, decadent, lafaards
• Dit dient als waarschuwing: Tacitus wil de Romeinen aansporen tot het ondernemen
van actie tegen de krachtige Germaanse volken
Beeldvorming
Vanaf de 16e eeuw wordt het verhaal over de opstand populair:
• 1517: ‘Divisiekroniek’ door Cornelius Aurelius
o Stelde hierin dat ‘Hollanders’ (inwoners van provincie Holland) rechtstreeks
afstammen van Bataven (ook al kwamen ze uit het Gelderse rivierengebied)
o Is neutraal t.o.v. Romeinen, worden niet negatief neergezet
• 1617: Toneelstuk ‘Baeto’ door P.C. Hooft
o Volgens hem ligt de oorsprong van de Republiek bij het Bataafse volk &
veronderstelt continuïteit tussen Bataven & Hollanders van 17e eeuw
• 1610: Hugo de Groot: ‘Tractaet van de oudtheyd vande Batavische nu Hollandsche
republique’
o Gaat verder dan Hooft: identificeert Romeinen met Spaanse bezetter & de
Bataven met de ‘vrije’ ‘dappere’ Hollanders die hiertegen in opstand komen
• 1659: gedicht van Vondel:
o Identificeert Julius Civillis als Willem van Oranje & Brinno (leider van de
Cananefaten) als Maurits
• 18e eeuw: zowel de patriotten (streefden naar meer democratisering & hervorming
van bestuur) als de prinsgezinden identificeerden zich met de Bataven