paragraaf 3.1
kenmerkende aspecten
ontstaan en verspreiding van de islam
Over het ontstaan van de islam is weinig met wetenschappelijke zekerheid bekend.
Aangenomen wordt dat de godsdienst werd gesticht door Mohammed. Volgens de
islamitische traditie was Mohammed een Arabische handelaar die door Allah werd
uitgekozen als profeet. Vanaf 610 zou de engel Gabriël verzen van God aan hem hebben
doorgegeven, die na zijn dood werden opgeschreven in de Koran. Het nieuwe geloof had
joodse en christelijke wortels. Net als het christendom had de islam een boodschap voor
de gehele mensheid, zoals de christenen de wereld probeerden te bekeren, zo kenden
moslims de jihad. De begrip betekende in die tijd van Mohammed de innerlijke strijd om
een goed moslim te zijn en de strijd om de islam te verdedigen. Na Mohammeds dood
kreeg jihad ook de betekenis van verplichtingen voor moslims om hun godsdienst te
verspreiden. De islam was vanaf het begin een godsdienst van heersers. Mohammed was
niet alleen geestelijk leider, maar ook wereldlijk machthebber. In 622 - begin islamitische
jaartelling - zou hij vanuit zijn geboorteplaats zijn verdreven naar Medina. Daar kreeg hij
het politieke en godsdienstige gezag in handen, waardoor een islamitische staat
ontstond.
Na Mohammeds dood kozen de belangrijkste Arabische leiders een nieuwe politiek en
geestelijk leider, de kalief. De eerste kaliefen breidden de islamitische staat in korte tijd
uit tot een groot Arabisch rijk. Ze onderwierpen met Arabische legers het Perzische rijk.
Omstreeks 650 viel de Arabische expansie stil door burgeroorlogen binnen het kalifaat.
De Omajjaden stichtten in de hoofdstad Damascus een erfelijke dynastie, waarbij de titel
en de positie van de kalief erfelijk werd. Het leidde tot opstanden van sjiieten die bloedig
werden onderdrukt. De sjiieten bleven een grote minderheid in de islam; de meeste
moslims zijn soennieten. Ze veroverden centraal-Azië, grote gebieden ten noorden van
het Arabische rijk, Noord-Afrika en delen in Europa. Hoe kunnen de snelle Arabische
veroveringen worden verklaard? Belangrijk was dat het Perzische en Byzantijnse rijk
ernstig verzwakt waren, door een oorlog die ze tegen elkaar hadden gevoerd en hun
samenleving was ontwricht door een verschrikkelijke pestepidemie waardoor een groot
deel van het volk overleed. Arabieren konden daardoor toeslaan. Ze waren militair sterk,
onder meer doordat ze als nomaden gewend waren zich snel te verplaatsen op paarden en
kamelen en hadden ze hun verdeeldheid overwonnen. Ze streden voor hun godsdienst en
geloofden dat ze naar de hemel gingen als ze sneuvelden. Als ze overleefde maakte ze
kans op een rijke buit.
In 750 werd de Omajjaden Familie grotendeels vermoord door de Abbasiden Familie die
een nieuw kaliefen dynastie vestigde en de nieuwe hoofdstad Bagdad stichtte. Een
Omajjade vluchtte Cordoba, waar hij emir (vorst) werd van een onafhankelijk rijk. In de
10e eeuw riepen ook sjiieten een eigen kalifaat uit in Egypte, waar ze de hoofdstad Caïro
stichtten. Ook de rest van het Arabische rijk viel uiteen in kleinere staten, die werden
bestuurd door vorsten die zich emir of sultan noemden. Ondanks alle politieke
versnippering bleven de delen van de Arabisch wereld economisch en cultureel verbonden.
Er was een bloeiende Arabische beschaving met het Arabische schrift, het Arabisch als
, hoofdtaal en de islam als staatsgodsdienst. De Arabieren voegden plaatselijke
bouwkundige tradities samen in een nieuwe architectuur. die indrukwekkende moskeeën,
paleizen en andere bouwwerken opleverde. Meestal tolereerden de Arabieren het
Christendom en jodendom omdat die van de islam verwant waren. Ze namen ook veel
elementen van de Perzische en Grieks-Romeinse cultuur over. ,
Onder de Abbasiden kwam aan de politieke expansie een eind, maar de islam werd wel
verder verspreid. Arabische handelaren brachten het geloof naar de kusten van Oost-
Afrika en Zuid- en Oost-Azië, waar kleine islamitische gemeenschappen ontstonden. In de
13e eeuw kwam aan de bloei van het Arabische Abbasiden Rijk juist een eind. Mongolen
vielen toen vanuit het noordoosten binnen. In een groot deel van het Midden-Oosten
bleven Mongoolse heersers nog lang aan de macht. Uiteindelijk bekeerde ze zich ook tot
de islam. Een Mongoolse prins veroverde het sultanaat van Delhi en stichtte het
Mogolrijk. Vanaf de 14e eeuw verdrong de islam het hindoeïsme en boeddhisme als
dominante godsdienst op Java en andere Indonesische eilanden. In West-Azië werd het
Byzantijnse rijk verder teruggedrongen door Turken, een tot het islam bekeerd volk. Een
Turkse leider stichtte het Ottomaanse Rijk. De Ottomanen maakte met de verovering van
Constantinopel een eind aan het Byzantijnse rijk.
paragraaf 3.2
kenmerkende aspect
de vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur
door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en
horigheid
Van de steden uit de Romeinse tijd was weinig over. Bijna de hele bevolking leefde van
landbouw. De landbouwstedelijke samenleving was in de vroege middeleeuwen
verdwenen. De tijd van monniken en ridders was een landbouwsamenleving. Sinds de 3e
eeuw waren handel en nijverheid afgenomen en was de bevolking gekrompen. De
achteruitgang was het gevolg van de instorting van het Romeinse bestuur en de
Germaanse invasies. De overheid kon op veel plaatsen geen veiligheid meer bieden.
Handelaren en producenten werden niet meer beschermd tegen rovers. Steden werden
geplunderd en er waren oorlogen. Al dat geweld maakte dat de productie daalde waardoor
de overheid minder belasting kon heffen en haar ambtenaren en militairen slechter kon
betalen. Het staatsapparaat stortte nog meer in en nam de onveiligheid nog meer toe.
Waardoor de economie nog meer achteruit ging. Een oorzaak was ook dat geld schaarser
werd. West-Europa had zelf geen goudmijnen, waaruit goud voor munten kon worden
gewonnen. Doordat er minder geld in omloop was geen werktuigen kopen en verkopers ze
niet verkopen. Plattelandsgemeenschappen werden autarkisch.
In de 4e eeuw daalde de agrarische productie zo sterk dat de overheid boeren verbood hun
land te verlaten. Daarnaast zochten boeren vanwege de toenemende onveiligheid
bescherming bij grootgrondbezitters. Ze gingen in ruil daarvoor verplichtingen aan. Zo
ontstond een enorme groep halfvrije mensen, de horigen, en een groep met erfelijke
voorrechten, de adel. Horigen hadden wel rechten, maar mochten hun land niet zonder
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper robinehagele. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,55. Je zit daarna nergens aan vast.