Vastgoedeconomie samenvatting blok 1
Hoofdstuk 1/4 + 5.1 + 6 + 8/9 + 12/13
Hoofdstuk 1 algemene economie en bedrijfsomgeving
Het beschikken van goederen en diensten voor het bevredigen van behoeften noemen we
welvaart. Welvaart wordt gemeten aan de hand van het BBP (Bruto Binnenlands Product).
Het welzijn heeft betrekking op de immateriële behoeftes (Geluk, gezondheid, onderwijs,
vrijheid), deze is meetbaar met het HDI (Human Development Index)
Het streven naar een maximale welvaart met behulp van schaarse (behoefte oneindig/
middelen beperkt) middelen wordt ook wel economisch handelen genoemd of terwijl
‘keuzes maken’.
Er wordt bij Algemene Economie onderscheid gemaakt tussen 4 onderdelen:
1. Meso- en micro-economie. Bestuderen de markten en bedrijfstakken waarmee
ondernemingen te maken hebben, de vraag en aanbod van goederen en de
verandering van de prijzen.
2. Macro-economie. Geeft een analysen van factoren uit een heel land of gebied. Het
heeft dan betrekking op de totale consumptie, investeringen en de import en export
van bedrijven en de overheid.
3. Monetaire economie. Houdt zich bezig met geld en de rol van banken met economie.
4. Internationale economische betrekkingen. Het IEB bestudeert de buitenlandse
handel van landen, de internationale kapitaalstromingen en monetaire betrekkingen
tussen landen.
De bedrijfsomgeving, alle ontwikkelingen in de omgeving van een onderneming die invloed
hebben op de resultaten van een bedrijf. De invloed kan op veel verschillende gebieden
betrekking hebben. (Concurrentie, personeelsbeleid, verkopen, inkopen, enzovoort). Ook bij
de bedrijfsomgeving zijn er 3 soorten.
1. Macro omgeving, bestaat uit ontwikkelingen op het gebied van conjunctuur,
wisselkoersen, loonkosten, energieprijzen en rente. Deze factoren zijn
onbeheersbaar. Een overzicht van de macro-economische variabelen kan handig zijn
om inzicht te krijgen in je concurrentiepositie.
2. Indirecte omgeving, deze omgeving bestaat uit de overheid en culturele
omgevingsfactoren. De invloed van de indirecte omgeving op de onderneming is heel
groot, andersom heeft het geringe invloed.
3. Directe omgeving, bestaat uit marktpartijen van de onderneming op haar in- en
verkoopmarkten. De directe omgeving is wel beïnvloedbaar door de onderneming.
,Aspecten van de bedrijfsomgeving die invloed uitoefenen op de onderneming
Economen werken met cijfermatige gegevens, deze kunnen voorkomen in twee
verschillende vormen.
Absolute vorm van getallen, dit zijn daadwerkelijk getallen.
Relatieve vorm van getallen, word weergegeven in de vorm van procentuele verandering.
De productie van een onderneming staat gelijk aan het aantal werknemers X de productie
per werknemer (arbeidsproductiviteit).
In een land is de productie (BBP) gelijk aan het aantal totale werknemers X-
arbeidsproductiviteit.
Om de groei van het BBP te kunnen berekenen gebruik je deze formule:
GBBP= GAV+ GAP
Groei bbp= groei aantal werknemers+ groei arbeidsproductiviteit.
, Hoofdstuk 2 produceren
Het bruto binnenlands product wat ook de toegevoegde waarde genoemd kan worden kan
gemeten worden op 3 verschillende manieren:
- De productie. De toegevoegde waarde.
- De inkomens. Beloningen van produceren is inkomen/loon.
- De bestedingen. Inkomens die worden besteed.
Aan een product wordt ook waarde toegevoegd, dit wordt ook de toegevoegde waarde
genoemd. Dit wordt gedaan door arbeid, natuur en kapitaal.
Overheidsconsumptie, de uitgaven van de overheid aan salarissen, goederen en diensten.