Het is een volledige samenvatting van h2 t/m h12 van economie integraal VWO. Alles wordt duidelijk en uitgebreid uitgelegd en het omvat de domeinen D, E,F en G (kortom de helft van de examenstof).
horizontale lijn = hoeveelheid product
verticale lijn = prijs product
vraag = links boven naar recht
aanbod = rechts boven naar links
betalingsbereidheid → bedrag dat een consument bereid is te betalen
consumentensurplus (cs) → verschil tussen betalingsbereidheid en betaalde prijs
individuele vraaglijn → vraaglijn van één koper, meerdere stuks (verband prijs en
product)
collectieve vraaglijn → de individuele vraaglijnen bij elkaar opgeteld
- →tekenen = bij de prijzen de gevraagde hoeveelheden op te tellen, dit is
het einde van je vraaglijn
+ vanaf de prijs dat meerder kopen lopen de lijnen samen, daarboven is het
een individuele lijn
collectieve vergelijking → de losse vraagvergelijkingen bij elkaar optellen
H2.2 Vraagbepalende factoren
factoren die betalingsbereidheid vormen:
1. besteedbaar inkomen
- = inkomen - inkomensbelasting - sociale premies - bijtelling van subsidies
- bij stijging van besteedbaar inkomen
+ noodzakelijke goederen → meer kopen (eten bijv)
+ inferieure goederen → minder kopen (vervangen huismerken)
+ luxe goederen → pas gekocht bij drempelinkomen (auto’s)
2. voorkeuren
- komt door → inkomen, leeftijd, culturele en maatschappelijke
achtergrond enz
3. prijzen van andere goederen
- substitutiegoederen → kunnen elkaar vervangen
- hcomplementaire goederen → worden altijd samen gebruikt, wanneer
de prijs van goed 1 daalt, neemt de vraag naar goed 2 toe (tel en data bijv)
4. aantal vragers
5. verwachtingen
- naar verwachte toekomstige mogelijkheden
vraaglijn → Qv = -ap + b (a is negatief)
- verschuivinglangs lijn = prijsverandering
, - verschuivingvan de lijn = verandering vraag
ceteris paribus → invloed van niet-bestuurde verschijnselen blijft onveranderd
H2.3 Prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid
prijseffect → een lagere prijs bij dezelfde omzet zorgt voor een afname van omzet
- = (nieuwe prijs - oude prijs) x oude afzet
hoeveelheidseffect → de afzet stijgt dus de omzet stijgt ook
procentuele verandering → ((nieuw - oud) / oud) x 100%
elasticiteit → verhouding tussen twee procentuele veranderingen die onderling verband
hebben
prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid
- Ev = procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid / procentuele
verandering van de prijs (antwoord niet in procenten)
- bij negatieve uitkomst → prijsdaling = vraag stijgt en prijs stijgt = vraag
daling
prijselastisch →negatief getal, minder dan -1 → sterke reactie op de prijs
prijsinelastisch → getal van -1 tot 0 → zwakke reactie op de prijs
proportioneel elastisch → elasticiteit = -1
volkomen inelastisch → elasticiteit = 0 → geen reactie → verticale vraaglijn
kruislinkse elasticiteit → hoe de gevraagde hoeveelheid van een product reageert op
de prijsveranderingen van een ander product
- Ek = procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid van product A /
procentuele verandering van de prijs van product B
- bij subsitutie goederen → elasticiteit positief
- bij complementaire goederen → elasticiteit negatief
H2.4 Inkomenselasticiteit
wet van Engel
- Ernst Engel (1825 - 1896) → Duitse staticus
- met stijging van het inkomen wordt er procentueel minder geld aan
inferieure goederen→ gevarieerde eten
- met stijging van het inkomen wordt er procentueel meer geld aan luxe goederen
← hoe de lijnen in een grafiek lopen
inkomenselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid
- Ey = procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid /
procentuele verandering van het besteedbaar inkomen
- Ey > 1 = luxe goed
, - Ey < 0 = inferieur goed
- bij Ey is 1,20 met een inkomensstijging van 10% neemt de vraag naar het goed met
12% toe
H3.1 Kosten en omzet
inkoopmarkten → inkoop van onderneming, kosten van de productie
- intermediaire leveringen → producten door andere ondernemingen gemaakt
- ook arbeid en kapitaal goederen worden gekocht → gemaakte kosten
verkoopmarkten → verkoop van onderneming
omzet / opbrengst → verkochte hoeveelheid x prijs per eenheid
winst / verlies → opbrengst - alle (productie) kosten
capaciteitskosten → vaste of contstante kosten
- worden bepaald door de gekozen productiecapaciteit van de ondernemer (huur)
- ook loon van arbeiders
variabele kosten → hangen op korte termijn af van produceerde en afgezette
hoeveelheid
TVK → Totale Variabele Kosten
- wordt bepaald door de benutte hoeveelheid van de verschillende productiefactoren
en de prijs er van
+ proportioneel → TVK stijgt even snel als de productie
+ degressief → TVK stijgt minder snel dan de productie
+ progressief → TVK stijgt sneller dan de productie
TK → totale kosten
- = TCK + TVK
TCK → totale constante kosten
GTK → gemiddelde totale kosten
- = TVK / q
- = GVK + GCK
GVK → gemiddelde variabele kosten
- = TVK / q
GCK → gemiddelde constante kosten
- = TCK / q
MK → marginale kosten
- de verandering van de TK als gevolg van een kleine verandering van de productie of
afzet
- = d TK / d q
TO → totale opbrengst
- =pxq
, BTW → belasting toegevoegde waarde
- bij elke verkoop → kant betaald btw aan een bedrijf
- consumentenprijs → verkopprijs incl. btw
+ meestal 21%, levensmiddelen 9% en export 0%
+ vrijstelling voor sommige producten → medicijnen
- een bedrijf betaald ook btw
+ jaaromzet - inkopen dat jaar = bedrag waarover btw wordt betaald
- ontvangen btw - betaalde btw = wat ze moeten afstaan aan de fiscus
+ bij een negatieve uitkomst krijgen ze dat bedrag terug van de fiscus
som voor betaalde btw
omzet excl. btw 100%
btw (in %) …%
omzet incl. btw 100% + …% → in euro omzetten
btw ? x
omzet incl. btw 1?? euro
btw: (? / 1??) x euro = x
af te dragen btw = ontvangen btw - x
GO → gemiddelde opbrengst (gelijk aan verkoopprijs)
- = TO / q
- = (p x q) / q
- =p
MO → marginale opbrengst
- = dTO / dq
met een constante prijs krijg je p = MO = GO
grafiek tekenen
- Qv = -2p + 100
- 100 = je punt horizontal
- - = je punt verticaal dus 50 in dit geval
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper isabelstegeman. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,92. Je zit daarna nergens aan vast.