Samenvatting Bewustzijnsfilosofie – Deel II
Isa Laarhoven
College 1
Doel deze cursus: ontmaskeren van illusies omtrent het bewustzijn.
Fenomenaal bewustzijn = hoe het voelt om jou te zijn als wezen. Je subjectieve, persoonlijke
ervaring. (“what-it-is-likeness” of qualia)
Fenomenologie = hoe iemand iets ervaart. Kan worden ontdekt aan de hand van
Introspectie: stilstaan bij de fenomenologie van jouw ervaring
Rapporteren: iemand anders vertelt je over de fenomenologie van hun ervaring
Probleem, de explanatory gap: hoe kan een materialistische theorie van bewustzijn, qualia /
subjectieve ervaring / het fenomenale verklaren? Er lijkt iets te ontbreken als we een puur
fysieke verklaring geven van bewustzijn, door te verwijzen naar de werking van het fysieke
brein. De fenomenologie wordt dan niet beschreven. = The hard problem of consciousness.
Hiervoor zijn verschillende oplossingen:
1. De verklaringskloof is een epistemologisch probleem: we hebben nog niet de nodige
kennis om het op te lossen.
2. De verklaringskloof is een metafysisch probleem: qualia zijn simpelweg niet fysiek!
3. Een materialistische theorie zal nooit qualia kunnen verklaren, want materialisme is
simpelweg fout!
Chalmers: er zijn makkelijke (in het brein aanduiden wat een mentale toestand is)
problemen en moeilijke (verklaren hoe het gevoel door die breinstaat ontstaat) problemen.
Moeilijke problemen zijn niet simpelweg op te lossen aan de hand van wetenschappelijke
onderzoeken. Door eerst de makkelijke problemen aan te pakken, kunnen we misschien
uiteindelijk ook de moeilijke oplossen!
Vormen fenomenaal bewustzijn en het fenomeen van qualia inderdaad een probleem voor
materialisme?
Argumenten tegen materialisme
1. Thomas Nagel: ‘What is it like to be a bat?’
Beschrijven hoe het is om een fenomenale ervaring te hebben. Probleem: Een
subjectieve ervaring die niet kan worden beschreven in een materialistische,
wetenschappelijke theorie. Het probleem voor materialistische benaderingen van het
fenomenale bewustzijn is dat dat bewustzijn zelf uit de wetenschappelijke verklaring
wegblijft Het subjectieve karakter, het ‘hoe het is’, kan niet in objectieve termen
worden uitgelegd.
Geen probleem voor materialisme, want volgens Nagel is het slechts een
epistemologisch probleem. Misschien hebben we ooit wel de kennis die nodig is.
2. Frank Jackson: Mary de superwetenschapper
Gedachte-experiment (=Een hypothetische situatie wordt voorgesteld om de
waarschijnlijkheid en de gevolgen van een bepaald idee of een theorie te overdenken.)
Daniel Dennnett: Intuïtiepompen (=Een gedachte-experiment dat is opgesteld om
een intuïtie op te wekken en te onthullen).
, Mary heeft alle kennis van alle kleuren in de wereld, maar ze heeft zelf enkel nog
geleefd in een zwart-wit kamer. Wanneer zij hieruit mag krijgt ze een banaan.
- Leert Mary iets nieuws over geel?
-Zou Mary in staat zijn te weten dat dit blauw, en niet geel is?
- Heeft Mary’s perceptie van de banaan haar iets geleerd over
geel dat nog niet tot haar uitputtende, wetenschappelijke kennis van geel behoorde?
Intuitie: ze leert iets nieuws, als je gelooft dat Mary iets nieuws leert, dan geloof je
dat qualia niet-materiële / niet-fysieke fenomenen zijn.
Maar: problematische argumentatie! Jackson’s hele argument steunt op een intuïtie
die niet door iedereen gedeeld wordt! Als Mary niets nieuws leert, is materialisme niet
weerlegd. Jackson stelt hoge eisen aan bewustzijn: Jackson wil dat een theorie over
bewustzijn niet enkel qualia of fenomenaal bewuste ervaringen verklaart,
maar ook dergelijke ervaringen bewerkstelligt in de persoon die deze theorie leert.
3. Chalmers: Fenomenale zombies
Een fysiek identieke aarde ontstaat, onze tweelingaarde kent echter geen fenomenale
ervaringen. Iemand roept auw maar heeft geen pijn. Kan deze fenomenale zombie
bestaan? Als fenomenale zombies kunnen bestaan dan betekent dit dat fenomenale
eigenschappen geen fysieke eigenschappen zijn! Een materialistische benadering zou
daarom fenomenale eigenschappen niet kunnen beschrijven of verklaren.
Geen goed argument: want wie zegt dat fenomenale zombies kunnen bestaan? En
Chalmers veronderstelt wat hij moet bewijzen Het gedachte-experiment vertrekt
vanuit een dualistisch uitgangspunt: “Fenomenale eigenschappen zijn niet-fysiek en
ook niet afhankelijk van fysieke eigenschappen, want ze kunnen ontbreken in een
perfect fysieke kopie van onze wereld.”
Waarom zijn fenomenale zombies dan wel interessant?
1. Fenomenale zombies wekken intuïties op tegen dualisme. De meeste mensen geloven niet
dat fenomenale zombies kunnen bestaan! Zelfs mensen die intuïtief eerder een dualistische
positie verkiezen in het lichaam-geest debat, denken dat fenomenale zombies niet kunnen
bestaan.
2. Fenomenale zombies zijn een belangrijke uitdaging voor materialisme. Een goede,
materialistische theorie over bewustzijn kan verklaren waarom zombies misschien wel
voorstelbaar, maar niet mogelijk zijn!
Daarnaast zijn er zombie-achtige gevallen in het echte leven
1. Homicidal somnambulism (moorddadig slaapwandelen)
Man valt in slaap en al slaapwandelend rijdt hij 20 km, gaat naar binnen met zijn
sleutel en slaat zijn schoonmoeder dood, probeert zijn schoonvader te wurgen.
2. Blindsight – Graham Young
Bij een fietsongeluk krijgt hij corticale blindheid in zijn rechterkant. 15 jaar later
ontdekt een dokter dat Graham toch nog reageert op visuele stimuli aan zijn
rechterkant: hij was blindziend! Zij kunnen vaak toch goed gokken.
Beide gevallen tonen aan dat we erg complexe of verrassende handelingen kunnen uitvoeren
zonder bewustzijn. Waarom hebben we dan bewustzijn nodig?
, Zijn Kenneth en Graham zombies? Nee.
- Fysieke verschillen (zeker bij Graham) hebben geleid tot verschil in bewuste ervaringen!
Fenomenale zombies moeten 100% fysiek identiek zijn.
- Ze functioneren niet zoals ‘normaal bewuste’ mensen (Graham maakt fouten, kan niet
spontaan iets opmerken, Kenneth doet iets wat hij anders niet gedaan zou hebben)
4. Colin McGinn: We zijn gewoon niet slim genoeg
De ‘explanatory gap’ is een epistemologisch probleem mensen hebben simpelweg niet de
nodige cognitieve capaciteiten om het lichaam-geest debat op te lossen, of om te zien hoe
materialisme correct kan zijn.
Verschil met Nargel: McGinn denkt dat we ook nooit slim genoeg gaan zijn, pessimistisch.
McGinn: Er zijn 2 manieren om de lichaam-geest relatie te onderzoeken:
Het brein als startpunt nemen. Neurowetenschap
Nooit fenomenologie nodig. Alles kan worden verklaard zonder te refereren naar bewustzijn!
De geest als startpunt nemen. Introspectie!
Geen fysieke elementen introduceren. We hoeven niet te refereren naar het brein of het
lichaam.
Beide methodes falen om de relaties tussen geest en lichaam te beschrijven en verklaren.
Neurowetenschap blijft louter op het domein van het lichaam, introspectie louter op het
domein van de geest.
De stap van fysiek naar mentaal, of omgekeerd, wordt nooit gezet.
McGinn concludeert: we zullen het geest-lichaam nooit kunnen oplossen.
Enerzijds geen probleem voor materialisme: hij ontkent materialisme niet. Anderzijds is er
wel een heel groot epistemologisch probleem bij materialisme.
McGinn ziet iets over het hoofd: je kan ook mixen tussen introspectie en neurowetenschap
De natuurlijke methode.
Owen Flanagan: combineer fenomenologie + neurowetenschap + psychologie
en heel veel andere stromingen kunnen ons ook helpen
Als je twee of meerdere van deze disciplines combineert, kan je kennis vergaren die je niet
had kunnen vergaren met één ervan.
Voorbeelden:
Penfield Homonunculus
Homonunculus = mannetje die visualiseert welke hersendelen welke ruimte innemen in het
brein, dit is gevonden door hersenonderzoek + fenomenologie patiënten. (schokken toedienen
aan brein en patiënt moest zeggen wat het voelde)
Depressie
Fenomenologisch gedefineerd, neurologisch onderzocht en behandeld.