SAMENVATTING EU LAW, AN INTRODUCTION
WERKGROEPEN
WERKGROEP 1 - EUROPEAN INTEGRATION: EU INSTITUTIONS
Historische ontwikkelingen I:
● 1951/2 Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS/ECSC)
○ Sectorale integratie
○ Supranationaal: hoge autoriteit
○ Zes deelnemende lidstaten
○ Afgesloten voor vijftig jaar (tot 2002)
● 1954: plan voor Europese Defensie Gemeenschap en Europese Politieke Gemeenschap
○ Faalt: “Geen Franse soldaten onder Duitse officieren.”
● 1957 Europese Economische Gemeenschap (EEG/EEC) en Europese Gemeenschap voor
Atoomenergie (Euratom/EAEC)
○ Algemene en sectorale economische integratie
○ EEG: gezamenlijke markt, visserij en transport
● 1965/7 Merger Treaty: één Commissie en één Raad voor drie gemeenschappen
● 1973 eerste toetredingen: VK, Ierland, Denemarken
● 1981 toetreding Griekenland
● 1985 toetreding Spanje en Portugal
● 1986/7 Single European Act: amendementen op het EEG Verdrag, de interne markt (Verdrag
van Maastricht, 1992), milieubescherming en samenwerking op het gebied van buitenlandse
zaken (European Political Cooperation)
● 1992 Verdrag van Maastricht: vestiging van de Europese Unie met haar drie pilaren en
amendementen aan het EEG Verdrag (Economic Monetary Union, cultuur, etc.)
○ De drie pilaren van de EU: Title I, II en III TEU
■ (1) EEC/EG, ECSC, Euratom: drie verschillende Verdragen
■ (2) Common Foreign and Security Policy: Title V TEU
■ (3) Justice and Home Affairs (JHA): Title IV TEU
● Amsterdam: beleids- en jurisdictie samenwerking bij criminele zaken
● 1995 toetreding Oostenrijk, Finland en Zweden (EU-15)
● 1997 Verdrag van Amsterdam:
○ Amendementen EG Verdrag: werkgelegenheidsbeleid toegevoegd
○ Amendementen EU Verdrag: communautarisering van migratiebeleid en civiele zaken
(werd Title IV van het EG Verdrag, alleen crimineel recht bleef onder de derde pilaar
met nieuwe naam: Police and Judicial Cooperation in Criminal Matters)
● 2001 Verdrag van Nice: voorbereiding van de EU op Oostelijke uitbreiding, voornamelijk
institutionele veranderingen
● 2004 ‘The Big Bang van tien lidstaten’ (EU-25): Cyprus, Malta, Letland, Litouwen, Estland,
Polen, Hongarije, Slovenië, Slowakije, Tsjechië
● 2004 Verdrag van de Grondwet voor Europa: negatieve referenda in Nederland en Frankrijk
● 2007 Verdrag van Lissabon: afschaffing van de EG en de drie-pilarenstructuur van de EU
Huidige structuur van de EU:
● Verdrag van de Europese Unie/Treaty on European Union (TEU):
○ Constitutionele wetgeving
, ○ Common Foreign and Security Policy (CFSP)
● Europese Gemeenschap: Verdrag over het Functioneren van de Europese Unie/Treaty on the
Functioning of the European Union
○ Beleid van de EU: inclusief voorheen derde pilaar
○ Gedetailleerde regels voor de instituties
● Charter of Fundamental Rights of the EU (ookwel: Charter): 6 TEU
● Euratom
Lissabon amendementen: eerste drie vormen samen de Europese Unie
● Europees Verdrag (Treaty on European Union, 1992) → Treaty on European Union, TEU
● EG Verdrag (Treaty establishing the European Community, 1957) → Treaty on the
Functioning of the European Union, TFEU
● Charter (Charter of Fundamental Rights *soft law*, 2000) → Charter of Fundamental Rights
*bindend document*, Charter
● Euratom Verdrag (Treaty establishing the European Atomic Energy Community, 1957) →
Treaty establishing the European Atomic Energy Community, Euratom
Historische ontwikkelingen II:
● 2007: toetreding Bulgarije en Roemenië (EU-27)
● 2013: Toetreding Kroatië (EU-28)
● 2002: Brexit (EU-27)
EU-instituties: Artikel 13 TEU
● Europese Raad (European Council): Artikel 15 TEU
○ Hoofden van de staatsregering + eigen President (Charles Michel) + President
Commissie (Ursula von der Leyen)
○ Verschaft drijfkracht en schetst de algemene politieke richtingen en prioriteiten van
de EU (geen wetgeving)
○ Consensus, tenzij….
● Raad (van ministers): Artikel 16 TEU
○ 27 vertegenwoordigers van regeringen (ministers), intergouvernementele institutie
■ 10 verschillende configuraties: afhankelijk van het onderwerp
■ Gekwalificeerde meerderheid: tenzij…
● Unanimiteit: harmonisering van indirecte belastingen (Artikel 113
TFEU) of onvoorziene zaken (Artikel 352 TFEU)
● Simpele meerderheid: Regels van Procedure (Artikel 240(3) TFEU)
■ Gekwalificeerde meerderheid:
● 55% en 65% regel sinds november 2014 (Artikel 16(4) TEU)
● Transitionele periode tot 31 maart 2017 (Artikel 16(5) TEU)
○ Wetgever en budgettaire machten (beide samen met EP)
● (Europese) Commissie: Artikel 17 TEU
○ Altijd 1 Commissaris per lidstaat maar ⅔ regel sinds Lissabon (Artikel 17(5) TEU
■ Maar Iers referendum: nog steeds 1 commissaris per lidstaat, Von der Leyen
Commissie heeft dus 27 leden
○ Taken: Artikel 17(1) TEU
■ (Bijna) exclusieve recht op initiatief
, ■ Aannemen van niet-wetgevende handelingen: gedelegeerd, implementerende
handelingen
■ Supervisie-taken: bijvoorbeeld schendingen van kartelverbod door bedrijven
of actie voor schendingen tegen lidstaat (Artikel 258 TFEU)
■ Onderhandelen van EU-Verdragen: bijvoorbeeld CETA en TTIP
○ Simpele meerderheid (van leden): Artikel 250 TFEU
● Europees Parlement: Artikel 14 TEU
○ 751 leden: direct verkozen sinds 1979
■ Elke 5 jaar
■ Vertegenwoordigen de burgers van de Unie
■ Leden vormen Europese politieke partijen
○ Wetgever (samen met Raad): soms opinie of consent (onder speciale wetgevende
procedures, slp)
○ Budgettaire autoriteit (ook samen met Raad)
○ Supervisie op het beleid van de Commissie
○ Verkiezen de President en keuren de Commissie goed als lichaam: Artikel 17(7)
TEU)
○ Sturen de Commissie naar huis door haar beilei door het aannemen van motie van
censuur (Artikel 17(8) TEU)
○ Simpele meerderheid: van uitgegeven stemmen (Artikel 231 TFEU)
● Het Gerechtshof (Court of Justice): Artikel 19 TEU
○ CJEU:
■ Court of Justice (ECJ): 27 rechters, 8 Advocates General)
■ General Court: 54 rechters, Court of First Instance
■ Gespecialiseerde rechtbanken: alleen Civil Service Tribunal, van 2004-2016
○ Taak: verzekeren dat EU-recht correct geïnterpreteerd en toegepast wordt: drie
categorieën van competenties
■ Directe acties: dispuut schikking, A versus B
● Institutie versus institutie
● Lidstaat versus lidstaat
● Lidstaat versus institutie (of andersom)
● Private individuen versus institutie
■ Geven voorbarige uitspraken (preliminary rulings) op verzoek van nationale
rechters: Artikel 267 TFEU
● Private individuen versus lidstaat
● Private individuen versus private individuen
■ Verschillende andere taken: bijv. het geven van advies gebonden opinions
over schets overeenkomsten tussen EU en derde landen
○ Meerderheid: maar stemming is geheim
● Europese Centrale Bank
● Europese Rekenkamer (Court of Auditors)
WERKGROEP 2 - EU DECISION-MAKING: HUMAN RIGHTS
Decision-making competences of the EU:
● De Verdragen (TFEU): raamwerken, gedetailleerde regels over besluiten van de EU-instituties
● Artikel 5(2) TEU: het principe van conferral (attributie van machten), de Unie handelt alleen
binnen de limieten van haar competenties die tot haar zijn overgedragen door de lidstaten in
, de Verdragen om de doelen te behalen die daarin worden beschreven. Competenties die niet
worden overgedragen aan de Unie in de Verdragen blijven binnen de lidstaten.
○ Er moet een legale basis gevonden worden: TFEU
■ Bindend: reguleringen, directives, etc.
■ Niet-bindend: soft law
○ Elke legale basis bevat:
■ Onderwerp
■ Toepasbare besluitvormingsprocedure
■ Soms: een type legaal instrument of verbod op harmonisatie
● Voorbeelden:
○ Primary law TFEU:
■ Artikel 43(2): agricultuur en visserij (OLP)
■ Artikel 113: harmonisatie van indirecte belastingen (SLP, unanimiteit Raad
en mening EP)
■ Artikel 114(1): interne markt (OLP)
■ Artikel 168(5): publieke gezondheid (OLP, geen harmonisatie)
■ Artikel 352: onvoorziene gevallen (SLP, unanimiteit Raad en consent EP)
○ Secondary law TFEU: basishandelingen, na Verdrag van Lissabon ook de
‘wetgevende handelingen’ van het Europees Parlement en de Raad (Regulation,
Directive, Decision)
● Ordinary Legislative Procedure (OLP): Artikel 289 en 294 TFEU
○ (Commissie-) Voorstel wordt verstuurd naar het Europees Parlement en de Raad (van
Ministers)
○ Eerste lezing
○ Europees Parlement neem positie in:
■ Raad keurt positie van het EP goed, aanname van de wet in de bewoording
van het EP
■ Raad keurt positie van het EP niet goed, Raad neemt eigen positie in:
● Tweede lezing:
○ EP keurt de positie van de Raad goed (of reageert niet):
■ Wet aangenomen
○ EP keurt positie van de Raad af: veto
■ Wet afgewezen
○ EP stelt amendementen voor:
■ Herkeuring door de Commissie
● De Raad keurt de amendementen goed:
○ Wet aangenomen
● De Raad keurt niet alle amendementen goed:
○ Conciliation Committee (CC):
■ CC keurt de gedeelde tekst
goed: derde lezing en laatste
overweging van het EP,
bepalend voor
aanname/afwijzen van de
wet
■ CC keurt de gedeelde tekst
niet goed: wet afgewezen