Overzicht van alle onderzoeksmiddelen (vragenlijsten, testen, interviews, observaties) uit de hoorcolleges van MKD + het boek handboek psychodiagnostiek van Tak et al.
Welk onderzoeksmiddel kies je?
Vraag jezelf vooraf af 1. Wat is de aard van de vraagstelling?
- Selectie en classificatie (Welke toekomstige situatie sluit het beste aan bij de cognitieve mogelijkheden van deze persoon?)
- Diagnostiek (Wat zijn de sterkere en zwakkere vaardigheden van deze persoon?)
2. Wat is de leeftijd van het kind?
- Leeftijdscategorie 4-7 jaar? → test voor oudere kinderen (bv. WISC) of kleuters? (bv. WPPSI-III) → kijk goed naar het
ontwikkelingsniveau.
3. Wat zijn de communicatieve mogelijkheden van een kind?
- Verbale (WPPSI-III/WISC/WAIS-IV) of non-verbale (Raven-CPM/SON-R) test?
- NCDI: vragenlijst voor ouder met kind in leeftijd 8-30 maanden om communicatieve vaardigheden in kaart te brengen
4. Heeft het kind eerder een intelligentietest gedaan?
Zo ja, dan misschien hertest (RAKIT-II/GIT-II) of (WNV)
Probleemanalyse of Hoe weet je of je een onderzoeksmiddel in de probleemanalyse of verklaringsanalyse moet gebruiken?
verklaringsanalyse? Dit hangt af van je hulpvraag:
➢ Wil je de aard en ernst van het probleem in kaart brengen? → probleemanalyse (meestal alleen ASEBA-vragenlijsten en
DSM-V)
➢ Wil je een mogelijke verklaring geven voor het probleem? → verklaringsanalyse
HC1: Onderzoeksmiddelen probleemanalyse → toetsen van aard & ernst van het probleem + classificatie
Meet…
Aard van het ASEBA vragenlijsten (1,5-5 jaar & 6-18 jaar) → dimensionaal
probleem ▪ TRF: Teacher Report Form (voor leraar)
▪ CBCL: Child Behavioral Checklist (voor ouder)
▪ YSR: Youth Self Report (voor kind 11-18 jaar)
➢ Nadeel 1: niet alle gedragingen passen in de syndroomscore/classificatie
Oplossing = DSM-V → meer gericht op de ernstigere groepen
Meetpretentie: probleemgedrag en vaardigheden
Classificatie DSM-V (GAF-score) → categoriaal
➢ Nadeel 1: lage validiteit want DSM schalen zijn vooral gericht op ‘de klinische populatie’ (ernstigere groepen), de ASEBA’s meten
ook de wat ‘mildere groepen’
, ➢ Nadeel 2: De GAF-score is vaak onbetrouwbaar
Oplossing = criteria Rutter → Onderscheidt 10 criteria om de mate van ernst van een stoornis te bepalen
Meetpretentie: classificatie
Classificatie = kenmerken van een stoornis onderbrengen bij een, in het vakgebied bekend, type probleem (het ‘label’, bv. autisme)
Diagnose = het uitgebreidere verhaal erachter
Ernst van het ASEBA vragenlijsten → syndroomschalen
probleem CITO leerlingsvolgsysteem
Competentieschalen (bv. CBSK, leeftijd 8+) voor aanwijzen protectieve factoren
10 diagnostische criteria Rutter
10 diagnostische 1. Past het gedrag bij de leeftijd van de leerling?
criteria van Rutter 2. Hoe lang duren de problemen?
3. Zijn de problemen begrijpelijk gezien de omstandigheden?
4. Past het gedrag in de (sub)cultuur waartoe het kind behoort?
5. Zijn er veel problemen met een hoge frequentie?
6. Welke type problemen zijn er?
7. Hoe intens zijn de problemen?
8. Is de gedragsverandering begrijpelijk gezien het verleden of is deze geheel onverwacht?
9. Komt dit gedrag in een of meerdere situaties voor?
10. Belemmert probleemgedrag ook andere gebieden zoals leren, werkhouding, sociale contacten?
HC3+4: Onderzoeksmiddelen verklaringsanalyse → toetsen van je onderzoekshypothese door meten van intelligentie
Overzicht Verbale intelligentietesten:
Intelligentietesten WPPSI-III → jong (2 jaar en 6 maanden tot 7 jaar en 11 maanden)
WISC-III en de WISC-V-NL → jong tot tiener (6 jaar tot 16 jaar en 11 maanden)
WAIS-IV → tiener en adolescent (16+)
Rakit-II (hertest) → jong (4 jaar tot 12 jaar en 6 maanden) → functioneert als hertest van WPPSI-III
GIT-II (hertest) → tiener en adolescent (16+) → functioneert als hertest van WISC/WAIS
Non-verbale intelligentietesten: (voor slechthorenden/kind met niet NL-achtergrond)
Raven-CPM (verouderd) → jong (4-10)
SON-R → jong & oud (2-,5--40)
WNV (hertest) → jong & oud (4 jaar tot 21 jaar en 11 maanden) → functioneert als hertest van de SON-R
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Tessadana. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.