Samenvatting Mondige burgers, getemde professionals
H1: meer ruimte voor professional?
Er is tegenwoordig veel bureaucratie. Er wordt meer aandacht besteed aan rapportages, dan aan
echte zorg. Wat is er aan de hand dat zo veel mensen voor meer ruimte en meer waardering voor
professionals pleiten?
- De overheid denkt aan grote groepen tegelijk: zo veel mogelijk mensen die geholpen,
genezen worden etc. Kleine gevallen tellen niet, dus worden snel afgehandeld. Denk aan
minuten tellen in de thuiszorg.
- Burgers denken alleen aan zichzelf, hun ziekte, hun leed, hun kind. Ze zijn niet geïnteresseerd
in de wachtlijsten of cito-score in het algemeen, maar in de klas niet goed tot zijn recht
komende kind en in het heil van hun eigen demente moeder. Wachtlijsten mogen langer
worden, zolang ze maar geholpen worden.
- Cliënten zijn mondiger geworden, nemen niet langer genoeg met een advies op recept, dit
kunnen ze zelf ook wel opzoeken. Het maakt niet uit dat hun tijd op is, ze praten door.
Het resultaat hiervan is dat de professional het voortdurend fout doet. Als ze de bureaucratische
logica volgen doen ze tekort aan het lot van de cliënt, maar als ze dit niet doen dragen ze niet bij aan
de statistiek en zijn ze niet professioneel en zakelijk.
De professionele logica is ondergesneeuwd door de marktlogica en de bureaucratische logica. Dit zijn
4 ontwikkelingen die ervoor zorgden dat dit gebeurde:
1. Autoriteit en gezag verkruimeld
Vanaf de jaren 60 werden professionals als te machtig gezien die cliënten monddood maakten.
De autoriteit van professionals werd aangevallen, en is sindsdien verkruimeld. De hulpverlener
moet passen bij de vraag van de cliënt, zo niet, zoekt de cliënt een ander. Ook moet er
kwaliteitsbewijs zijn, wat ten koste gaat van je kerntaken.
2. Schaarste aan middelen
Er zijn meer mogelijkheden (diagnose, preventie etc.) die veel geld kosten.
De wet van Baumol: naarmate naar de arbeidsproductiviteit in de marktsector stijgt wordt de
publieke dienstverlening steeds duurder. De arbeidsproductiviteit in de dienstverlening kan niet
stijgen, je kunt niet sneller iemand wassen. Een auto wassen kan wel sneller.
3. Ontzuiling en individualisering
Ontzuiling: het afnemen of verdwijnen van de invloed van politieke of levensbeschouwelijke
groepen. Individuen gaan eigen keuzes maken i.p.v. beïnvloed door groepen. Professionals
moeten zwaarwegende morele interventies plegen, zonder dat zij hiervoor van de samenleving
het morele mandaat krijgen. Er is een tegenstrijd tussen de roep om krachtdadig op te treden
maar beperkt maatschappelijk mandaat om dit te doen, tegen het ontbreken van morele kaders
van waaruit dit gelegitimeerd is.
4. Toegenomen complexiteit van problemen en interventiemogelijkheden
Er is veel meer mogelijk, wat voor complexiteit zorgt. Bijv. meer diagnoses, maar niet alles past
bij het hulpaanbod van instellingen. Professionals in de zorg bevinden zich in een double bind:
enerzijds ‘bemoei je er niet mee’ en anderzijds ‘waarom heb je niet ingegrepen?’ Instellingen
gaan zich indekken door zo veel mogelijk vast te leggen wat ze hebben gedaan, ze durven niet
meer te doen wat echt nodig is, uit angst de schuld te krijgen.
Er is dus meer ruimte nodig, maar hier zitten risico’s aan verbonden:
- Het blijft bij een kreet.
- Meer ruimte en herwaardering voor professionals wordt vertaald in een hoger salaris. Maar
dit hoeft niet te betekenen dat de problemen die tot die ruimte leidde, daarmee zijn
opgelost, de bureaucratie wordt niet minder.