Ridders en boeren: beeld en
werkelijkheid (bladzijde 240-253)
Ruiters worden ridders
● Ruiters in de feodale oorlogvoering werden steeds professioneler: wapenuitrusting
werd verbeterd door nieuwe technische ontwikkelingen, vaardigheid werd verbeterd
door training. Voor dit alles was rijkdom nodig en dus waren ruiters vaak aristocraten.
● Om ruiter te kunnen zijn moest je dus rijk zijn, je moest in de juiste stand geboren
zijn, je moest fysiek geschikt zijn, talent hebben en loyaal zijn.
● Doordat de ruiters technisch en tactisch bekwaam waren en ze een cruciale rol
speelden in oorlogstijd en bij kruistochten, kregen ze meer en meer aanzien. De
hoge aristocratie gaat zich identificeren met de lage adel en niet-adel, omdat die
allemaal aanzien krijgen als ruiter. Zo ontstaat er een versmelting in de militair scene
van hoge en lage adel. Dit is de basis voor een ‘adel-nieuwe-stijl’, waarbij er een ere-
en gedragscode ontstaan onder de militairen. Vanaf dit moment geldt: ruiter=ridder
en spreken we van een ridderstand.
● Ridders werden vanaf het begin door de kerk ondersteund onder het mum van
‘miles Christi’ (=soldaat van Christus). Zij trokken dan ten strijde om christelijke
deugden als vrede en bescherming van weerlozen te beschermen. De geestelijke
stand werd ook ‘verridderlijkt’.
● Er komen ridderordes, zoals de tempeliers (Orde van de Tempel), de orde van Sint
Jan van Jeruzalem (die was ontstaan om voor gewonde pelgrims te zorgen) en de
Orde van het Hospitaal van de Heilige Maria van de Duitsers (de Duitse Orde).
● Er was kritiek vanuit de kerk op de ‘gewone’ ridders, dus ridders die niet aangesloten
waren bij een orde of vochten voor de idealen van de kerk. De kritiek ging over de
uitdossing van de ridders die overdreven was (teveel pracht en praal) en over de
toernooien die georganiseerd werden waar steekspelen en teamgevechten werden
gehouden. De spelregels werden onder druk van de kerk wel aangepast maar de
toernooien werden nooit afgeschaft.
Ridderlijkheid en hoofsheid: nieuwe spelregels voor het verkeer in hogere kringen
● Om ridder te worden moest je deelnemen aan het inauguratieceremonieel, waarbij
een gedragscode hoorde. Dit kan je zien als een soort etiquette, waaraan men zich
moet houden. Dit was bedoeld om jonge mannen die werden opgevoed tot mannen
die enkel en alleen met strijd bezig waren, in het gareel te houden, en om op deze
manier eer en respect te vergaren. De deugden die nagestreefd werden zijn: trouw,
zuiverheid, matigheid, volharding, eergevoel, vrijgevigheid en dienstbaarheid, waar
bij kwam dat je fysieke kracht, lichaamsbeheersing en kennis van de wereld moest
hebben. Hiervan is eer het belangrijkste. Dit kon je verkrijgen door een hoge sociale
status, maar vooral door eervolle daden te doen voor een vrouw, vorst of voor de
kerk.
● Over het idee van hoofse liefde (een man is verliefd op een onbereikbare vrouw)
zou je kunnen zeggen dat het een metafoor is voor de trouw die vazallen aan hun
leenheer verschuldigd zijn, en dat de liefde staat voor ambities om eer te verwerven
dmv vechten.