Samenvatting week 3
Zijn man-vrouw-verschillen biologisch of sociaal-cultureel bepaald? (3.2.)
Mannen en vrouwen verschillen qua DNA, hormoonproductie en geslachtsorganen, maar verschillen
ook door de omgeving gerelateerde man-vrouw verschillen die ontstaan.
Verschil biologische en sociale geslachten
Biologische geslachten (seksen) = blijven altijd gelijk
Sociale geslachten (genders) = hangen af van de tijdsgeest of cultuur waarin je ter wereld komt
Je biologische geslacht kan het gedrag op 2 manieren beïnvloeden:
➢ Direct = biologische man-vrouw verschillen
➢ Indirect = omgeving gerelateerde man-vrouwverschillen)
Verschillende biologische routes waarop verschillen in het geslacht kunnen ontstaan:
1. Het Y-chromosoom – XY versus XX
❖ Alle 22 chromosomenparen zijn identiek voor mannen en vrouwen, behalve het 23ste par –
die verschilt
❖ Het Y-chromosoom is een stuk kleiner dan het X-chromosoom (ongeveer een derde deel)
❖ SRY-gen = een gen op het Y-chromosoom, wat ervoor zorgt dat het geslachtsorgaan zich in
een mannelijke vorm ontwikkelt
2. 2 X-chromosomen – 2 keer X versus 1 keer X
❖ Alle genen die op het X-chromosoom actief zijn, zullen bij vrouwen in 2 versies voorkomen,
bij mannen in 1 versie. Als er een gen op het X-chromosoom defect is, dan heeft een jongen
daar meer last van dan een meisje
3. Hormonen – Oestrogeen en progesteron versus testosteron
❖ Van foetussen met het Y-chromosoom
= ontwikkelen de teelballen al 6 weken na de bevruchting hormonen die instaan voor de
ontwikkeling van het uitwendige mannelijke geslacht
❖ Bij pubermeisjes zorgt de hormoonproductie van oestrogenen en progesteron in de
eierstokken voor de verdere vervrouwelijking van het uitwendige geslachtsorgaan en andere
secundaire geslachtskenmerken
❖ Wetenschappers verklaarde de verschillen tussen mannen en vrouwen vanuit hormonen,
maar:
✓ Maar mannen produceren ook oestrogenen en progesteron, en vrouwen testosteron.
Alleen doen ze dat in verschillende mate – de hormonen worden soms in elkaar omgezet
✓ De werking van hormonen is complexer dan gedacht
✓ De geslachtsverschillen in hoeveelheid hormoonproductie zijn niet op elke leeftijd
dezelfde. De impact van geslachtschromosomen (de X- en Y-chromosomen) en
hormonen op het lichaam verschilt dan ook per leeftijdsfase.
❖ Of de geslachtsverschillen in hormonen het menselijke brein en hiermee de
geslachtsverschillen in gedrag in eenzelfde mate beïnvloeden als ze de ontwikkeling van
geslachtsorganen beïnvloeden, wordt nog volop onderzocht
,4. Omgeving gerelateerde – typisch meisjes/jongens
❖ Man-vrouwverschillen kunnen ook (on)bewust, socio-cultureel bepaald worden door de
nabije omgeving (je gezin) of verdere omgeving (de maatschappij/cultuur) en de tijdsgeest
waarin je opgroeit
✓ VB: experiment waaruit blijkt dat ouders onbewust taalstereotypen gebruiken → zo
brengen de ouders impliciet verschillende verwachtingen over aan zonen of dochters
❖ Dus een interactie tussen aanleg en omgeving
❖ Socio-culturele en socio-economische opvattingen over vrouwen en mannen hebben een
invloed op meetbare vaardigheden als intelligentie en gezondheid
5. Biologische of omgeving gerelateerde
❖ De effecten van geslachtshormonen op gedrag werden lang gezien als eenrichtingsverkeer.
❖ Terwijl je biologische geslacht bepaald of je een overwicht aan oestrogeen en progesteron
dan wel aan testosteron hebt, kunnen socio-cultureel bepaalde parameters – mannelijk
machtsvertoon of vrouwelijke zorgtaken – die hormoonlevels beïnvloeden.
Gedragsverschillen tussen man en vrouw zijn dus het gevolg van een interactie tussen
biologische en omgevingsfactoren
✓ Zo toonde een onderzoek bijvoorbeeld aan dat testosteronniveaus door de omgeving
kunnen worden beïnvloed
Hormoonmetabolisme
Metaboliet = tussenstof
➢ Progesteron
❖ Betrokken bij menstruatiecyclus, zwangerschap, embryonale ontwikkeling
❖ Metaboliet voor: geslachtshormonen, corticosteroïden
➢ Androsteendion
❖ Aangemaakt in teelballen, eierstokken, bijnierschors;
❖ Voorlopers van testosteron en oestron;
❖ Vroeger gebruikt om spieren te vergroten
➢ Testosteron
❖ Mannen: ontwikkeling
mannelijke geslachtsorganen
❖ Mannen en vrouwen:
ontwikkeling spieren, botten,
huid; belangrijk voor libido
, Hoe zingende zebravinkjes (en hun zwijgende vrouwtjes) neurowetenschappers aan het denken
zetten (3.3.)
Volwassenen man-vrouw breinen
➢ Een verschil is de INAH-3 = de derde interstitiële kern van de anterieure hypothalamus
= zorgt voor de afgifte van geslachtshormonen en is betrokken bij ons voortplantingsgedrag –
groter bij 60% van de mannen
Nadeel: dit verschil kan ook komen door omgevingsfactoren, omdat het een volwassen brein is
➢ Hersengrootte
❖ De hersenen van mannen zijn in hun geheel groter dan die van vrouwen, maar onderzoekers
zijn het niet zeker of dit betekenisvol is
Mannen zijn immers vaak ook langer dan vrouwen en hebben grotere organen & de
gevonden effectgroottes waren niet altijd betekenisvol
➢ Niet-dimorf versus dimorf
❖ Er is geen sprake van dimorfie of een wederzijds exclusief mannelijk en vrouwelijk
breinverschil – er is nog altijd en overlap van 50% tussen de totale hersenomvang van
mannen en vrouwen, want maakt dat er geen exclusief mannen- of vrouwenbrein is
Onvolwassen man-vrouw breinen
➢ Of ook bij baby’s een verschil in hersengrootte is, is geen eenduidig beeld op
❖ Sommige studies stelden dat het brein van babyjongens bij de geboorte 1,02 tot 1,08 keer
groter zijn dan die van babymeisjes
❖ Andere studies lieten geen statistisch relevant verschil zien bij de geboorte, maar ze stelde
wel vast dat hersenen van jongens relevant sneller groeien dan hersenen van meisjes in de
eerste maanden na de geboorte
➢ De hersenverschillen tussen babyjongens en babymeisjes onderling zijn veel groter dan de
gemiddelde hersenverschillen tussen jongens en meisjes op groepsniveau. De oorzaak van de
onderlinge variatie in hersenomvang was, veel meer dan het verschil in geslacht, een verschil in
geboorteleeftijd
➢ Het grootste en meest robuuste verschil werd gevonden in de witte stof
= die neemt meer ruimte in bij jongens dan bij meisjes. De overige verschillen zijn minder
indrukwekkend
➢ Kortom: Er zijn studies die laten zien dat de hersenen van jongens in aanleg groter zijn dan die
van meisjes (zelfs al voor de geboorte), maar neurowetenschappers betwisten of dat effect op de
hersenen specifieker is dan het algemene verschil in lichaamsgrootte
Uniek brein mozaïek
➢ Er is dus weinig neurowetenschappelijk bewijs voor een exclusief mannelijk/vrouwelijk brein
➢ Zowel mannen als vrouwen hadden hersendelen die wat dichter bij het mannelijke gemiddelde
lagen en andere delen die dichter bij het vrouwelijke gemiddelde lagen.
Conclusie: er zijn geen hersendelen die je als exclusief mannelijk of vrouwelijk kunt beschouwen.
Daarvoor zijn de verschillen te klein en de onderlinge verschillen en overlap te groot
❖ De kans dat een man en vrouw hetzelfde breintype hebben is hetzelfde als de kans dat 2
mannen (of 2 vrouwen) hetzelfde breintype hebben
❖ Veel vaker is er daarom een mix, waarbij de hersendelen van een willekeurige man of vrouw
dan wat meer vrouwelijk, dan wat meer mannelijk zijn