Inleiding Onderzoek
Literatuur: Hoofdstuk 1 en 2 ‘onderzoeksmethoden’, Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 9.1-9.4 ‘statistical
methods for the social sciences’, Syllabus en Colleges
Wetenschap & Onderzoek
Wetenschap is een systematisch geheel van kennis. Het heeft een aantal kenmerken:
● Kennis is theoretisch van aard: het gaat om een samenhangend geheel van uitspraken
waarmee wordt geprobeerd om allerlei sociale verschijnselen te beschrijven, te verklaren
of te voorspellen.
● Uitkomsten staan niet ‘vast’, het staat altijd open voor kritiek.
● Open communicatie
● Neutrale positie
Onderzoek in de sociale wetenschappen gaat het met name over gedrag en interactie van
mensen. Het doel van onderzoek is antwoord geven op vragen. Nieuwsgierigheid is hierbij een
belangrijke drijfveer. Het zou uiteindelijk moeten leiden tot het beter begrijpen van de wereld.
Wetenschappers proberen inzichten te krijgen over losse waarnemingen en relaties daarin. Het
doel is om systematische, empirische waarnemingen van bepaalde aspecten van de sociale
werkelijkheid te verzamelen om daarover theoretische inzichten te ontwikkelen of om eerder
ontwikkelde theoretische inzichten te toetsen.
Naïve kennis
Veel kennis is ‘naïef’. Vaak is het niet gebaseerd op onderzoek, maar op de volgende aspecten:
● Gewoontes: Het feit dat iets al jaren op een bepaalde manier gebeurt is geen goed
argument.
● ‘Wishful thinking’: Graag gelijk willen hebben, eerst geloven, daarna pas zien
(tunnelvisie).
● Meningen van autoriteiten: Feit dat iemand iets zegt, zegt niet dat het echt waar is.
Autoriteit is niet per definitie fout, maar autoriteit maakt je geen expert.
● Ideologie: Religie, politieke stroming, homeopathie (werkzame stof dusdanig verdunnen
dat er geen werkzame stof in zit, zou tegengesteld effect moeten hebben)
● Intuïtie: ‘’knowledge of the heart’’, gevoel dat iets zo is.
Naïeve kennis is vaak niet geschikt, wetenschappelijke kennis is nodig om verder te komen.
Aan de andere kant is er vaak geen duidelijke grens tussen wat wel en geen wetenschap is.
1
, Empirisch-analytische en empirisch-interpretatieve benadering
Empirisch-analytische benadering: Grofweg algemeen geldende wetmatigheden ontdekken. Het
is gebaseerd op de natuurwetenschappen en objectief.
Empirisch-interpretatieve benadering: Proberen gedrag vanuit de context te begrijpen/verklaren.
Het is iets minder objectief, want het wordt meer in woorden uitgedrukt.
Wetenschappers kiezen vaak de een of de ander en verschillen daardoor vaak in de keuze voor
de probleemstellingen en het onderzoeksontwerp. Daarnaast worden waarnemingen op
verschillende manieren geanalyseerd.
Fundamenteel vs. Praktijkgericht onderzoek
Fundamenteel: Als doel bijdrage leveren aan de wetenschap.
Praktijkgericht: Als doel bijdrage leveren aan de maatschappij.
Toetsend vs. Explorerend/exploratief onderzoek
Toetsend: Specifieke uitspraken doen over hetgeen je verwacht aan te treffen in de sociale
werkelijkheid door specifieke hypothesen af te leiden van de theoretische inzichten die al
verworven zijn in eerder onderzoek.
Explorerend: Dmv onderzoek de sociale werkelijkheid verkennen, omdat naar dat aspect van de
werkelijkheid nog vrijwel geen onderzoek is gedaan.
Probleemstelling en onderzoeksontwerpen
Om de relatie te leggen tussen wetenschappelijke uitspraken en empirische waarnemingen
moet je eerst wetenschappelijke definities opstellen van de abstracte begrippen die je gebruikt.
Belangrijk in het onderzoeksproces is dat onderzoekers op een transparante manier kenbaar
moeten maken hoe zij hun vraagstelling en abstracte begrippen daadwerkelijk waarneembaar
denken te maken. Betrouwbaarheid en validiteit van de verzamelde gegevens is van belang.
Onderzoekers hebben tradities ontwikkeld voor het kiezen van probleemstellingen en de daarbij
horende onderzoeksontwerpen.
Methodenleer: Het geheel van onderzoeksmethoden waarover de sociale wetenschappen
inmiddels beschikken. ‘Leer’ omdat er een samenhang is, je kan je erin verdiepen en je kan het
overdragen.
Methodologie: De wetenschap van de sociaalwetenschappelijke methoden (methodenleer hoort
hierbij, maar het omvat meer).
2