nauwelijks conclusies worden getrokken over de mate waarin
gevangenisstraf gevolgen op verschillende levensdomeinen veroorzaakt.
De bestaande onderzoeken concluderen dat er waarschijnlijk geen sprake
is van positieve resocialisatie door vrijheidsstraffen, en dat eerder uit
gegaan dient te worden van mogelijke schade door detentie. Voorbeelden
van kansrijke interventies zijn de aanbieding van basiseducatie,
specifieke opleidingscursussen, cognitieve gedragstrainingen en
arbeidstoeleidingsprogramma’s. Minder goede resultaten zijn behaald
met boot camps en met de behandeling van drugsverslaafden tijdens de
detentie met methadonverstrekking of ongestructureerde
groepstherapieën.
HOOFDSTUK 8
8.1 INLEIDING
Voor de jaren zeventig was de strafrechtspleging in westerse landen altijd
sterk dadergericht. In het strafproces was voor het slachtoffer toen alleen
een rol weggelegd als getuige die kon bijdragen aan de
waarheidsvinding. Pas na de jaren zeventig ontstond er enige serieuze
belangstelling voor de andere kant van misdrijven, de kant van de
slachtoffers: de gedupeerde partij. In deze tijd werd bijvoorbeeld ook
Slachtofferhulp opgezet. In die jaren kwam er ook kritiek op de
onverschillige, soms zelf vijandelijke manier waarop politierechercheurs,
officieren van justitie en rechters vaak met slachtoffers omgingen. De
slachtofferervaring is vaak op zichzelf al pijnlijk genoeg, maar de slechte
bejegening door allerlei instanties maakt de negatieve impact vervolgens
alleen maar erger. Het verschijnsel dat de institutionele reacties op
slachtoffers hun problemen niet verlichten maar slechts vergroten, staat
bekend als secundaire victimisatie. Door de negatieve ervaringen van
slachtoffers met politie en justitie te beschrijven, hebben criminologen
ertoe bijgedragen dat de bejegening van slachtoffers de afgelopen
decennia gaandeweg is verbeterd. De meningen lopen uiteen over de
vraag of dit een wenselijke ontwikkeling is. Veel strafrechtjuristen menen
dat meer aandacht voor slachtoffers zal leiden tot verharding van het
strafklimaat, terwijl de slachtoffers er zelf niet of nauwelijks bij zijn
gebaat.
8.1.1. VICTIMOLOGIE
Het belangrijkste onderzoeksthema binnen de victimologie is de zorg
voor en hulpverlening aan slachtoffers binnen of buiten het kader van de
strafrechtspleging.
96
, De eerste criminologen die zich in de slachtofferkant van criminaliteit
verdiepten, waren vooral geïnteresseerd in de rol die het slachtoffer had
gespeeld in de voorgeschiedenis van of aanloop tot het misdrijf. Zij waren
vooral geïnteresseerd in de mate waarin het slachtoffer zelf heeft
bijgedragen aan het plegen van een delict door de dader. Op dit soort
victimologische typologieën waarin de medeschuld van het slachtoffer
centraal staat, is later veel kritiek gekomen. Door dergelijke
interpretaties worden daders van misdrijven een soort van vrijgepleit en
de slachtoffers de schuld toegeschoven. Dit wordt victim blaming
genoemd.
Sommige victimologen rekenen ook de problematiek van slachtoffers van
ongelukken of natuurrampen tot hun studiegebied. Zij pleiten voor een
‘algemene victimologie’. De psychische en materiële problemen waarmee
slachtoffers van misdrijven worstelen zijn deels identiek aan die van
andere levensgebeurtenissen. De context van misdrijven is echter een
andere, want daarbij gaat het in de regel om schade die opzettelijk door
een medemens is toegebracht. De aard van de schokkende gebeurtenis
maakt ook voor de gevolgen ervan verschil. De victimologie richt zich in
de eerste plaats op de slachtoffers van nationale en internationale
misdrijven.
De Verenigde Naties hanteert de volgende definitie van slachtoffers:
personen die schade hebben opgelopen ten gevolge van misdrijven of van
ernstige schendingen van mensenrechten.
8.1.2. KRINGEN VAN SLACHTOFFERSCHAP
Binnen de verschillende vormen van slachtofferschap zijn er drie
categorieën te onderscheiden:
Primaire slachtoffers: Individuele personen of rechtspersonen die
rechtstreeks schade hebben geleden van een misdrijf, alsmede de
nabestaanden van slachtoffers van levensmisdrijven en ouders van
minderjarige slachtoffers.
In zulke gevallen is er een gedupeerde partij, die volgens de
normen van het burgerlijke recht aanspraak kan maken op
schadevergoeding. De meeste juridische regelingen voor
slachtoffers hebben betrekking op de primaire slachtoffers. Aan de
directe nabestaanden van slachtoffers worden vaak dezelfde
rechten toegekend als aan de primaire slachtoffers. Tot de primaire
slachtoffers worden ook gerekend organisaties en
overheidsinstellingen die schade oplopen ten gevolge van
misdrijven, bijvoorbeeld overvallen, diefstallen en vernielingen van
openbare voorzieningen. Dit worden rechtspersonen genoemd.
97
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper LM257. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.