Module 2 - Subjecten van het internationale recht
Introductie
In module 1 werd het fundament voor het begrijpen van het internationale recht
gelegd. In deze module wordt daar op voortgebouwd. De vraag komt aan de orde
welke actoren een rol spelen binnen het internationale rechtsstelsel. Net als de
Nederlandse rechtsorde zijn er een aantal participanten in dit systeem die hiervan
deel uitmaken, hieraan deelnemen en er vorm aan geven. Het doel van deze module
is om de belangrijkste subjecten te introduceren en uitleg te geven over de criteria
waaraan zij moeten voldoen willen zij erkend worden als rechtssubject.
De focus van deze module ligt bij staten en internationale organisaties. Hoewel
actoren zoals non-gouvernementele organisaties een steeds belangrijkere rol van
betekenis spelen in het internationale rechtsstelsel, worden staat en internationale
organisaties nog steeds beschouwd als de belangrijkste spelers in deze rechtsorde.
Internationaal recht is aan het veranderen, maar het klassieke internationaal recht is
nog steeds staat-centrisch. Aangezien dit een inleidend vak is en we u de basis bij
willen brengen volgen we deze lijn. Daarom wordt in deze module vooral aandacht
besteed aan de staat en internationale organisaties.
Leerdoelen
Na het volgen van deze module heeft u
1- kennis van de belangrijkste rechtssubjecten in het internationale recht
2- kennis van het begrip rechtssubjectiviteit
3- kennis van de verschillende theorieën omtrent de erkenning van staten
4- kennis van en inzicht in de kenmerken van staten
5- kennis van het zelfbeschikkingsrecht in het internationale recht
6- kennis van de belangrijkste theorieën van statenopvolging
7- kennis van de belangrijkste kenmerken van internationale organisaties
8- kennis van bevoegdheidstoekenning aan internationale organisaties
9- kennis van structuur en bevoegdheden van de Verenigde Naties
Literatuur
Nollkaemper, hoofdstuk 2, 3 en 4 met uitzondering van nr.118 (blz.102-103), 4.8
en 4.9
Regelgeving
, Handvest van de Verenigde Naties (1945)
Jurisprudentie
Supreme Court (Canada) 20 augustus, 1998, Reference re Secession of
Quebec [1998]2 S.C.R 217, paras 1-32 en 111-139
HOOFDSTUK 2 RECHTSSUBJECTEN
Rechtssubjecten / recht subjectiviteit
Rechtssubjecten zijn personen of entiteiten die de bekwaamheid bezitten om
deel te nemen aan het rechtsverkeer in de internationale rechtsorde.
Rechtssubjectiviteit duidt op de status die het mogelijk maakt dat personen
deelnemen aan het rechtsverkeer.
Tot de rechtssubjecten in de internationale rechtsorde behoren:
a. De staten;
b. Internationale organisaties;
c. De facto-regimes;
d. Individuen.
Het begrip rechtssubjectiviteit
Personen kunnen worden aangeduid als internationaal rechtssubject indien ze de
juridische bekwaamheid hebben om binnen de internationale rechtsorde deel te
nemen aan het rechtsverkeer.
Een persoon die naar internationaal recht rechtssubjectiviteit bezit, kan:
a. Internationale rechtshandelingen verrichten. Bijvoorbeeld het sluiten van
verdragen.
,b. Internationale rechten bezitten.
c. Rechten op internationaal niveau afdwingen. Bijvoorbeeld in een procedure voor
een internationaal tribunaal.
d. Internationale verplichtingen hebben.
e. Op internationaal aansprakelijk worden gesteld voor schending van op hem
rustende verplichtingen.
Rechtssubjectiviteit is een status die het mogelijk maakt dat personen op één of
meer van deze manieren deelnemen aan het rechtsverkeer.
Niet alle internationale rechtssubjecten kunnen echter op gelijke wijze aan het
rechtsverkeer deelnemen. Hun bevoegdheden, rechten en plichten kunnen
uiteenlopen.
Men kan onderscheidt maken tussen personen met volledige rechtssubjectiviteit
en personen met beperkte rechtssubjectiviteit. Een persoon met volledige
rechtssubjectiviteit bezit de bekwaamheid om op elk van de aangegeven
manieren aan het rechtsverkeer deel te nemen of daarin te worden betrokken.
Een persoon met een beperkte rechtssubjectiviteit heeft een aantal, maar niet
alle, van deze bekwaamheden.
Alleen aan de Staat komt volledige rechtssubjectiviteit toe. Hierin komt de
positie van de Staat als grondlegger van, en als centraal rechtssubject in, de
internationale rechtsorde tot uiting.
De bekwaamheid van andere internationale rechtssubjecten is beperkt. Zo
kunnen individuen weliswaar in bepaalde gevallen hun rechten op internationaal
niveau afdwingen, maar vergeleken met Staten kunnen zij slechts een beperkt
aantal rechtshandelingen verrichten. Zo kunnen zij bijvoorbeeld geen verdragen
sluiten.
Criteria voor rechtssubjectiviteit
De vraag wie in de internationale rechtsorde rechtssubjecten zijn, wordt bepaald
door de internationale rechtsorde zelf. Nationaal recht is hierbij niet van belang.
Het feit dat een gemeente, een privaatrechtelijk rechtspersoon of een natuurlijk
, persoon dus naar Nederlands recht rechtspersoonlijkheid bezit, leidt niet
automatisch tot de status van internationaal rechtssubject.
Internationaal recht bevat geen geschreven bepalingen die vaststellen wie
rechtssubjectiviteit bezit. Hierin verschilt de internationale rechtsorde van het
Nederlands recht, waarin bepaald wie rechtspersoonlijkheid bezit.
Hoewel verdragen een zekere aanname creëren, kan uiteindelijk alleen uit de
praktijk worden afgeleid wie de internationale rechtsorde als rechtssubject
beschouwt. Als vuistregel wordt aangenomen dat personen rechtssubjectiviteit
bezitten indien zij internationale bevoegdheden, rechten of plichten bezitten. In
deze zin heeft het begrip ‘internationaal rechtssubjectiviteit’ een circulair
karakter: rechtssubjectiviteit duidt op het vermogen van personen om
bevoegdheden, rechten of plichten te bezitten. Tegelijkertijd kan
rechtssubjectiviteit worden afgeleid van het bezit van bevoegdheden, rechten of
plichten.
Sommige stellen dat daarom het begrip rechtssubjectiviteit overbodig zou zijn. De
enige vraag zou zijn of een persoon bevoegdheden, rechten of plichten heeft, of
aansprakelijk kan worden gesteld. Rechtssubjectiviteit is dan een gevolg van, in
plaats van een voorwaarde voor, de toepasselijkheid van internationaal
publiekrecht. Echter deze opvatting miskent de zelfstandige betekenis van
rechtssubjectiviteit. In de praktijk wordt het al dan niet bezitten van
rechtssubjectiviteit wel gebruikt als grondslag voor het al dan niet toekennen van
rechten en plichten aan bepaalde entiteiten. Zo is het feit dat staten van oordeel
zijn dat multinationale ondernemingen geen internationale rechtssubjectiviteit
hebben. Dit is ook een belangrijke reden voor het mislukken van pogingen om
multinationale ondernemingen te onderwerpen aan internationale verplichtingen
of hen aansprakelijk te stellen voor schending van deze verplichtingen.
Het antwoord op de vraag aan welke personen de internationale rechtsorde
rechtssubjectiviteit toekent, wordt in belangrijke mate bepaald door politieke
overwegingen. Een rechtspolitieke overweging die hierbij een rol speelt is dat
rechtssubjectiviteit personen vatbaar maakt voor regulering door internationaal
recht. Zolang personen geen rechtssubject zijn, kunnen zij geen internationale
rechten of plichten hebben en kunnen zij niet aansprakelijk worden gesteld.
Ook kunnen staten ook een belang hebben om personen juist geen
rechtssubjectiviteit toe te kennen. Internationale rechtssubjectiviteit versterkt de