Interpersoonlijke communicatie
02-11-2017
Wat is het belang van interpersoonlijke communicatie?
Mensen hebben een need to connect met andere mensen. Het uitblijven daarvan is de
tegenhanger daarvan. Je gaat je ongelukkig voelen en je krijgt depressieklachten.
Niet alleen het mensen om je heen hebben maar juist het krijgen van contact lukt niet?
Heel frustrerend.
IPC processen bepalend voor onderling begrip, overeenstemming vs onenigheid, onderlinge
relatie,bereiken van doelen.
Mensen met goede interpersoonlijke vaardigheden hebben: minder stress, hogere self-
efficacy,meer tevredenheid in intieme relaties, meer vrienden, minder depressie /
eenzaamheid / angst.
Interventie en advies:
- Communicatie binnen bedrijven
- Communicatie van bedrijven met klanten
- Gezondheidszorg: bv. arts-patiënt communicatie, e-health
- Ook belangrijk voor eigen effectiviteit.
Fundamentele aspecten van interpersoonlijke communicatie.
The source-receiver model (linear): zender verstuurt boodschap naar ontvanger. Echter is dit
in de werkelijkheid tweezijdig, kan er ruis ontstaan, vindt de boodschap plaats in een
bepaalde context en kan er sprake zijn van feedback. Gevoelens van zender en mogelijke
gevoelens van ontvanger spelen een rol.
Verbetering van bovenstaand model
Transactional model = circulair model: Bij IPC reageer je continu op elkaar en gaat het
proces alsmaar door. Wat de één doet beïnvloedt de ander. Er zijn allerlei processen die van
invloed kunnen zijn op het overbrengen van de boodschap. Interpretaties zijn van groot
belang. Je gaat allerlei interpretaties van iemands gedrag maken, maar dit hoeft niet per se
correct te zijn. Dit kan zorgen voor ruis.
Interpretaties: komt mijn boodschap wel aan op de manier dat hij aan moet komen? Om
elkaar goed te begrijpen moet je ook proberen het perspectief en de bedoelingen van de
ander te begrijpen.
Taal is van zichzelf vrij ambigu. Taal is dubbelzinnig. Je kunt een opmerking totaal anders
opvatten. Hierdoor kunnen er moeilijke gesprekken ontstaan. Wie het zegt is van belang, hoe
je het zegt, in welke context je het zegt.
Derek Bentley (England, 1952) “Let him have it.”
Meerdere interpretaties waar misverstanden uit voorkomen – kwesties van leven of dood.
,Hoe begrijpen wij elkaar?
“It is a common misperception that language use has primarily to do with words and what
they mean.It does not. It has primarily to do with people and what they mean. It is essentially
about speakers’intentions.”
Hoe begrijpen we elkaars bedoelingen / intenties?
Belangrijke onderwerpen in IPC:
- Common ground / grounding
- Perspective taking (eigen perspectief vs dat van ander): proberen in de schoenen te
staan van je gesprekspartner
- Egocentrisme vs het derde verhaal
- Self disclosure: je bent open met het vertellen van wat je op je hart hebt.
Hoe begrijpen we elkaars bedoelingen/ intenties?
- Invloed van context
- Invloed van het gedrag van gesprekspartners
- Invloed van het medium
Context en onderling begrip bepalen interpretatie van bepaalde woorden.
- Set induction = heeft te maken met die dingen die aan het begin van een interactie
geactiveerd worden.
- Fysieke omgeving
- Temporele factoren
- Sociaalpsychologische factoren
o Interpersonal relationship (rollen, status, geschiedenis
o Communicatiegeschiedenis (common ground)
- Cultuur
- Type situatie (‘scripts’)
Script = verwachtingen die je hebt bij een bepaalde situatie. Bijv.: hoe je denkt dat een date
gaat verlopen.
Gedrag van gesprekspartners bepalen hoe een gesprek verloopt. = interdependentie.
Belangrijke voorwerpen in IPC:
- Nonbverbaal gedrag: haptics, kinesics, posture, gaze etc. Het medium bepaalt welk
(interactief) gedrag er mogelijk is, welke signalen over en weer gaan. Je moet je
gedrag aanpassen aan het medium en hierbij rekening houden met de mogelijke
interpretatie van een ander.
- (Non) verbale dominantie: beurtwisselingen (onderbreken, stiltes)
- Vragen stellen (open vs gesloten, sturend)
- Reflecteren, doorvragen, reinforcement, luisteren
- Response styles: assertion and aggression
Medium bepaalt welk (interactief) gedrag er mogelijk is, welke signalen over en weer gaan.
,Belangrijke onderwerpen in IPC:
- Beperkingen (constraints) en mogelijkheden (affordances) van verschillende media.
- Technologisch vs. menselijk determinisme.
- Media richness
- Social presence
Functies van nonverbale communicatie:
- Vervangen, aanvullen en veranderen van verbale communicatie.
- Reguleren van gesprekken
- Communiceren van identiteit
- Contextualiseren van interacties
- Negotiating relationships: Invloed op wederzijdse beïnvloeding van 2 mensen in een
gesprek
o Nonconscious mimicry;
Facial mimicry; imitation of facial expression
Speech: linguistic style matching
Emotion/mood contagion
Behavior matching (the Chameleon effect)
Chartrand & Bargh (1999): “The Chameleon effect”.
Deelnemers werken samen aan een taak met 2 confederates, in 2 achtereenvolgende
interacties. Confed. 1 ‘shakes foot’ en confed. 2 ‘rubs face’ tijdens de interactie (of vice-
versa). Verborgen camera registreert interactie: codeurs tellen frequentie van ‘voet
wiebels’en ‘in gezicht wrijven’ (blind voor experimentele conditie). Passen zich aan aan
elkaar.
Mimicry = het imiteren/kopiëren van gedrag van de ander.
- Mimicry gebeurt automatisch (onbewust, onbedoeld, oncontroleerbaar).
- Bij meer mimicry wordt de interactie ervaren als plezieriger; de gesprekspartner
wordt beoordeeld als aardiger (bv. serveerster krijgt meer fooi als zij subtiel klanten
imiteert).
- Hier is een neurologische verklaring: mirror neurons. Waarnemen van een actie
activeert motor cortex => “motor readiness” om dezelfde actie uit te voeren.
Nonverbal complementarity = je vult elkaar aan.
Wat gebeurt er als het gaat om macht gerelateerd non-verbaal gedrag?
- Dominante houding; veel ruimte innemen (postural expansion)
- Onderdanige houding: weinig ruimte innemen, klein (postural construction)
In onderzoek van Tiedens & Fragale (2003) gingen deelnemers met name de tegengestelde
houdingaannemen. Als confederate dominant > deelnemer onderdanig (small body span).
Als confederate onderdanig > deelnemer dominant (large body span).
Verklaring: Bij meer complementariteit (tegengesteld) wordt interactie ervaren als
plezieriger, gesprekspartner beoordeeld als aardiger. Bij meer gelijkheid in houding (cf.
mimicry) wordt interactie ervaren als relatief onplezierig.
, Verschil tussen mimicry en complementarity ligt in het type gedrag waarom het gaat. Bij
complementarity gaat het vaak over macht gerelateerd non-verbaal gedrag.
Negotiating hierarchy: nonverbale status positie. Onderdanig:
- Hedges (“sort of, maybe”)
- Aarzelingen- Tag questions (toch?)
- Hoge vocale pitch, laag volume
- Turn taking: niet onderbreken
- Wegkijken
Het idee van het model is dat het gedrag te zien is op de controle as. Op deze as ontstaat
complementariteitsgedrag. Op de andere dimensie zie je het gedrag van de ander;
onbewuste kleine gedragingen. Als iemand een warm prettig gedrag laat zien, dan doe je ook
aardig terug. Je bent er over het algemeen niet van bewust in welke rol je terecht komt. Als
je je wel bewust bent van je non verbale gedrag, kun je dit strategisch gebruiken. Hoe de één
zich non-verbaal gedraagt beïnvloed hoe de ander zich non-verbaal gedraagt.
03-11-2017 non verbale communicatie II: eerlijk of misleidend?
Non-verbale communicatie (tot nu toe):
- Bewust strategisch gebruik om onderlinge relatie te bepalen,
bijvoorbeeld lichaamshouding: dominantie, macht (fragment Pulp Fiction)
- Of onbewust en oncontroleerbaar: Nonverbal mimicry vs complementarity
Functie van non-verbaal gedrag dat besproken zullen worden in dit college:
- Vervangen, aanvullen en veranderen van verbale communicatie
- Communiceren van identiteit.