grondslagenvanrecht@uu.nl
Week 1
Wilders ‘meer of minder marrokkanen’
Grondrechten
Art 1 = niet discrimineren
Art 7 = zelf uiten
Art 10 EVRM= vrijheid van meningsuiting
Art 14 EVRM =
Wetboek van strafrecht
Art 137c = niet rassen beledigen
Art 137d = discriminatie van ras heeft straf gevolg
Marokkanen enkel nationaliteit i.p.v. ras dus hij heeft niks ermee te
maken vindt hij want letterlijk = vrijspreken want staat er niet letterlijk,
maar figuurlijk = het principe de geest van de wet
Recht is een discussie en heeft te maken met waarden, onenigheden
van mensen
Rechtsregels verbieden wat ook sociaal onaanvaardbaar wordt gevonden
Morele rechtsregels bevatten normen en waarden op fundamentele
levensvragen
Functies rechtssysteem
1. Sociale orde
2. Niet-gewelddadige conflictbeslechting
a. Zo wordt recht niet in eigen handen genomen maar kan er een
uitspraak door een rechter gedaan worden i.p.v. te vechten
3. Individuele ontplooiing en autonomie van burgers
a. Ieder een eigen kans om te ontpoppen
4. Rechtvaardig mogelijke verdeling van schaarse goederen
5. Kanaliseren van sociale verandering
a. Geordend volgens een procedure met inspraak
Soorten rechtsregels
Gedragsnormen (Gedragingen gebieden, verbieden of toestaan)
Sanctienorm (Wat te wachten staat bij niet houden aan gedragsnorm)
Bevoegdheidsverlenende normen (Staatsorganen geven een bepaalde
macht)
Voorkomen van recht
Positiviteit
o Wat door mensen wordt vastgesteld of erkend
o Als het is vastgesteld is het geen ideaal recht want dat is wat een
mens wenst of nastreeft
o Gaat om rechtvaardigheid en ideaal recht
o Als je bijv. zegt dat iedereen recht heeft op een basisinkomen is
dat een ideaal recht want positief kan het niet zijn aangezien er
, geen rechtsregel ergens van is maar het is jou ideaal van het
recht
Gelding/verbindend
o Heeft op een bepaalde plaats en tijd aanspraak op
gehoorzaamheid voor een bepaalde groep
o Het is juridisch afdwingbaar
o Kan ontbonden worden als bijv. rechtsregels in strijd zijn met
elkaar
Effectiviteit
o Dat het recht ook daadwerkelijk gehoorzaamd, toegepast en
gehandhaafd wordt
o Als de overheid bewust overtredingen toelaat is dat
gedoogbeleid
o Niet effectief als het bijna niet meer voorkomt of sociaal
onwerkelijk is
Overeenkomstig ideaal recht = rechtvaardig
Overeenkomstig positief geldend recht = rechtmatig
Codificatie is dat alle rechtsregels op een rechtsgebied op systematische
wijze in een wetboek worden opgenomen, dit zorgt voor onderlinge
samenhang
Ofwel hoe het is vastgelegd in de wet
Functioneel rechtsgebied heeft betrekking op een bepaald (maatschappelijk
belangrijk) thema en regelt relaties tussen betrokkenen, zowel privaat als
publiek
Bestuursorgaan is overheidsinstantie die direct met de burgers te maken
heeft en zorgt voor de uitvoering en handhaving van rechtsregels
6 onderscheidingen (rechten)
Meerdere kunnen aan bod komen van de verschillende onderscheidingen
maar binnen een onderscheiding is het er wel altijd 1
Om het recht te laten zijn moet het ook rechtvaardig zijn
Objectief en positief recht zijn niet hetzelfde maar ze verwijzen naar elkaar
en zo kan een recht wel beide soorten zijn
Positief (geldend) vs. Wenselijk (ideaal)
o Positief is vastgesteld of erkend door de bevoegde autoriteiten in
een bepaalde gemeenschap zoals vrijheid van godsdienst
o Wenselijk is dat ideaal dat men wenst of nastrevenswaardig vindt
Objectief vs. Subjectief
o Objectief is alle erkende rechtsnormen (law)
, o Subjectief is juridische aanspraak die aan het objectieve recht
kan ontlenen zoals het eigendom ergens van, het recht op
‘mogen’ (right)
o Tegenover subjectief recht staat verplichting en respecteren
o Alle onderstaande rechten behoren tot het objectieve recht
Internationaal vs. Nationaal
o Internationaal is tussen staten (volkenrecht) en besluiten van
internationale organisaties (hebben 1 doel)
o Nationaal is binnen nationale staten (een volk en effectieve
overheid) komt het tot stand en geldt het
o Nationaal kan nader worden ingevuld aan de hand van internationaalrecht
Publiek vs. Privaat
o Publiek is staats, bestuur en strafrecht (ongelijkheid) en overheid
is behartigen van algemeen belang, dwingend recht
o Burger heeft niet veel inspraak als het gaat om de rechterlijke
vervolging
o Privaat is juridische gelijkheid, dus koop/verkoop en alle
betrokkenen behartigen het eigen belang/particulier belang,
soms aanvullend recht
Dwingend vs. Aanvullend
o Dwingend kan je niet van afwijken zoals maar 1 pers trouwen
tegelijk
Valt onder publiekrecht
o Aanvullend is zelf invloed op zoals testamenten opmaken
Alleen in privaat (verbintenissen) recht
Taalgebruik zoals ‘tenzij anders is overeengekomen’
Laatste lid staat bijv. ‘kan niet ten nadele …. worden
afgeweken’
Materieel vs. Formeel
o Materieel is inhoudelijke gedragsnormen
o Formeel is regels die het materieel recht handhaaft, hoe je je
moet gedragen, maar ook hoe het gecontroleerd etc. moet
worden moet allemaal in de wet staan en wat voor straffen
mogen worden opgelegd
o Verschil gaat over materieel geeft aan welke rechten er zijn en
formeel hoe deze in de samenleving moeten worden
waargemaakt en hoe je je recht bij de rechter kan halen
o Procesrecht geeft aan hoe recht gehandhaafd kan worden als dat
geschonden is, hoort bij formeelrecht
Publiekrecht
Staatsrecht
o De inrichting en opbouw van de staat
, o Klassieke grondrechten zijn rechten die de burger een sfeer garanderen waar de
overheid niet zonder overtuigende en wettelijke rechtvaardiging kan en mag
optreden zoals vrijheid van meningsuiting
o Sociale grondrechten eisen geen staatsonthouding maar vragen aan de overheid
om op te treden zoals in zorg voorzien of maatregelen te treffen
Bestuur/administratief recht
o Tussen bestuursorgaan en burger ofwel de uitvoering en
handhaving
o Zorgvuldigheidsbeginsel is om bij de totstandkoming van een
besluit de relevante feiten en alle betrokkenen belangen te laten
meespelen
Strafrecht
o Feiten die strafbaar zijn en de bijbehorende gestelde straffen
o Geeft ook aan welke middelen bijv. politie mag inzetten
o Strafrecht tussen 2 individuen is publiek door de wet te overtreden heb je te
maken met het om dus overheid-burger, maar zodra het slachtoffer bijvoorbeeld
een schadevergoeding eist dan is het wel privaat want dat is onderling, vandaar
dat er 2 zaken plaatsvinden in 1 gebeurtenis, wat vaak wordt samengebracht in 1
rechtszaak, dus rechter handelt 2 zaken in 1 af meestal tenzij het te ingewikkeld
is
o Bewijslast hoog bij strafrecht
Privaatrecht
Rechtsverhouding is alle rechten en plichten tussen 2 of meer personen
Iedereen is gelijkwaardig en het mag zelf geregeld worden binnen de
rechtsregels
Switchende B-donoren casus
1970 - 2004, donor a (anoniem) of b (bekend) qua gegevens
Eerst was het beter voor het kind om het niet te weten tot de jaren ’90 wanneer de
kinderen benieuwd waren naar van wie ze afstamde
2004, overgangsregeling, verbod van de anonieme donatie
Iedereen moest bekend zijn maar iedereen die ervoor al had gedoneerd mochten ze
niet dwingen op terugwerkende kracht, dus deze mensen kregen een nieuwe keus voor
anonimiteit of bekendheid
2018, verzoek minister
Alle klinieken moesten met elke donor contact nemen om te vragen of ze anoniem of
bekend wilden worden, maar zo gingen mensen hun mening weer veranderen zoals dat
ze toch wel anoniem wilde blijven/worden, maar de kinderen keken er al naar uit om als
ze eenmaal oud genoeg waren erachter te kunnen komen wie de vader is
2021, rechtszaken switchende b-donoren