H48: Electrical signals in Animals
48.1 Neuron structure and organization reflect function in information transfer.
De structuur van een neuron en het
doorgeven van elektrische impulsen.
Elektrische signalen worden doorgegeven via
neuronen. Neuronen bestaan uit dendrieten,
axonen en een cellichaam.
Dendrieten zijn vertakte uitlopers en deze
ontvangen informatie van andere neuronen.
Elektrische impulsen worden in één richting
doorgegeven, via de axonen. Elke neuron
heeft vaak één axon, die veel langer is dan de
dendrieten. Elke impuls is hetzelfde maar de
frequentie kan veranderen. Via neuro-
transmitters (chemische signalen) kan aan het
einde van een axon, de synaptic terminal, de
elektrische impuls doorgegeven worden.
De elektrische impuls wordt ontvangen door
spieren, klieren of andere neuronen.
De meeste organellen van een neuron zitten
in het cellichaam.
Informatieverwerking.
De informatie verwerking door het zenuwstelsel gebeurt in drie fasen: sensory input, integration en
motor output. Gespecialiseerde cellen zorgen dat deze drie fasen worden uitgevoerd.
• Sensory input; De sensory input zijn bepaalde waarnemingen, zoals het zien, ruiken of horen
van een prooi, of het voelen van bepaalde waterstromen.
o Sensory neurons geven informatie door over externe stimulansen, zoals licht, gevoel
of geur en interne condities zoals bloeddruk of spierspanning.
• Integration; Tijdens de integratie fase, wordt de informatie verwerkt door de netwerken van
neuronen. Het brein verwerkt of de prooi echt aanwezig is, en zo ja, waar deze precies is.
o Interneurons vormen de lokale circuits die neuronen in het brein verbinden. Deze
neuronen zijn verantwoordelijk voor de integratie; het analyseren en interpreteren
van de input.
• Motor output; De motor output initieert de aanval op de prooi. Hierbij worden de neuronen
geactiveerd die bepaalde spieren innerveren.
o Motor neurons geven informatie door aan spiercellen waardoor ze samentrekken.
Andere neuronen die uit het centrum uitlopen stimuleren klier activiteit.
, Alle neuronen geven elektrische signalen binnen de cel door op een identieke manier. De specifieke
verbindingen die gemaakt worden door de actieve neuron bepalen de type informatie die
doorgegeven wordt.
De vorm van een neuron kan simpel, maar ook erg complex zijn. Dit hangt af van de rol het heeft in
de informatie verwerking. Een sterk vertakte dendriet kan veel informatie ontvangen, zoals een sterk
vertakte axon veel informatie kan doorgeven. De zenuwen zijn de bundels van axonen wanneer
axonen in groepen voorkomen.
Het zenuwstelsel.
In veel dieren worden de neuronen georganiseerd in een central nervous system (CNS), het centrale
zenuwstelsel. Dit centrale zenuwstelsel bestaat uit het brein of de ganglia en de spinal cord
(ruggengraat). De neuronen die informatie in en uit het centrale zenuwstelsel voeren, zijn het
peripheral nervous system (PNS), het perifere zenuwstelsel. Glia cellen zijn cellen die nodig zijn om
het centrale en het perifere zenuwstelsel te ondersteunen.