Online marketing
• Online marketing: deelproces van marketing. Proces waarbij organisaties en
bestaande/potentiele klanten via internet waarden en producten creeren en met
elkaar uitwisselen.
• Conversie: moment dat bezoeker overgaat op aankoop.
• Bereik: aantal unieke gebruikers van websie in periode T : totaal aantal unieke
gebruikers in doelgroep.
• Retentie; de mate waarin de site de bezoekers vasthoudt. Diepte van bezoek
(hoeveel pagina’s heeft de gebruiker bezocht). Gemiddelde duur van bezoek:
hoeveel tijd heeft de gebruiker op de website doorgebracht.
• Verkoopsite: web-shops
• Lead generation site: website heeft specifiek doel om in contact te komen met
potentiele klanten.
• Branding site: doel is merkkennis en merkperceptie verbeteren. Sites zijn hoge mate
interactief en bevatten ontspannende elementen zoals forums of spelletjes, die er
voor moeten zorgen dat bezoekers vaker terugkeren. Heineken.
• Publicatiesites: geven bezoekers informatie, actualiteiten of info voor specifieke
doelgroep. Zoover.com.
• Dienstverleningssite: online bankieren, marktplaats en sites van kranten. Niet
alleen informatie, maar spelen een rol in het productieproces van organisatie.
• Landingspagina: webpagina die het vervolg op een direct-marketing actie vormt.
Eerste pagina waarop een zoeker na een klik op een advertentie worden bereikt.
Landingspagina kan alleen via je advertentie worden bereikt. Doel van
landingspagina is om respons te verhogen en bezoekers zo veel mogelijk te laten
converteren naar een echte klant of lead.
Voordelen: registreert het klikgedrag, zodat de SEA campagne website kan
optimaliseren.
Pagina heeft geen links naar andere producten à aandacht blijft bij aanbod.
Landingspagina brengt interesse die gewekt is door advertentie à lezer kan worden
overtuigd.
• Online marketing-funnel:
Van boven naar beneden:
-BEZOEKEN à vindbaarheid, marketingcommunicatie, aantal bezoekers
-BOEIEN à informatie, website, tijd op website/aantal bekeken pagina’s.
-BESLISSEN à productinformatie, catalogus, gebruik zoekmodule/productinfo
-BESTELLEN à vertrouwen, bestelmodule, aantal bestelde producten
-BETALEN à betaalgemak, betaalmodule, aantal transacties
-BINDEN à ervaringen met gekochte product, orderafhandeling/crm, terugkerende
bezoeker.
• Funnel-proces: AIDA (Attentie, Interesse, verlangen & actie).
Zoekwoorden is attentie.
Advertenties is interesse.
Landingspagina is verlangen,
Call-to-action is actie.
Van boven naar beneden: Zoekwoorden à Advertenties à Landingspagina’s à CTA
(Call to action).
• Push: boodschappen die marketeer zendt naar de consument.
• Pull: consument bepaalt mede wat het merk is en de marketeer observeert hoe de
consument het merk beleeft en ondersteunt de consument hierin. Invloed van
consument op het merk is vanzelfsprekend en onmisbaar.
• Website-usability: gebruiksgemak. Inspelen op verwachtingen van bezoeker.
• Bought media: mediumtypen die marketeers kunnen inkopen om hun merk bekend
te maken. Online advertising, radio, televisie en print.
, • Owned media: mediumtypen die marketeers zelf tot beschikking hebben en waarvan
ze de inhoud zelf kunnen bepalen. Websites, email marketing).
• Earned media: mediumtypen die merk verdient. Zoals klanten die over merk
schrijven in Social media of reviews.
• CPM: Cost per mille à per duizend betalen.
• CPC: Kost per click à kosten per klik. Adverteerder betaald alleen als er op banner
is geklikt of wanneer persoon is overgegaan tot aankoop (CPA).
• CPL: Cost per Lead à bedrijven die bezoekers willen laten registreren op een
landingspagina.
• CPS: Cost per sales à Ook wel cost per action à Cost per lead.
• CPA: Cost per action à betaald adverteerder voor de daadwerkelijke opbrengsten.
• User generated content: door gebruikers aangeleverde inhoud. Beoordelingen van
artikelen door gebruikers. Reviews.
• Click through rate (CTR): gemiddeld aantal keren dat er op advertentie is geklikt als
percentage van vertoningen.
• Klikratio: aantal kliks : aantal vertoningen
• Conversieratio: welk percentage van bezoekers plaatst bestelling. Aantal bezoekers
dat doel realiseert in periode T : totaal aantal bezoekers in periode T.
• CPS: Cost per sales. Kosten van de uiting : aantal verkochte producten.
• Check out abondonment rate: aantal bezoekers dat een bestelling niet volledig
afrondt : het totaal aantal bezoekers dat een product bestelt in periode T.
• Connectieratio: het aantal mensen dat een pagina bezocht, in tegenstelling tot het
aantal mensen dat wel klikte, maar pagina niet bezocht. Bijv. Dat het te lang duurde
dat pagina werd geladen of foutcode.
• Bounce rate: percentage bezoekers dat de website vrijwel direct verlaat.
Weigeringspercentage.
Online advertising
• Display advertising: juiste persoon, juiste moment, juiste boodschap bereiken.
>Bannering à skycraper (hoog doorklikratio).
• Realtimebidding: bieden op advertentieruimte à via veilingmodel.
• Richmedia advertising: mooiere/complexere banners creeren.
>Takeovers: webpagina wordt overgenomen door banner.
>Prerolls: reclame voor youtube video start.
>Expandables: banner die uitklapt als je met muis erover heen gaat.
>Floorads: langgerekte banneruitingen die in breedte onderaan website worden
getoond. Bewegen mee bij scrollen.
• Native advertising: wanneer advertentie aansluit bij umfeld (omgeving). Sluiten aan
bij belangstelling van bezoeker.
• Retargeting: uiting wordt aangepast aan het eerder vertroonde gedrag op de
website.
• Affiliate marketing: het verkopen van producten of diensten via de ‘winkel’ van een
ander, via website van derden. Doelen: sales (verkopen), leads
(informatieaanvraag/offerte aanvraag/nieuwsbrief inschrijving), traffic (bezoeken van
website). Partners op Zalando.
Social Media
• Drie niveaus van Social media: Initiëren (op gang brengen van discussie door
informatie te verspreiden), participeren (deelnemen aan discussies en reageren op
vragen), luisteren (monitoren van diverse sociale netwerken om als bedrijf te weten
wat er over je gezegd wordt).
• Organisch bereik (SEO): betaal je niet voor.
• Adverteren (SEA): betaal je wel voor.