100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Evolutie Hoofdstuk 21 t/m 25 €6,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Evolutie Hoofdstuk 21 t/m 25

 2 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting voor het vak Evolutie in het tweede jaar leraar biologie.

Voorbeeld 3 van de 17  pagina's

  • Ja
  • 25 januari 2024
  • 17
  • 2023/2024
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (3)
avatar-seller
melinacarrillomoreno
Evolutie


College 1

Aristoteles (384-322 v. Chr.), schreef het boek Scala Naturae. Hij maakte een
schaal, een soort lopende ladder van toenemende perfectie. Deze schaal wordt
nu nog steeds gehandhaafd.

De hoofdrolspelers (grote namen / belangrijke mensen) bij de evolutie:
* Carolus Linnaeus (1707-1778)
 Was een arts in Stockholm.
 ‘Natuurlijke historie is goddelijke wetenschap’
 Nu precies evenveel soorten als in het begin geschapen
 Alle soorten geschapen in één gebied. Soort = op elkaar gelijke
individuen
 Hij had contouren van goddelijke scheppingsplannen ontdekt ->
classificatiesysteem is weerspiegeling daarvan
 Groeiende kennis uit andere werelddelen. Oud-studenten zwierven uit.
Planten en dieren verschillen sterk van die van Europa
 1756: één soort geschapen als basis van genus. Vermeerdering van
soorten binnen genus door verschillen in milieu maar vooral door
natuurlijke proces van hybridisatie

* Graaf Buffon – Georges-louis leclerc (1707-1788)
 Vader van het evolutionisme
 Zag niets in het classificatiesysteem van Linnaeus.
 Soort = voortplanting. Soorten zijn niet absoluut gescheiden
 Veranderingen van soorten door klimaat, voedsel mogelijkheid en
kunnen doorgeven worden aan nageslacht.
 Ouderdom aarde 78.00 jaar

* James Hutton (1726-1797)
 Philosophie zoologique (1809)
 Hoogleraar wormen en insecten
 Spontane generatie
 Ontwikkeling tot complexere vormen volgens voor gedetermineerde
route
 Hij voerde de term ‘biologie’ in

* Jean-Baptiste de Lamarck (1744-1829)
 Lamarck’s idee: nu levende diergroepen zijn niet verwant aan elkaar. Het
zijn verschillende stadia van ontwikkeling.
 Nu levende chimpansees staan op de oudere roltrap dan nu levende
hagedissen.
 Aanpassing door nieuwe behoeften -> beïnvloeden lichaamsstructuur ->
verworven aanpassing wordt overgeërfd.

* Georges Cuvier (1769-1832)
* Charles Lyell (1797-1875)
 Principles of geologie (1830): van tijd tot tijd zijn soorten geschapen
typisch voor bepaald geografisch gebied en van daaruit migratie. Soort

,Evolutie


zijn geschapen, maar niet tegelijkertijd en op één plaats. Eenzelfde soort
wordt niet op verscheidene plaatsen geschapen.
 Principe van uniformiteit: geleidelijke verandering door waarneembare
zaken. Steady state-wereld (dynamisch evenwicht); aarde oud.
* Gregor Johann Mendel (1822–1884)
* Charles Darwin (1809-1882)
 Principle of variation
 Principle of the struggle for existence. Meer
organismen worden geboren dan kunnen
overleven.
 Principle of variation of fitness. Deel van de
variatie betreft eigenschappen die vermogen
tot overleving en voortplanting beïnvloeden.
 Principle of inheritance. Je moet je
eigenschappen kunnen doorgeven.
 Conclusie: principle of natural selection. Eigenschappen die bijdragen aan
overleving en voorplanting worden in opeenvolgende generaties van de
soort algemener.
 Darwin is opgeleid tot medicus en weet dus iets van medicijnen. Daarna is
ie opgeleid tot dominee. Hij vond al van jongs af aan de natuur heel erg
leuk.

* Alfred Russel Wallace (1823-1913)
 Was een arbeider, maar voelde zich daar niet thuis want hij is slim -> hij
werd avonturier
 Ging geld verdienen omdat hij organisme verzamelde uit Amerika en
verkocht deze aan mensen die dit verzamelde (rijke mensen).
 Hij ging naar Indonesië en daar zag hij (door van eiland naar eiland te
springen) dat de dieren toch anders van elkaar waren. Hij schreef een brief
naar Darwin met daarin de basis van natuurlijke selectie.
 Darwin heeft snel zijn concept van natuurlijk selectie en de evolutietheorie
geschreven omdat hij merkte dat Wallace op hetzelfde pad zat. Uiteindelijk
hebben ze samen de credit gehad voor het bedenken van de
evolutietheorie, maar omdat Darwin meer heeft geschreven over de
theorie (voorbeelden) heeft Darwin meer credit ervan.


 Speciale creatie !  Afstammelingen met
wijzigingen!
 Soorten zijn onveranderlijk  Soorten veranderen over tijd
(mirco-evolutie)
 Eén soort kan nooit uit een  Soorten ontwikkelen vanuit een
andere soort komen meer oudere soort (macro-
evolutie)
 Aarde en het leven is jong  Aard en het leven is oud
 Elke soort is zelf gemaakt  Al het leven is gerelateerd aan
elkaar (common ancestory)
 Lijnen van evolutie splitsen niet  Lijnen van evolutie splitsen en
divergeren

, Evolutie


 Samuel Wilberforce (bisschop) en  Huxley en Darwin
Richard Owen
 




Oftewel
Mensen krijgen verschillende kinderen (variatie). Kinderen lijken op
hun ouders (erfelijkheid). Het leven is hard (natuurlijke selectie).

Het belang van onderscheid maken
Andere theorieën/modellen dan die van Darwin zijn denkbaar en
voorgesteld. Door verschillende theorieën te onderscheiden komen
originaliteit en inhoud van Darwins theorie scherper naar voren. Dit
wetenschappelijk model heeft concurrentiestrijd gewonnen.
Sinds “On the Origin of Species…“ zijn er aangepaste
theorieën geopperd, die de stand van de wetenschap meer recht
doen. Deze aanpassingen vallen nog altijd binnen Darwins theorie van natuurlijke
selectie.

Modern synthesis theory of evolution
Jaren ’30 en ’40 van de vorige eeuw. Legt verbinding tussen theorie van
natuurlijke selectie en genetica.
 Evolutie is te verklaren uit genetica
 Evolutie is gradueel
 Selectie op fenotypen is het mechanisme
 Evolutie werkt op populaties
 Fossielen zijn de toets van de theorie

Selfish gene theorie van Richard Dawkins (1941- )
 Selectie vindt plaats op het niveau van genen
 Genen gedragen zich ‘egoïstisch’: genen hebben niet altijd nut en soms
zelfs een nadeel
 Genen uiten zich in bouw, uiterlijk en gedrag en ook in voortbrengsels (b.v.
spinnenweb = ‘extended fenotype’).

Natuurlijke selectie is selectie binnen variatie. Variatie komt van:
 Mutatie (puntmutaties of segmentmutaties)
 Veranderingen in genfrequentie
 Genen-uitwisseling
 waaronder virale infecties.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper melinacarrillomoreno. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67474 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49
  • (0)
  Kopen