100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Voeding en Dietetiek - Hoofdfase 1 P3 Samenvatting Pathofysiologie €3,99   In winkelwagen

Samenvatting

Voeding en Dietetiek - Hoofdfase 1 P3 Samenvatting Pathofysiologie

6 beoordelingen
 118 keer bekeken  3 keer verkocht

Onderwerpen: diabetes type 1, ondervoeding, decubitus, oncologie, CVA, ziekte van Parkinson, dementie. Cijfer: 7,5

Voorbeeld 5 van de 44  pagina's

  • Onbekend
  • 12 juli 2018
  • 44
  • 2017/2018
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (55)

6  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: sannemaslowski • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: zararazmjouei • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: kayleevanblijderveen • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: mikedehaan1999 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: ceciledubois • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: alinepieters • 5 jaar geleden

avatar-seller
kimvanoirschot1
Samenvatting pathofysiologie
W1 Diabetes mellitus type-1
Leerdoelen:
- De DIO kent de verschillende vormen van diabetes en kan de globale kenmerken benoemen
- De DIO kan van type-1-diabetes de epidemiologie, het ontstaan, de diagnose, de symptomen,
de behandeling, de complicaties en de prognose koppelen aan de pathofysiologie


Diabetes type 1 Diabetes type 2
Chronische ziekte Insulineresistentie
Pancreas maakt geen insuline meer
Ontstaat op jonge leeftijd Ontstaat op oudere leeftijd
Ontstaat op steeds jongere leeftijd
Insulineafhankelijke diabetes Niet insulineafhankelijke diabetes
Ontstaat snel Ontstaat geleidelijk
Patiënten zijn vaak te zwaar
Aantal patiënten neemt toe
Verminderde insulinegevoeligheid
Eén op de tien diabeten heeft het
Erfelijkheid spelt meestal een rol Erfelijkheid kan een rol spelen, maar dat hoeft niet, er is wel
meestal een aanleg
Lichaamsbeweging kan de ziekte verbeteren en zou tot 40%
van de ziektegevallen kunnen genezen



Anatomie en fysiologie in gezondheid – Diabetes mellitus
Diabetes mellitus is de meest voorkomende endocriene aandoening en ontstaat gewoonlijk door een
tekort aan of afwezigheid van insuline (type 1) of door verstoring van de werking ervan
(insulineresistentie, type 2), waardoor verschillende stoornissen van het koolhydraat- en
vetmetabolisme ontstaan.

Diabetes mellitus type 1
De vroegere naam was insulineafhankelijke diabetes mellitus en deze vorm treedt voornamelijk op bij
kinderen en jongvolwassenen; de aandoening ontstaat gewoonlijk acuut en kan levensbedreigend zijn.
Er is een ernstig tekort aan insulinesecretie als gevolg van vernietiging van de eilandjes van
Langerhans van de alvleesklier. De aandoening moet worden behandeld door insuline-injecties. De
precieze oorzaak van de aandoening is onbekend, maar bij de meeste mensen is er een auto-immuun
mechanisme in het spel. Erfelijke aanleg en omgevingsfactoren, zoals virusinfecties, hebben er
vermoedelijk ook mee te maken.

Diabetes mellitus type 2
De vroegere naam was niet- insulineafhankelijke diabetes mellitus en dit is de meest voorkomende
vorm van diabetes. De oorzaken zijn multifactorieel. Tot de predisponerende factoren behoren:
- Obesitas (interleukines afgescheiden door vetcellen zouden de bètacellen beschadigen)
- Sedentaire levenswijze
- Ouder worden: de aandoening treedt vooral op middelbare en hogere leeftijd op
- Erfelijke factoren
Diabetes wordt vaak pas opgemerkt bij een routineonderzoek of wanneer er een complicatie optreedt.
De insulineproductie kan te laag of te hoog zijn. In lichaamscellen ontstaat een glucosetekort ondanks
hyperglykemie en een hoge insulinespiegel. Dit kan komen door insulineresistentie, een verandering
in de celmembraan waardoor de cel niet langer glucose opneemt onder invloed van insuline. De
behandeling van deze aandoening omvat een dieet en/of geneesmiddelen, ook al zijn soms insuline-
injecties nodig.

Gevolgen van diabetes mellitus
Verhoogde bloedsuikerspiegel
Na het eten van een koolhydraatrijke maaltijd blijft de bloedsuikerspiegel hoog doordat:
- Cellen geen glucose uit het bloed kunnen opnemen, ondanks een hoge plasmaspiegel
- De omzetting van glucose in glycogeen in de lever en spieren is verminderd


1

, - Er gluconeogenese uit aminozuren optreedt in reactie op het gebrek aan intracellulaire
glucose
Glycosurie en polyurie
Polyurie leidt tot uitdroging, extreme dorst (polydipsie) en verhoogde vochtinname.

Gewichtsverlies
Bij diabetes kunnen de cellen glucose niet op de normale manier omzetten, zodat ze in feite
uithongeren. Dit resulteert in gewichtsverlies door:
- Gluconeogenese uit aminozuren en lichaamseiwitten, hetgeen spieratrofie, afbraak van
weefsel en verdere stijging van de bloedsuikerspiegel veroorzaakt
- Katabolisme van lichaamsvet, waardoor een deel van de energie daarvan vrijkomt en een
overmaat van ketonlichamen geproduceerd wordt

Ketose en ketoacidose
Bij afwezigheid van insuline zijn er andere energiebronnen nodig om het normale intracellulaire
glucosemetabolisme op gang te houden en treedt verhoogde afbraak van vetten op. Dit leidt tot
overmatige productie van zwak zure ketonlichamen, die voor metabolisering door de lever kunnen
worden gebruikt. Het normale buffersysteem handhaaft de pH zolang er niet te veel ketonlichamen
zijn, maar naarmate deze zich ophopen, ontwikkelt zich ketose. Ketonen worden uitgescheiden via de
urine (ketonurie) en/of de longen, waardoor de adem de kenmerkende geur van aceton of perendrups
krijgt. Wanneer een ketose zo erg wordt dat het buffersysteem die niet meer kan compenseren, gaat
het zuur-basen-evenwicht verloren, de pH van het bloed daalt en er treedt ketoacidose op. Als dit niet
wordt behandeld zijn de gevolgen:
- Toenemende acidose (verlaagde pH van het bloed) door zich ophopende ketozuren
- Toenemende hyperglykemie
- Hyperventilatie doordat de longen de pH proberen te verlagen door meer CO 2 uit te ademen
- Verzuring van de urine (het resultaat van nierbuffering)
- Polyurie omdat de renale drempelwaarde voor glucose is overschreden
- Uitdroging en hypovolemie (verlaagde bloeddruk en verhoogde polsslag) veroorzaakt door
polyurie
- Verstoring van het elektrolytenevenwicht, dat gepaard gaat met vochtverlies, hyponatriëmie
en hypokaliëmie
- Verwardheid, coma en overlijden

Acute complicaties van diabetes mellitus
Diabetische ketoacidose
Deze treft nagenoeg altijd mensen met diabetes van type 1. Ketoacidose ontwikkelt zich bij een
verhoogde insulinebehoefte of bij toegenomen insulineresistentie door extra belasting, zoals
zwangerschap, infectie, een infarct of een cerebrovasculair accident. Dit kan voorkomen als
onvoldoende insuline wordt toegediend bij een suikerziektepatiënt als er een verhoogde
insulinebehoefte bestaat. Ernstige en gevaarlijke ketoacidose kan optreden zonder bewustzijnsverlies;
de gevolgen van diabetes ketoacidose zijn hierboven beschreven.

Hypoglykemisch coma
Dit treedt op bij diabetes type 1 wanneer meer insuline is toegediend dan nodig is om de
voedselinname en het energieverbruik in evenwicht te houden. Hypoglykemie treedt plotseling op en
kan het resultaat zijn van:
- Een abusievelijke overdosis insuline
- Te laat eten na insulinedosering
- Alcohol drinken met een lege maag
- Intensieve lichaamsbeweging
Het kan ook ontstaan door een insuline producerende tumor, vooral als deze het hormoon in opstoten
produceert. Doordat neuronen voor hun energiebehoefte meer dan andere cellen afhankelijk zijn van
glucose, verstoort glucosegebrek de neurologische functies, wat tot coma leidt en als het lang duurt tot
onomkeerbare schade. Tot de algemene tekenen en symptomen van hypoglykemie behoren
slaperigheid, verwardheid, spraakproblemen, zweten, beven, nervositeit en een snelle hartslag. Dit
kan zonder behandeling snel in een coma overgaan.

Hulpboek medische kennis – Diabetes mellitus type 1
Oorzaken van en afwijkingen in lichamelijk functioneren

2

,Bij diabetes type 1 vernietigt het eigen afweersysteem de bètacellen van de eilandjes van Langerhans
(auto-immuunziekte). Dit vernietigingsproces verloopt waarschijnlijk onder invloed van andere factoren
(virusinfecties, voedingsfactoren, erfelijke aanleg).
Er blijven hierdoor te weinig bètacellen over, waardoor een absoluut tekort aan insuline ontstaat. De
lichaamscellen kunnen geen glucose opnemen als er gebrek is aan insuline; daarom gaan ze vetten
verbranden om aan energie te komen. De patiënt zal hierdoor afvallen. Deze vetverbranding is echter
ongunstig, omdat bij vetverbranding veel zuren worden geproduceerd. Vetten worden afgebroken tot
vetzuren en glycerol en in del ever worden zogenoemde ketonen (uit vetzuren) en glucose (uit
glycerol) gevormd. De vetverbranding veroorzaakt een verzuring (acidose, te lage pH) en dit leidt tot
problemen in de hersenfunctie en tot toename van de ademhaling (en daling van de hoeveelheid
CO2). Dit heet ook wel Kussmaul-ademhaling: een snelle en diepe ademhaling die steeds maar
doorgaat. De zuren prikkelen het ademhalingscentrum in de hersenen. De verzuring en de vorming
van ketonen hebben dan ook een schadelijk effect op de hersencellen en kunnen leiden tot coma
(ketoacidotisch coma).
Een ander probleem is dat de hersenen alleen energie kunnen halen uit de verbranding van glucose.
Gebrek aan insuline leidt dus tot gebrek aan glucose in de hersencellen en daardoor tot een verstoring
in de hersenfunctie (verwardheid, coma).

Doordat de hoeveelheid glucose in het bloed zo groot is, zijn de nieren niet meer in staat alle glucose
uit de voorurine terug te halen. De patiënt plast daarom glucose uit. De glucose in de urine
veroorzaakt een verhoging van de osmotische waarde (meer opgeloste deeltjes). Daardoor scheiden
de nieren meer water uit en neemt de urineproductie toe. De patiënt kan dan uitdrogen (dehydratie).
Hij heel veel dorst en drinkt veel. Verlies van vocht kan leiden tot een verminderd bloedvolume en dus
tot problemen in de bloedsomloop (shock).

Klachten
Een patiënt met diabetes mellitus kan de volgende klachten hebben:
- Veel plassen (polyurie) als gevolg van glucoseverlies met de urine (verhoogde osmolariteit)
- Veel dorst (polydipsie) als gevolg van groot vochtverlies met de urine
- Afvallen als gevolg van verlies van glucose (brandstof) met de urine en vetverbranding
- Grote eetlust als compensatie voor verlies van calorieën, maar ook misselijkheid komt voor en
zich ‘’ niet lekker voelen ‘’
- Duizeligheid en onscherp zien, gevoelsstoornissen en pijn door afwijkingen in het
zenuwstelsel
- Verhoogde vatbaarheid voor infecties
Klachten ontstaan bij diabetes type 1 in korte tijd. Symptomen in geval van ernstige ontregeling
(ketoacidose) bij diabetes type 1 zijn:
- Uitdroging door vochtverlies
- Shockverschijnselen door te weinig circulerend bloedvolume
- Snelle, diepe ademhaling (Kussmaul) als gevolg van verzuring
- Uitgeademde lucht ruikt naar aceton (ontstaat uit ketonen)
- Coma als gevolg van verminderde hersenfunctie door gebrek aan glucose en verzuring

Diagnose
Men stelt de diagnose diabetes mellitus indien:
- Een willekeurige glucosewaarde > 11,0 mmol/l in combinatie met hyperglykemische klachten
(veel plassen, dorst) of
- Nuchtere bloedsuikerspiegel > 6,9 mmol/l (veneus plasma) op twee verschillende dagen
Een normale nuchtere glucosewaarde is < 6,1 mmol/l. een nuchtere glucose > (of gelijk aan) 6,1
mmol/l en < (of gelijk aan) 6,9 mmol/l in veneus plasma dient te worden beschouwd als een gestoorde
glucosewaarde. Er nis geen sprake van diabetes mellitus, maar de patiënt dient gevolgd te worden.

Behandeling
Diabetes type 1 wordt behandeld door toediening van insuline, omdat dit hormoon ontbreekt. Insuline
moet worden toegediend door middel van een injectie onder de huid (subcutaan). Insuline kan niet via
de mond worden ingenomen, omdat het een eiwit is dat wordt afgebroken in het spijsverteringsstelsel.
Insuline onder de huid vormt een reservoir waaruit voortdurend insuline aan de bloedbaan wordt
afgegeven. Er bestaan verschillende vormen van insuline met verschillende werkingsduur; de
instelling van een patiënt op insuline is specialistisch werk. Goede afstemming dient te worden bereikt
tussen de hoeveelheid toegediende insuline, lichamelijk inspanning (verlaagt de insulinebehoefte) en


3

,voeding (verhoogt de insulinebehoefte). Infecties verhogen de insulinebehoefte door afgifte van
cortisol. Een goede instelling op insuline is belangrijk. Frequente controle van de bloedsuikerspiegel
en de instelling op langere termijn is noodzakelijk. De instelling op langere termijn valt te meten aan
het HbA1c (de hoeveelheid hemoglobine waaraan glucose zit vastgekoppeld). Deze waarde wordt
hoger als de bloedsuikerspiegel langere tijd te hoog is geweest.
Voeding moet goed worden verdeeld over de dag; de voeding mag weinig verzadigd vet bevatten in
verband met de grotere kans op hart- en vaatziekten die daardoor ontstaat.

Prognose en complicaties
Zowel bij diabetes type 1 als bij type 2, bestaat er een relatie tussen slechte instelling van de
bloedsuikerspiegel en het ontstaan van complicaties op langere termijn. Goede instelling werkt
preventief. Hoe langer de diabetes bestaat, des te groter de kans op complicaties.
Een te hoge bloedsuikerspiegel kan schade aan de bloedvaten veroorzaken. In de kleine bloedvaten
stapelen zich glucoseverbindingen op. Dit leidt tot verdikking en lekkage, waardoor de bloedtoevoer
naar de zenuwen en de huid vermindert. Een te hoge bloedsuikerspiegel leidt ook tot een ongunstige
toename van vetten in het bloed. In de slagaders kan dit plaquevorming (atherosclerose) veroorzaken,
waardoor er een vernauwing van de slagaders optreedt.
Schade aan de bloedvaten kan leiden tot de volgende problemen:
- Schade aan zenuwen (verminderd of veranderd gevoel, krachtverlies)
- Schade aan het hart (hartinfarct)
- Schade aan de hersenen (CVA)
- Schade aan de benen en de voeten (slecht genezende wondjes)
- Schade aan de nieren (nierinsufficiëntie)
- Schade aan de huid, verminderd gevoel en doorbloeding; ook kunnen er slecht genezende
wondjes ontstaan
- Schade aan de ogen (verlies gezichtsvermogen)

Een hoge bloedsuikerspiegel tast de leukocytenfunctie aan, waardoor de weerstand afneemt er en
dus meer kans is op allerlei infecties. Als er regelmatig glucose wordt uitgescheiden met de urine kan
dit de groei van bacteriën in de urine bevorderen. Er bestaat dan een grotere kans op
urineweginfecties.
Een diabeet die zwanger wordt, heeft een grotere kans op het ontstaan van aangeboren afwijkingen
bij het kind. Goede instelling op het moment van bevruchting is erg belangrijk!

Diabetesfonds – Soorten diabetes
https://www.diabetesfonds.nl/over-diabetes/soorten-diabetes

Diabetes type 1
Diabetes type 1 is een auto-immuunziekte. Dat betekent dat het afweersysteem zich vergist. Normaal
ruimt het afweersysteem alleen ziektes op. Maar bij sommige mensen vernielt het afweersysteem de
cellen die insuline aanmaken, in de alvleesklier. Dan heb je diabetes type 1. Zonder de stof insuline
kun je niet leven, want die regelt je bloedsuiker. Wie diabetes type 1 heeft, moet elke dag bloedsuiker
meten, insuline spuiten of een pompje dragen. Je kunt geen hap eten zonder te berekenen hoeveel
insuline ervoor nodig is.

Oorzaken
We weten niet precies waardoor diabetes type 1 ontstaat. Het begint met aanleg voor diabetes type 1,
ook zonder diabetes in de familie. Vervolgens raakt het afweersysteem uit evenwicht, waardoor het de
cellen aanvult die insuline aanmaken. Misschien heeft het te maken met:
- Gluten, dat zijn eiwitten in graan
- Of koemelk in flesvoeding voor baby’s
- Of een virus, zoals verkoudheid of buikgriep

Diabetes type 2
Bij diabetes type 2 reageert het lichaam niet meer goed op insuline. De insuline is als het ware
onzichtbaar en kan zijn werk niet doen. Daardoor blijft er te veel suiker in je bloed zitten. Eerst maakt
het lichaam extra insuline aan, maar na verloop van tijd steeds minder. De behandeling van diabetes
type 2 gebeurt met behulp van gezond eten, veel bewegen en vaak ook medicijnen voor bloedsuiker,
bloeddruk en cholesterol. Soms ook met insuline.


4

, Oorzaken
We weten dat dit de kans op diabetes type 2 vergroot:
- Weinig lichaamsbeweging
- Overgewicht
- Ongezond eten
- Roken
- Ouder worden
- Erfelijkheid
Maar bij een deel van de mensen met diabetes type 2 zijn de oorzaken nog onduidelijk.

Diabetes type 3c
Wanneer de alvleesklier beschadigd is door bijvoorbeeld een ontsteking (pancreatitis) of een operatie,
kun je diabetes krijgen. Die vorm wordt ook wel diabetes type 3c genoemd.
Een goed werkende alvleesklier is onmisbaar voor de bloedsuikerspiegel. Als er iets misgaat in de
alvleesklier, kan het lichaam de bloedsuikerspiegel zelf niet meer regelen. De alvleesklier kan ook
beschadigd raken door ontsteking, pancreatitis. De ontsteking zelf kan weefsel en cellen beschadigen,
of juist zorgen voor abnormale weefselgroei in de alvleesklier. Of een deel van de alvleesklier is
verwijderd bij een operatie. Dan kan de alvleesklier niet meer genoeg insuline maken om de
bloedsuiker te regelen. De behandeling van deze vorm van diabetes gebeurt met tabletten of insuline.

Zwangerschapsdiabetes
Zwangerschapsdiabetes is een tijdelijke soort diabetes, die meteen over gaat na de bevalling.
Vrouwen kunnen het krijgen vanaf de 24e week van de zwangerschap. Het medische woord voor
zwangerschapsdiabetes is diabetes gravidarum. Als je zwanger bent, maakt je lichaam andere
hormonen aan. Die hormonen zorgen ervoor dat het lichaam tijdelijk minder goed reageert op insuline.
Tijdens een normale zwangerschap maakt het lichaam extra insuline aan om de bloedsuiker goed te
houden, maar bij zwangerschapsdiabetes gebeurt dat niet (genoeg). Daardoor blijft er te veel suiker in
het bloed zitten. Vrouwen met zwangerschapsdiabetes krijgen meestal het advies om minder
koolhydraten en vetten te eten. Als de bloedsuikerspiegel toch te hoog blijft, moet je tijdelijk insuline
spuiten. Na de bevalling verdwijnt de zwangerschapsdiabetes meestal binnen een dag.

Neonatale diabetes
Mensen die al in hun eerste 6 levensmaanden diabetes kregen, kunnen een speciale genetische vorm
hebben van neonatale diabetes. Die moet anders worden behandeld dan diabetes type 1. Het blijkt
dat een bepaald gen anders is dan bij de ‘gewone’ soorten diabetes. Het heet officieel Kir-6.2. Deze
variatie zorgt ervoor dat een kanaaltje in de alvleesklier minder goed werkt. Dat probleem kan worden
behandeld met tabletten.

MODY
MODY is een afkorting van het Engelse Maturity-Onset Diabetes of the Young, een vorm van diabetes
die op jonge leeftijd begint. Hij vermomt zich dus als diabetes type 1, maar heeft eigenlijk meer weg
van diabetes type 2. Er zijn verschillende MODY-vormen. Bij alle vormen is in de baarmoeder al iets
misgegaan bij de aanleg van de alvleesklier. Het gevolg is dat de alvleesklier al vroeg in het leven
uitgeput raakt en minder insuline kan maken. Daarom lijkt MODY eigenlijk meer op diabetes type 2, de
vorm van diabetes die mensen vaak pas op latere leeftijd krijgen.
Vaak wordt in verband met de gestelde diagnose (verdacht op diabetes type 1) gestart met het spuiten
van insuline. Vaak hebben kinderen meer baat bij de eerste 10 jaar met tabletten te behandelen
voordat ze beginnen met insuline spuiten.

LADA
LADA is een vorm van diabetes type 1 die eerst lijkt op diabetes type 2, doordat hij heel geleidelijk
begint. Het woord LADA is een afkorting van het Engelse Latent Autoimmune Diabetes in Adults.
Mensen met LADA krijgen in de praktijk meestal de diagnose diabetes type 2, omdat ze vaak nog een
tijd zonder insuline spuiten kunnen. Maar eigenlijk hebben ze een langzame vorm van diabetes type 1.
Vooral bij jonge, slanke mensen die diabetes type 2 krijgen, is het zinvol om toch nader te
onderzoeken of het niet gaat om LADA. Want het maakt uit voor de behandeling van LADA: liever toch
meteen insuline in plaats van tabletten, dan blijven er nog wat langer eigen insuline producerende
cellen behouden.



5

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kimvanoirschot1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 83662 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,99  3x  verkocht
  • (6)
  Kopen