HOOFDSTUK 4 DE MENS MOET RECHTVAARDIG LEVEN:
STRAF EN BELONING NA DE DOOD (Gorgias 523a1-527e7)
3. DE ZIEL NA DE DOOD (Gorgias 523a1-527a4, 527a5-e7)
a. De wet ten tijde van Cronus (Gorgias 523a1-b7)
1 ΣΩ. Ἄκουε δή, 1φασί, μάλα καλοῦ λόγου, ὃν 2σὺ μὲν ἡγήσῃ μῦθον, ὡς
ἐγὼ οἶμαι, ἐγὼ δὲ λόγον· 3ὡς ἀληθῆ γὰ ρ ὄντα σοι λέξω ἃ μέλλω
λέγειν. ”Ωσπερ γὰ ρ 4Ὅμηρος λέγει, διενείμαντο τὴ ν ἀρχὴ ν ὁ
Ζεὺ ς καὶ ὁ Ποσειδῶν καὶ 5ὁ Πλούτων, ἐπειδὴ παρὰ τοῦ πατρὸ ς
5 6
παρέλαβον. Ἦν οὖν νόμος ὅδε περὶ ἀνθρώπων 7ἐπὶ Κρόνου, καὶ
ἀεὶ καὶ νῦν ἔτι ἔστιν ἐν θεοῖς, τῶν ἀνθρώπων τὸ ν μὲν δικαίως
τὸ ν βίον διελθόντα καὶ ὁσίως, ἐπειδὰ ν τελευτήσῃ, 8εἰς μακάρων
νήσους 9ἀπιόντα οἰκεῖν ἐν πάσῃ εὐδαιμονίᾳ ἐκτὸ ς κακῶν, τὸ ν δὲ
ἀδίκως καὶ ἀθέως εἰς τὸ 10
τῆς τίσεώς τε καὶ δίκης δεσμωτήριον, ὃ
10 δὴ 11
Τάρταρον καλοῦσιν, ἰέναι. 12Τούτων δὲ δικασταὶ ἐπὶ Κρόνου
καὶ ἔτι νεωστὶ τοῦ Διὸ ς τὴ ν ἀρχὴ ν ἔχοντος ζῶντες ἦσαν ζώντων,
ἐκείνῃ τῇ ἡμέρᾳ δικάζοντες ᾗ 13μέλλοιεν τελευτᾶν· κακῶς οὖν αἱ
14
δίκαι ἐκρίνοντο.
1
φασί; geeft aan dat Ἄκουε δή de manier is waarop de verteller aan het begin van een verhaal de aandacht van de
toehoorder vraagt, beetje zoals “er was eens”.
2
σὺ μὲν; hier bedoelt Socrates Callicles mee, daar is hij mee in dialoog. σὺ μὲν en ἐγὼ δὲ vormen een antithese.
3
ἀληθῆ ὄντα (in de overtuiging dat het waar is) laat zien wat Socrates bedoelt met het verschil tussen μῦθον en λόγον
4
Autoriteitsargument; Homerus spreekt altijd de waarheid
5
ὁ Πλούτων is hier een ander woord voor Hades, de naam is verwant met rijkdom.
6
παρέλαβον (overnemen) wordt hier eufemistisch gebruikt, Zeus en zijn broers hebben niet zozeer het rijk van hun vader
gekregen of geërfd maar van hem met geweld afgenomen. Zeus was in opstand gekomen tegen zijn vader, omdat deze al
zijn eigen kinderen had opgeslokt, Zeus ontneemt hem zo de troon.
7
ἐπὶ Κρόνου, ἐπὶ hier: ten tijde van, tijdens het bewind van. Κρόνου; zoon van Uranus en Gaea, die zijn eigen vader Uranus
ook op hardhandige wijze van de troon had gestoten.
8
εἰς μακάρων νήσους (eilanden van gelukzaligen); worden door de dichter Hesiodus ver van de mensen gesitueerd, aan de
uiterste grenzen van de aarde, bij de diepkolkende Oceanus, en zijn de verblijfplaats van de halfgoden. Plato stelt het voor
dat er ook mensen naar toe gaan.
9
Eufemistisch gebruikt, lichter woord voor doodgaan.
10
τῆς τίσεώς τε καὶ δίκης zijn als hendiadys op te vatten, als 1 begrip. Dit valt te vertalen als ‘van een bij een vonnis
opgelegde/vastgestelde straf’.
11
Τάρταρον uit regel 10; bij Homerus is de Tartarus een duistere afgrond diep onder de aarde met poorten van ijzer en een
drempel van brons, even ver van de Hades gelegen als de hemel van de aarde verwijderd is.
12
verwijst naar τῶν ἀνθρώπων (de mensen) uit regel 6.
13
μέλλοιεν; opt. Iterativus: deze situatie deeed zich in het verleden steeds voor totdat Zeus er een eind aan maakte.
14
δίκαι ἐκρίνοντο; tijden de berechting tijdens het bewind van Cronus speelde het probleem dat levende rechters levende
mensen berechten.
,1 Luister dan, zoals men zegt, naar een zeer mooi verhaal, die jij zult beschouwen als een
mythe/fabel, naar ik meen, maar ik als een verhaal beschouw; in de overtuiging immers dat het
waar is zal ik jou vertellen wat ik op het punt sta te vertellen. Want zoals Homerus zegt/vertelt,
hebben Zeus en Poseidon en Pluto de heerschappij onder elkaar verdeeld, toen ze deze van hun
vader 5 hadden overgenomen. Er was/bestond nu de volgende wet ten aanzien van/over mensen
ten tijde van Cronus, en hij is/bestaat nu nog steeds bij/onder de goden, (namelijk) dat van de
mensen degene die zijn leven rechtvaardig en op vrome wijze heeft doorgebracht, wanneer hij zal
sterven, terwijl hij weggaat naar de eilanden van de gelukzaligen (daar) woont in alle geluk buiten
(het bereik van) kwaad, maar dat degene die zijn leven onrechtvaardig en goddeloos heeft
doorgebracht naar de gevangenis van de straf en vonnis/van de bij een vonnis vastgestelde straf
zal gaan/gaat, die zij 10 zoals bekend de Tartarus noemen. De rechters van dezen/deze mensen
ten tijde van Cronus en nog (ten tijde) van Zeus, toen hij sinds kort de heerschappij had, waren
levend van levenden, op die dag rechtsprekend waarop zij op het punt stonden te sterven; de
vonnissen werden dus op een slechte manier geveld.
, b. Zeus heeft kritiek op de wet (Gorgias 523b7-d5)
1 Ὅ τε οὖν Πλούτων καὶ οἱ ἐπιμεληταὶ οἱ ἐκ μακάρων νήσων ἰόντες
ἔλεγον πρὸ ς τὸ ν Δία ὅτι 15φοιτῷέν 16σφιν ἄνθρωποι 17ἑκατέρωσε
18
ἀνάξιοι. Εἶπεν οὖν ὁ Ζεύς “Ἀλλ’ ἐγώ,” 19ἔφη, 20“παύσω 21τοῦτο
γιγνόμενον. 22Νῦν μὲν γὰ ρ κακῶς αἱ δίκαι δικάζονται. Ἀμπεχόμενοι
5 γάρ,” ἔφη, “οἱ κρινόμενοι κρίνονται· ζῶντες γὰ ρ κρίνονται.
Πολλοὶ οὖν” ἦ δ’ ὅς, “ψυχὰ ς πονηρὰ ς ἔχοντες ἠμφιεσμένοι εἰσὶ
σώματά τε καλὰ καὶ γένη καὶ πλούτους, καί, ἐπειδὰ ν ἡ κρίσις ᾖ,
ἔρχονται αὐτοῖς 23πολλοὶ μάρτυρες, μαρτυρήσοντες ὡς δικαίως
βεβιώκασιν· οἱ οὖν δικασταὶ ὑπό τε 24τούτων ἐκπλήττονται, καὶ
10 ἅμα καὶ αὐτοὶ ἀμπεχόμενοι δικάζουσι, πρὸ τῆς ψυχῆς τῆς αὑτῶν
ὀφθαλμοὺ ς καὶ ὦτα καὶ ὅλον τὸ σῶμα προκεκαλυμμένοι.25 Ταῦτα
δὴ αὐτοῖς πάντα 26ἐπίπροσθεν γίγνεται, καὶ τὰ αὑτῶν ἀμφιέσματα
καὶ τὰ τῶν κρινομένων.”27
15
(regelmatig) komen, opt. Obliquus. (bij een hoofdzin in V.T. met dat kan er een vervangende optativus plaatsvinden
16
slaat terug op het onderwerp “bij hen”, (de bestuurders)
17
ἑκατέρωσε (naar beide kanten), hiermee wordt bedoeld εἰς μακάρων νήσους en εἰς τὸν Τάρταρον. Dus als het ware naar
de hel en de hemel.
18
Met ἀνάξιοι wordt bedoeld dat mensen de Tartarus niet verdienden, omdat ze goed geleefd hadden en dat mensen die op
de gelukzalige eilanden terecht waren gekomen, deze niet verdienden, omdat ze onrechtvaardig hadden geleefd.
19
ἔφη, is eigenlijk overbodig na eipen, maar het gebruik van ἔφη benadrukt dat de woorden van Zeus letterlijk geciteerd
worden
20
παύσω; ACP, ACP is altijd met werkwoorden van weten en emotie.
21
hier wijst op dat mensen terecht komen op de verkeerde plek in de onderwereld.
22
Νῦν μὲν heeft hier geen corresponderende δε voor, waardoor νῦν nadruk krijgt.
23
Πολλοὶ zijn terechtgekomen op de eilanden van de gelukzaligen.
24
τούτων slaat terug op σώματα καλά, γένη, πλούτους, μάρτυρες (7-8).
25
De zintuigen zijn niet betrouwbaar. De rechters kunnen de stervenden niet goed beoordelen met behulp van de ogen,
oren of andere zintuigen.
26
ἐπίπροσθεν γίγνεται: de ziel van de rechters wordt hier belemmerd
27
Polysyndeton; σώματά τε καλὰ καὶ γένη καὶ πλούτους (7), ὀφθαλμοὺς καὶ ὦτα καὶ ὄλον τὸ σῶμα (11).